Direct naar artikelinhoud
NieuwsWoon-zorgcentra

Nieuwe maatregelen moeten wantoestanden in rusthuizen tegengaan: ‘Dagprijs moet verantwoord worden’

Nieuwe maatregelen moeten wantoestanden in rusthuizen tegengaan: ‘Dagprijs moet verantwoord worden’
Beeld Eric de Mildt

Rusthuizen zullen voortaan striktere financiële regels moeten volgen en nieuwe woon-zorgcentra zullen de ligdagprijzen niet meer vrij mogen bepalen. Daarmee wil minister van Welzijn Hilde Crevits (cd&v) een groeiend aantal wantoestanden in de sector aanpakken.

Wondes die onverzorgd blijven en etteren, bewoners die van ’s ochtends tot ’s middags met natte pampers zitten, bewoners die ’s ochtends nog in de kledij van de dag ervoor in bed liggen of mensen die urenlang alleen op de kamer de kamer zitten, bewoners die plots op straat staan door een faillissement of die de tarieven niet meer kunnen betalen en geld moeten neerleggen voor elk extraatje: er kwamen de afgelopen maanden heel wat onfrisse verhalen over woon-zorgcentra in de media.

Minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Hilde Crevits (cd&v) is dan ook in gesprek gegaan met de drie koepels (Zorgnet-Icuro, VVSG en VLOZO) en de Vlaamse Ouderenraad om een poging te doen die problemen aan te pakken. Dat heeft geleid tot een aantal maatregelen. “Zo zal er geen vrije prijszetting meer mogelijk zijn voor nieuwe voorzieningen”, zegt Crevits. “Wie een nieuw woon-zorgcentrum wil opstarten, zal de dagprijs moeten verantwoorden op basis van de kosten die ze maken.” Er komt ook een beperking op de huurkost die kan worden doorgerekend in de ligdagprijs bij nieuwbouw.

Lees ook

Kamer in woon-zorgcentrum kost gemiddeld 2.167 euro: ‘In twee jaar tijd is het onbetaalbaar geworden’

De indexatie, die momenteel slechts één keer per jaar kan gebeuren, zal voortaan die van de pensioenen volgen en dus aangepast worden bij elke stijging van 2 percent. Dat is een toegeving aan de woon-zorgcentra, die anders gedurende maanden de gestegen inflatie moeten voorfinancieren.

Eind 2021 pakte De Morgen nog uit met een dossier waaruit bleek dat de rusthuizen exorbitant hoge tarieven betalen aan vastgoedvennootschappen – ze lopen op tot meer dan 25 procent van de omzet – voor de huur van de gebouwen. Dat gaat vaak ten koste van de zorg, waar er zoveel mogelijk bespaard wordt. Om dat tegen te gaan, komt er een controle op de intrestvoet die wordt aangerekend op een lening aan woon-zorgcentra vanuit een derde partij, zoals een vastgoedvennootschap. Het geven van giften en waarborgen aan derden wordt ook beperkt om te vermijden dat woon-zorgcentra garant staan voor de schulden van andere organisaties. Om dat alles te controleren, worden acht extra financiële inspecteurs en medewerkers aangetrokken.

Betaalbare residentiële zorg

“Bewoners in woon-zorgcentra moeten waar krijgen voor hun geld”, zegt minister Crevits. “De overheid financiert in grote lijnen ongeveer 60 procent van de totale kost voor het verblijf in een woon-zorgcentrum, de rest betaalt de bewoner. De meeste woon-zorgcentra springen juist en professioneel om met de middelen die ze ter beschikking hebben. Maar de afgelopen maanden bereikten ons helaas enkele berichten van woon-zorgcentra waar dat niet zo was. Daardoor kwam de hele sector in een slecht daglicht.”

Marijke Dheedene, directeur van de Vlaamse Ouderenraad, ziet enkele verbeteringen voor de bewoners. “Maar tegelijk blijven we hameren op betaalbare residentiële zorg, vandaag en in de toekomst. Daarom blijft de broodnodige verhoging van het zorgbudget noodzakelijk. We kijken alvast uit naar overleg over de nodige boekhoudkundige transparantie van de woon-zorgcentra en financiële maatregelen.”