Direct naar artikelinhoud
InterviewDe vragen van Proust

Ex-Miss België Celine Van Ouytsel: ‘Ik heb nooit een vriendengroep rond mij gewild. Ik heb één beste vriend’

‘Terwijl ik zijn tanden aan het poetsen was, zei mijn grootvader: ‘Celineke, dit is de laatste dag dat je me ziet, morgen ben ik er niet meer.’ En ik had daar vrede mee.’’Beeld Stefaan Temmerman

Schrijver Marcel Proust beantwoordde ze ooit in een vriendenboekje, nu geeft De Morgen er een eigenzinnige draai aan. Vijfentwintig directe vragen, evenveel openhartige antwoorden. Deze week: influencer Celine Van Ouytsel (27). Wie is zij in het diepst van haar gedachten?

Hoe oud voelt u zich?

“Ik ben 27, maar als ik terugblik of naga met wie ik het beste overeenkom, zijn dat altijd mensen die ouder zijn dan ikzelf. Omdat die vaak wat kalmer in het leven staan en door hun levenservaring ook veel te vertellen hebben. Ik heb die levenservaring absoluut nog niet, maar hun verhalen inspireren mij. Ik heb vriendinnen die het heel erg vinden dat ze naar de 30 gaan. Zelf heb ik daar geen enkel probleem mee, ik kijk er zelfs naar uit. Mentaal voel ik me al 30. Nog altijd superjong, maar wel iets ouder dan ik ben.”

Wat vindt u een kenmerkende eigenschap van uzelf?

“Mijn positiviteit. Ik probeer alles met een positieve instelling te benaderen. En dat betekent niet dat mijn leven een en al rozengeur en maneschijn is. Zeker niet. Maar mindere dagen of moeilijkere periodes probeer ik toch met positiviteit door te komen. En ik probeer andere mensen daar ook mee aan te steken. Ik weet dat ik die eigenschap bezit en draag die ook uit. Dus als ik mezelf zou samenvatten in één woord: positief.

“En dat is niet naïef of misplaatst happy proberen te zijn als het niet goed gaat, maar wel altijd in je achterhoofd houden: je mag verdrietig zijn, absoluut, maar je moet ook verder denken en proberen om daaruit te raken. Ik activeer die positiviteit dus bewust, want ik ben een doordenker. Ik weet dat ik mezelf heel ongelukkig zou kunnen maken als ik dat zou willen, want ik kan blijven doordrammen. En dat is in het verleden ook al gebeurd. Maar juist daarom: ik wil dat niet meer.”

Wat drijft u?

“Ik vind het melig en stom klinken, maar het is wel de waarheid: ik word er gelukkig van om andere mensen gelukkig te maken. En ik heb de luxe dat in mijn job te kunnen doen. Mensen entertainen geeft mij een kick, ik krijg daar enorm veel energie van terug. Dat is wat mij drijft. Maar niet op een ongezonde manier. Zonder mezelf te vergeten. Want anderen gelukkig maken, klinkt misschien heroïsch, maar is in se heel egoïstisch. Want het heeft alles met jezelf te maken, je wordt daar zelf heel blij van.

“De variatie in mijn werk maakt het voor mij zo leuk. Geen enkele dag is dezelfde. Als controlefreak die heel hard in schema’s en in plannen denkt, verbaast mij dat wel, want deze job vergt toch heel wat flexibiliteit. Maar het is juist de combinatie van tv en radio en shows presenteren die het voor mij zo boeiend maakt.”

Wat was de moeilijkste periode in uw leven?

“Ik vind dat een moeilijke vraag, omdat er wel meerdere moeilijke periodes zijn geweest. Als ik op mijn jonge leven terugkijk, op mijn snotneusleven, denk ik aan de 12-jarige Celine die net naar het middelbaar ging. Dat was een heel onzeker meisje. Ik ging niet graag naar school. Ik zat in een slechte klasgroep en werd gepest, juist omdat ik zo onzeker was. Ik was ook heel mager en was me erg bewust van hoe ik eruitzag. De turnlessen bijvoorbeeld, vond ik verschrikkelijk. Ik kan nog altijd verdrietig worden als ik aan die periode terugdenk. Hier in mijn hart kan ik die pijn nog altijd voelen.

