Na meldingen over politici in dreigingsdossiers: "Hoeft niet alleen over Vlaams Belang te gaan", zegt minister van Justitie Paul Van Tigchelt

Gisteren raakte bekend dat de Belgische Staatsveiligheid sinds oktober 2020 acht keer melding heeft gemaakt van politici die mee zorgen voor een dreiging. Het gaat over politici die het voorwerp uitmaken van onderzoeken naar bijvoorbeeld spionage, extremisme, georganiseerde misdaad of een terreurdreiging.

Halfweg december 2023 lekten chatberichten waaruit bleek dat Vlaams Belang-politicus Frank Creyelman als informant zou gewerkt hebben voor een Chinese spion en ook de naam van zijn broer Steven Creyelman en die van partijgenoot Filip Dewinter viel de afgelopen weken in dat dossier. "Maar het hoeft het niet alleen over Vlaams Belang te gaan", zegt minister van Justitie Paul Van Tighelt (Open VLD) in "De ochtend" op Radio 1. 

Hij kondigt ook aan dat er in aanloop naar de verkiezingen in ons land "sensibiliseringsbriefings" zullen gehouden worden bij alle politieke partijen over spionage. "Dat zijn briefings waarin Staatsveiligheid politici waarschuwt dat bepaalde contacten niet zo onschuldig zijn als ze lijken."

Van Tighelt - die als minister van Justitie op de hoogte werd gesteld van de verschillende dreigingsdossiers waarover Staatsveiligheid gisteren berichtte - geeft ook mee dat sommige van de politici die genoemd worden in die dossiers reeds gewaarschuwd waren voor bepaalde contacten. Meer informatie over die dossiers kan hij niet meegeven, "maar elk geval is anders", benadrukt hij tot tweemaal toe. 

Het gaat om politici "die ofwel actief bijdragen aan een dreiging, ofwel passief", verduidelijkte Francisca Bostyn, administrateur-generaal ad interim bij Staatsveiligheid, gisteren nog. 

Van Tigchelt, die van 2016 tot 2020 aan het hoofd stond van het coördinatieorgaan voor de dreigingsanalyse (OCAD), hamert op het belang van sterke veiligheids- en inlichtingendiensten. "Daarom hebben we de Belgische Staatsveiligheid ook versterkt, van 500 naar 1.000 personeelsleden." 

"Staatsveiligheid is een belangrijke buffer tegen spionage en inmenging", luidt het. "Rusland en China – om twee  landen te noemen – hebben het niet goed met ons voor en zijn een bedreiging voor onze democratische rechtsstaat." De minister sluit allerminst uit dat die landen zullen proberen invloed uit te oefenen op de verkiezingen die er aankomen bij ons.

"Iemand als (de Russische president, red.) Poetin zet hier internettrollen in om online complottheorieën te voeden en de extremen te versterken. We hebben dat gezien in het dossier van de verdwenen militair en hij zal dat bij de verkiezingen opnieuw doen." Ook voor het manipuleren van de verkiezingsuitslag via hacking moeten we waakzaam blijven, oordeelt de minister van Justitie. "Geen enkel risico is onbestaande."