Direct naar artikelinhoud
AchtergrondLandbouwgronden

Drijft natuur de boeren van hun grond? De olifant in de kamer is het paard

Vorig jaar zouden er zo’n 190.598 paarden in Vlaanderen zijn. Heel wat van hen grazen op een weide die officieel landbouwgrond is.Beeld Getty Images

Niet natuurgebieden, maar paarden, alpaca’s en tuinen nemen een grote hap uit het landbouwareaal. ‘Verpaarding’ en ‘vertuining’ drijven de grondprijzen op. Dat probleem oplossen is lastiger dan verbieden dat natuurverenigingen nog percelen opkopen. ‘De regelgeving zit zo in elkaar dat oneigenlijk gebruik van landbouwgrond alleen maar toeneemt.’

Als het zijn bedoeling was om de natuurbeweging te doen steigeren, dan is cd&v-voorzitter Sammy Mahdi daar glansrijk in geslaagd. Noch het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB), noch verenigingen zoals Natuurpunt zouden volgens de partij nog landbouwgronden mogen opkopen om er natuur van te maken. Dat zou boeren uit de markt concurreren. “De natuur doet dienst als bliksemafleider”, oordeelt Natuurpunt.

De olifant in de kamer is in dit geval een paard. Het gebruik van landbouwgrond als weide voor paarden, alpaca’s en andere hobbydieren, of als tuin, legt volgens de statistieken namelijk een veel groter beslag op landbouwgebied.

Uit cijfers van de Vlaamse overheid blijkt dat er zo’n 783.000 hectare gronden als landbouwgebied zijn ingekleurd. Het kabinet van minister van Omgeving Zuhal Demir (N-VA) wijst erop dat 1,8 procent van dat landbouwgebied, of iets minder dan 15.000 hectare, momenteel met een natuurbeheerplan wordt beheerd. Daar staat tegenover dat zo’n 180.000 hectare landbouwgrond voor andere doeleinden wordt gebruikt, zoals voor bos, recreatiegebied, woningen, tuinen en weides voor hobbydieren.

Vertuining en verpaarding

Vertuining en verpaarding zijn al langer gekende problemen. Al in 2009 bleek uit een studie in opdracht van de Vlaamse overheid dat op zo’n 70.000 hectare weiland paarden grazen, die voornamelijk als hobby worden gehouden. Een precies actueel cijfer is er niet, maar het aantal geregistreerde paarden, pony’s en ezels is inmiddels wel gegroeid van 77.597 in 2010 (destijds wellicht een onderschatting, doordat registratie pas sinds 2008 verplicht is) tot 190.598 in 2023.

Een studie door het Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek (ILVO) vond in 2015 dat zo’n 15 procent van de landbouwgrond niet als dusdanig wordt gebruikt, met tuinen en weides als belangrijke alternatieve bestemming.

Dat aandeel oneigenlijk gebruik loopt in sommige regio’s op tot meer dan 30 procent. “Omdat we erg conservatief te werk zijn gegaan, was dat toen al zeker een onderschatting”, zegt onderzoeker Anna Verhoeve (ILVO), die aan een update van de cijfers werkt. “Het probleem zal vandaag zeker nog toegenomen zijn.”

Hoe kan dat? “Het is een systeemfout”, zegt Guy Vloebergh, hoofdlector ruimtelijke planning (UAntwerpen) en medeauteur van het boek Met voorbedachten rade. De sluipmoord op de open ruimte. “De regelgeving zit zo in elkaar dat het oneigenlijke gebruik van landbouwgrond alleen maar toeneemt.”

Vloebergh verwijst onder meer naar de zogenoemde ‘zonevreemde functiewijziging’, die toelaat om van boerderijen woningen te maken of er andere bedrijvigheden in onder te brengen. Onderzoek door het ILVO toonde bijvoorbeeld aan dat in Oost-Vlaanderen 40 procent van de vrijgekomen hoeves wordt omgebouwd tot villa’s.

“Voormalige boerderijen worden tuincentra, villa’s – al dan niet met paarden – of opslagruimtes voor caravans”, zegt Vloebergh. “Dat doet een dynamiek ontstaan waardoor ook in de omgeving meer grond voor andere doeleinden wordt opgekocht.”

Daarnaast is ook het optrekken van paardenstallen stelselmatig makkelijker gemaakt. “Terwijl de regelgeving oorspronkelijk heel strikt was, is ze versoepeld onder invloed van de paardenhouderij”, zegt Vloebergh.

Zes keer zo duur

Dat de prijzen voor landbouwgrond de pan uitswingen staat vast. Een hectare landbouwgrond kost in Vlaanderen gemiddeld 66.288 euro, blijkt uit de recentste cijfers van de Landbouwbarometer van de Federatie van het Notariaat. Ter vergelijking: de gemiddelde prijs in de EU is 10.500 euro.

“Het is wel duidelijk dat het opkopen van landbouwgrond voor natuurdoeleinden niet de belangrijkste oorzaak van prijsverhoging is”, zegt Verhoeve. “Wat niet wegneemt dat het individuele landbouwers in de problemen kan brengen.”

Ook volgens Vloebergh is het vooral de vertuining en verpaarding van het platteland die boeren de markt uit prijst. “De oplossing is om die zonevreemde ontwikkelingsmogelijkheden terug te schroeven, en bijvoorbeeld geen functiewijziging naar tuin of zonevreemde woning meer mogelijk te maken”, zegt Vloebergh.

Volgens Bram Bombeek, woordvoerder van minister van Landbouw Jo Brouns (cd&v), drijft het opkopen van landbouwgrond voor natuur wel degelijk mee de prijzen op en wringt dat bij de boeren meer dan vertuining. “Bovendien gebeurt het met belastinggeld. Het is dan ook logisch om daar als overheid even een stop op te zetten.”

Vertuining en verpaarding aanpakken zou wel eens minder makkelijk kunnen zijn dan het misschien lijkt. Want voor veel landbouwers vormt de verkoop van hun bedrijf aan kapitaalkrachtige stedelingen op zoek naar een landelijk stekje een mooi pensioen.

Het probleem legt volgens Verhoeve soms een generatieconflict binnen de landbouw bloot. Met aan de ene kant de oudere generatie, die na een leven hard werken in onzekerheid uitkijkt naar een royale beloning. En aan de andere kant jonge boeren die geen betaalbare gronden vinden.

“De uitdaging bestaat erin ervoor te zorgen dat boeren tijdens hun loopbaan goed hun brood verdienen en hun bedrijf aan andere landbouwers kunnen verkopen”, zegt Verhoeve. “Want die oprukkende residentialisering is het grootste probleem op het platteland, voor landbouw én natuur.”