“Toen ik later in een andere klasgroep terechtkwam, ben ik opengebloeid. Ik ben er veel sterker uitgekomen, maar niet dankzij de pesterijen. Ondanks de pesterijen.”

‘Anderen gelukkig maken, dat klinkt heroïsch, maar is in se egoïstisch. Want je wordt daar zelf heel blij van.'Beeld Stefaan Temmerman

Wat is uw zwakte?

“Ik ben een echte people pleaser. Ik wil dat mensen tevreden zijn, dat mensen blij zijn. Misschien ben ik daarom rechten gaan studeren: om voor anderen op te komen, om mensen te verdedigen. Als er op school iemand gepest werd, was ik de eerste om daartussen te gaan staan. Ik was de eerste die anderen erop aansprak. Maar als het mezelf betrof, liet ik het passeren. Dan dacht ik: niemand anders wordt hierdoor geraakt, ik ben het maar.”

Hoe was u als kind?

“Ik was een speelvogel, een echt Barbie-meisje, helemaal verdiept in mijn eigen fantasiewereld. Urenlang kon ik me bezighouden met het bedenken van scenario’s voor mijn poppen. Achteraf bekeken liet ik hen doen wat ik nu doe: presenteren en entertainen. Als kind trad ik op als er familie kwam. Ik klom op de tafel en begon te zingen. Als tiener ben ik daarmee gestopt. Ik ben dan rechten gaan studeren, een totaal andere richting uit. In heel die periode zou je me nooit hebben kunnen wijsmaken dat ik dat uiteindelijk als job zou gaan doen. Mijn echte passie stamt dus uit mijn kindertijd. Ik was een vrolijk kind, een gelukkig kind, heb ik mij laten vertellen.”

Bent u een goede vriend?

“Wel en niet. Ik ben heel enthousiast. Ik ga er volledig voor, maar heb wel in mijn hoofd rust nodig. Ik heb niet veel vrienden. Ik heb één beste vriend sinds de kleuterklas. Tom heet hij. We verkleedden ons samen, voerden samen shows op. Als ik bij hem ben, voel ik me weer een kind. Mochten mensen ons bezig zien, ze zouden denken dat we gek zijn. Dat is echt alle remmen los. (lacht) Ik ben heel trots dat ik iemand heb zoals hem. En al zo lang, en dat hoewel onze levens constant veranderen. We hebben alles samen meegemaakt, is het niet letterlijk, dan wel door de verhalen die we elkaar hebben verteld.

“Daarnaast heb ik nog één beste vriendin en nog een aantal mensen met wie ik een klik heb. Maar ik heb nooit een vriendengroep rond mij gewild. Ik zeg altijd: ik ben een sociale eenzaat. In mijn werk ben ik heel sociaal, maar privé hou ik ervan om me af te zonderen en om de rust en kalmte op te zoeken.

Fear of missing out, fomo, ik heb dat niet. Ik heb jomo, joy of missing out. Ik betrap mezelf daarop als ik in de zetel naar een film lig te kijken. Als ik dan eventjes op Instagram scrol en ik zie vriendinnen op een feestje waarop ze mij ook hebben uitgenodigd, denk ik niet: was ik daar maar. Integendeel: ik ben blij dat ik in mijn zetel lig. Ik ga soms ook alleen naar de bioscoop of alleen lunchen. Dat is helemaal niet zielig. Ik denk dat het belangrijk is, ook als je in een relatie zit, om alleen te kunnen zijn. Dat heb ik meegekregen in mijn opvoeding. Ik zou nooit van iemand afhankelijk willen zijn. Op welk vlak dan ook. Ik vind het goed dat je versterkt kan worden door iemand, maar niet dat je van iemand afhangt. Je moet op jezelf kunnen terugvallen, want jij bent de enige zekerheid die je hebt.”

