Direct naar artikelinhoud
AchtergrondWerkvloer

‘Hij maakte mij de job onmogelijk en opende zelfs een tuchtprocedure omdat ik zogezegd niet loyaal was’: helft werknemers had al slechte baas

Professor Anja Van den Broeck. Uit haar onderzoek blijkt dat een op de vier bevraagden zich niet veilig blijkt te voelen bij hun leidinggevende.Beeld Joel Hoylaerts / Photonews

Meer dan de helft van alle werknemers kreeg al te maken met negatief leiderschap. En een kwart van hen zegt zich, voornamelijk psychologisch, niet veilig te voelen bij zijn huidige baas. Dat blijkt uit nieuw onderzoek. ‘Mijn baas hanteerde de verdeel-en-heerstechniek.’

“Mijn baas probeerde me eerst te betrekken in zijn machtsspelletjes naar collega’s toe. Toen ik daar niet in wou meegaan, viseerde en isoleerde hij mij. Het was psychologische terreur.” Els (51) vertelt haar verhaal op een heel rustige manier. Het gaat nu goed met haar. Maar dat was lange tijd niet het geval. Als directrice van een basisschooltje kreeg ze een algemeen directeur boven zich, die haar op allerhande manieren probeerde te manipuleren. “Hij probeerde via mij van alles te weten te komen over andere collega’s. Toen ik niet wou ‘meespelen’ verzuurde de zaak helemaal. Hij maakte mij de job onmogelijk en opende zelfs een tuchtprocedure omdat ik zogezegd niet loyaal was aan hem.”

Die tuchtprocedure draaide op niets uit en uiteindelijk werd de algemeen directeur geschorst wegens gesjoemel. Maar de periode met die directeur heeft er bij Els wel ingehakt. Ze herstelde ondertussen wel van de burn-out die ze opliep. “Het is raar, maar het duurt een hele tijd voor je beseft dat het niet aan jou ligt maar aan hem”, zegt ze. “Nu gaat het goed, ik heb een andere job en vooral een leidinggevende waar ik mee kan praten en me goed bij voel. Dat is zo belangrijk.”

Dat is ook exact wat blijkt uit het onderzoek dat Anja Van den Broeck, professor arbeidsmotivatie aan de KU Leuven samen met hr-bedrijf Tempo-Team uitvoerde. Ze ondervroeg een representatief staal van 2.500 werknemers over hun ervaringen met bazen en wat een baas volgens hen hoort te zijn. “Het viel ons op dat werknemers eigenlijk gewoon willen dat hun baas beschikbaar is, hen helpt om hun taken goed te doen en een beetje oog heeft voor de menselijke kant”, vat professor Van den Broeck samen.

Dat lijkt misschien een open deur, maar de praktijk is toch vaak anders. Dat bleek uit de oproep die we lanceerden op de site van De Morgen. De verhalen over slechte bazen stroomden binnen. Ook de nieuwe studie toont aan dat goede bazen niet altijd voorhanden blijken te zijn. Meer dan de helft van alle werknemers (54 procent) zegt al eens geconfronteerd te zijn met negatief leiderschap. Dat is een verzamelnaam voor onprofessioneel of ongewenst gedrag van een leidinggevende, zoals vriendjespolitiek, liegen, een schuldgevoel aanpraten, machtsmisbruik of manipuleren.

Zo’n negatief leiderschap heeft grote impact op het welzijn maar ook de productiviteit van werknemers en dus het resultaat van het bedrijf. Leidinggevenden hebben er dus alle belang bij om hun werknemers goed te behandelen. Toch zegt ruim een op de vier bevraagden zich niet veilig te voelen bij hun leidinggevende. “We spreken dan voornamelijk over psychologische veiligheid”, zegt professor Van den Broeck. “Een leidinggevende aan wie je zonder je zorgen te maken kan vertellen dat er iets mis is. Als je bijvoorbeeld een taak niet naar behoren hebt kunnen doen of een fout gemaakt hebt. Een leidinggevende van wie je weet dat die niet liegt en bedriegt of informatie gebruikt in zijn of haar voordeel.”

Whatsappgroepje

Nog opvallend: werknemers die geconfronteerd worden met ongepast gedrag van hun baas wenden zich vaak niet tot de vertrouwenspersoon van de organisatie of een hogere in rang dan de baas in kwestie. Van den Broeck: “Ze zoeken vooral hulp bij collega’s en ventileren bij hen. Soms is de stap naar een structureel orgaan of andere baas nog te groot, of is de vertrouwenspersoon niet genoeg bekend. We zien ook cases waarin werknemers de indruk hebben dat er via die officiële weg toch niet veel verandert. Dat kan allemaal meespelen.”

Dat hulp zoeken bij elkaar, wel degelijk kan werken, weet Marie (30) heel goed. Ze werkte een tijd geleden bij een klein rekruteringsbedrijfje. Een bedrijf waar de baas ook de eigenaar was en er een tiental collega’s waren. “We waren een erg jong team, allemaal starters. Leuk, maar niemand van ons had veel werkervaring.”

Al snel merkte ze dat haar baas er een nogal vreemde werkwijze op nahield, de ‘verdeel-en-heerstechniek’, een vorm van lichte psychologische terreur die stilaan onder je vel kruipt. “Het waren kleine, soms moeilijk benoembare dingen, die je een erg ongemakkelijk gevoel gaven”, vertelt ze. “In meetings bijvoorbeeld maakte hij een collega die erbij zat helemaal zwart. Dan zei hij tegen dat zwart schaap: ‘jij kan er niets van, Marie gaat het veel beter doen’. Dat zorgde voor een heel vreemde spanning tussen die collega en mij.”

De collega’s bleven elkaar de hele tijd steunen, en dat doen ze na hun ontslag nog steeds. Marie: “We hebben een whatsappgroepje met iedereen die daar weggegaan is. Nog steeds komen er nieuwe leden bij, mensen die na ons begonnen zijn en er al weer vertrokken zijn. Door de verziekte sfeer. Sommigen moeten lang bekomen van wat hen overkomen is.”

Ze werkte er amper een jaar en toch bleef er ook bij haar iets hangen. “De job die ik daarna had, was zwaar onderbetaald. Alsof ik niet hoger durfde mikken. Je voelt je na zo’n ervaring niet erg sterk. Het drukt je helemaal naar beneden. Nu heb ik een goede job. Ik merk dat ik voelsprieten ontwikkeld heb voor alles wat ruikt naar autoritair gedrag of psychologische terreur. Ik blijf argwanend.”

‘In meetings maakte hij een collega die erbij zat helemaal zwart. Dan zei hij tegen dat zwart schaap: ‘jij kan er niets van’’