Is het leven voor u een cadeau?

“Zeker. Ik leef graag. En ik leef ook heel hard naar dingen toe. Ik ben een van de weinigen die nog een papieren agenda hebben. Verschillende keren per dag kijk ik daarin en dan denk ik: o, dit mag ik nog doen en dat mag ik nog doen. Maar als ik een kanttekening mag maken: ik kijk soms iets te vaak vooruit. Zo ben ik op dit moment al bezig met wat ik morgen en volgende week ga doen. En volgende week besef ik dan pas hoe leuk het vandaag was.”

Welke kleine alledaagse dingen kunnen u blij maken?

“Ik bel elke dag met mijn mama om te horen hoe het gaat en te vertellen over mijn dag. Naar dat telefoontje kijk ik altijd uit. Ook opstaan. Ik ben een vroege vogel. Ik hou ervan om mijn tanden te poetsen en de dag te beginnen. Ook iets kunnen schrappen van mijn to-dolijstje maakt me blij. Of uitkijken naar het eten. Er zijn zoveel leuke dingen op een dag.”

'Ik was ervan overtuigd dat het zou klikken tussen Justin Bieber en mij.'Beeld Stefaan Temmerman

Wat biedt u troost?

“Het idee dat niets voor altijd is. Dat biedt mij troost, maar maakt me soms ook droevig, want ook de goede dingen gaan voorbij. En dan minder spiritueel, echt concreet: een goed gesprek met een goede vriend. En heel basaal: goed eten. Een zelfgemaakte pasta carbonara bijvoorbeeld. Ik ben twee jaar terug voor het eerst naar Italië geweest en was meteen helemaal verkocht. Sindsdien maak ik heel vaak pasta klaar.”

Waar hebt u spijt van?

“Van niet veel. Je had het altijd beter kunnen doen, dat wel. Dat is dan de perfectionist in mij. Maar dat is niet echt spijt. Misschien heb ik spijt, omdat ik het nu zo druk heb, dat ik voor bepaalde mensen te weinig tijd maak. Zo heb ik een goede vriendin die ik al lang niet meer heb gezien en tegen wie ik al lang zeg: we moeten eens afspreken. Ik merk dat ik het op de lange baan schuif en daar voel ik me schuldig over.”

Wat is uw grootste angst?

“Om iemand van mijn dierbaren te verliezen. En dan vooral mijn ouders. Dat is iets waar ik de laatste tijd meer over nadenk. Mijn mama is nu met pensioen en nog enorm actief, toch heb ik het moeilijk met het idee dat zij ouder worden, omdat ik weet dat ik hen ooit zal moeten afgeven.

“Het jaar dat ik Miss België ben geworden, ben ik mijn grootmoeder verloren. Dat was het coronajaar 2020. Ze was heel trots op mij, daar haal ik veel troost uit, maar de laatste dagen van haar leven hebben we haar niet meer gehoord. We mochten haar niet bezoeken, hebben geen afscheid kunnen nemen en dat heeft mij ontzettend veel verdriet gedaan.

“Het was sowieso een rotperiode voor iedereen en dat kwam er nog bij. Mijn grootvader, die toen nog leefde, heeft er een gebroken hart aan overgehouden en is binnen het jaar overleden. Hij mankeerde niets en is gestorven van puur verdriet.

“Ik herinner me nog, terwijl ik zijn tanden aan het poetsen was, dat hij zei: ‘Celineke, vandaag is de laatste dag dat je me ziet, morgen ben ik er niet meer.’ En ik had daar vrede mee. Ik dacht: als je dat zo wilt, dan is dat zo. De volgende dag is hij effectief overleden. Heel gek. Ik heb toen echt gezien hoe schoon de liefde kan zijn. Zij leefden letterlijk voor elkaar. Van hem heb ik dus wel afscheid kunnen nemen, en dat is toch een heel ander gegeven.”

Wanneer hebt u het laatst gehuild?

“Vorige week. Na het bekijken van de film Wil (van Tim Mielants, naar het boek van Jeroen Olyslaegers, met Stef Aerts en Matteo Simoni in de hoofdrollen, red.). Ik was met vrienden en toen de film afgelopen was, heb ik niets meer gezegd. Op de parking ben ik volledig gebroken. Ik ben heel hard beginnen te wenen. Echt hysterisch, omdat ik er zo hard van aangedaan was.

“Nu, ik denk dat de timing daar ook wel mee te maken had, want die film is ineens heel actueel met wat er nu in Gaza gebeurt. Ik vond dat heel confronterend. Vroeger zag ik alles zwart-wit, ik was eigenlijk een stomme moraalridder. Maar de laatste jaren heb ik geleerd dat er zoveel grijswaarden zijn. En dat zie je ook in de film. Je kunt je niet voorstellen wat je zou doen als je zelf voor hartverscheurende keuzes zou staan. Zeker niet als het gaat om je familie te redden. Het mooie aan de film vind ik dan ook dat er geen oordeel geveld wordt. Want wie zijn wij om te oordelen vanuit een luxepositie?”

Bent u ooit door het lint gegaan?

“Als mijn vrienden dit lezen, zullen ze mij misschien tegenspreken, maar echt door het lint gaan ligt niet in mijn aard. Als ik boos ben, zeg ik niets. Passief agressief ben ik dan wel. Ze zeggen soms: als je niets goeds kunt zeggen, moet je zwijgen. Wel, ik doe dat. Mijn gezicht spreekt dan wel boekdelen, maar ik klap dicht. Ik hou niet van conflicten. Ik ben dan ook een Weegschaal. Ik ben niet bezig met astrologie, maar op dat vlak klopt het helemaal. Alles moet in balans zijn. Ik hou niet van de korte pijn, ik maak liever een omweg, want als ik me door mijn emoties laat leiden, komt daar niets goeds van. Ik ben dus een vermijder, ja. Misschien daarom dat ik maar één goede vriend wil.” (lacht)

'Vroeger was ik een stomme moraalridder. Nu zie ik ook de grijswaarden.'Beeld Stefaan Temmerman

Wat is uw vroegste herinnering?

“De zomervakanties aan zee, met mijn mama, mijn tante en mijn neefje. Ik herinner me dat we bloemen maakten van crêpepapier en op het strand couteautjes (zaagjes, kleine schelpen, red.) gingen zoeken om te ruilen. Zo heb ik ooit eens een bloem van 100 couteautjes gekocht. Zwaar over onderhandeld, want dat was eigenlijk veel te duur. En toen ik op de dijk kwam, viel die bloem uiteen. Die keer ben ik waarschijnlijk wél door het lint gegaan.” (lacht)

Wat hing er aan de muur van uw tienerkamer?

“Justin Bieber. Iedereen maakt fouten. Wel, ik ook. (lacht) Ik herinner me nog dat ik een account op Twitter heb aangemaakt om hem te kunnen volgen. Ik was er zo van overtuigd dat het zou klikken tussen ons. Ik was verliefd op hem, en in mijn hoofd was hij ook verliefd op mij. Alleen wist hij het zelf niet. (lacht) Hij is nu getrouwd met Hailey, een blondine, en nog altijd denk ik: zie je wel.” (lacht)

Waarover bent u de laatste tijd dieper gaan nadenken?

“Over het oordelen over andere mensen. Ik probeer meer oor en oog te hebben voor andere kanten van verhalen. Ik probeer wat meer begrip te tonen en wat minder aan mijn eigen idealen vast te houden. Daar ben ik de laatste tijd bewuster mee bezig.”

Welk boek heeft voor u een speciale betekenis?

“Moeilijke vraag, maar ik ga toch kiezen voor de Harry Potter-boeken. Omdat ik die als kind las en daardoor volledig van de wereld weg kon zijn.”

Hebt u ooit een religieuze ervaring gehad?

“Ik ben eerder bijgelovig dan gelovig. Toen ik studeerde, bijvoorbeeld, had ik een geluksonderbroek. (lacht) Echt waar. Ik had mijn eerste examen afgelegd en dat ging heel goed. Mijn moeder zei toen al lachend: ‘Dat komt omdat jij je geluksonderbroek droeg.’ Dus eigenlijk is dat allemaal haar schuld, want sindsdien is er iets in mijn hoofd geknakt, waardoor ik dacht: nu moet ik altijd die onderbroek aantrekken. Op elk examen heb ik dezelfde onderbroek gedragen.

“Zo’n lelijk ding. Het was in de tijd dat Björn Borg-onderbroeken heel hard in de mode waren, je weet wel, van die boxershorts met zo’n dikke band. Zo’n gestreept lelijk ding, waar op den duur een gat in zat dat mijn moeder heeft moeten naaien. Als twee examens vlak na elkaar vielen, moest mijn moeder een extra wasmachine laten draaien, want ik moest en zou die onderbroek dragen. En toen deed ik mee aan De slimste mens ter wereld en lag ik er na één aflevering uit. De onderbroek werkte niet meer. (lacht) Ik had stress en daardoor is het fout gelopen. Ik heb daar heel veel spijt van, omdat ik toen mezelf niet was.”

Hoe voelt u zich in uw lichaam?

“Ik ben blij met hoe ik eruitzie, vooral omdat ik dat vroeger niet was, en heel blij dat mijn lichaam werkt. Dat klinkt misschien stom, maar ik vind dat je je beide pollekes mag kussen als je gezond bent.”

Hoe definieert u liefde?

“Valt liefde te definiëren? Ik denk dat dat niet kan, omdat voor mij liefde zoveel facetten heeft. Er zijn zoveel soorten liefde. Liefde voor je partner, voor je beste vriend, voor je familie, voor je huisdier, voor je job. Liefde is passie, maar hoe definieer je passie, dat weet ik ook niet.” (lacht)

BIO

• geboren op 11 oktober 1996 in Herentals • Belgische presentatrice en influencer • was Miss België in 2020 • was o.m. jurylid in Vrede op aarde (2020-2021); • speelde mee in o.m. BV Darts (2021), De verraders (2023) en De vuilste jobs VIPS (2022) • master in de rechten (2019)

Wat vindt u erotisch?

“Die vraag wil ik niet beantwoorden, ik wil nog een beetje mysterieus blijven. En ik heb nu ook ondervonden dat er walgelijke websites bestaan die daar iets vunzigs mee zouden kunnen doen. Zoals die AI-naaktfoto’s die ze van mij hebben gemaakt, door mijn hoofd op een ander lichaam te plaatsen. Dat was heel akelig om te zien, ik zou bijna zelf geloofd hebben dat ik het was. Ik heb dan ook meteen verdere stappen ondernomen. Het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen is nu de zaak aan het behandelen. Voor mij was het belangrijk om dit naar buiten te brengen omdat ook meisjes van 15 het slachtoffer zijn van dit soort misbruik. En dat gaat ver. Zo worden er ook pornofilms gemaakt met AI waarbij ze je stem en gezicht gebruiken, want er is materiaal genoeg te vinden op het internet. Beangstigend vind ik dat.”

Hoe zou u willen sterven?

“Snel en pijnloos. Misschien wel met mijn dierbaren rond mij, zodat zij weten dat het snel en pijnloos ging. Ik wil niet dat het een schok is voor hen. Eigenlijk ben ik niet bang voor de dood. Het is een van de weinige zekerheden in het leven.”

Wat zou u wensen als laatste avondmaal?

“Pasta carbonara. Heel lekker en bovendien een vrij zwaar gerecht waar je sowieso een beetje van indommelt.”

Welke droom hebt u nog?

“Mijn droom is dat ik mag blijven doen wat ik nu doe. Ik prijs mezelf heel gelukkig met mijn job en met de mensen die nu in mijn leven zijn. Dus gewoon verder boeren zoals ik nu bezig ben.” (lacht)