Vanaf 2026 zal de aanwezigheid plastic voor meeneemproducten of producten die ter plaatse worden geconsumeerd, maximaal 10 procent mogen bedragen. In 2028 mag dat nog maar 8 procent zijn en in 2030 mag die hoeveelheid niet meer bedragen dan respectievelijk 6 en 3 procent. In 2025, 2027 en 2029 zal telkens de financiële en technische haalbaarheid van de daling tegen het licht worden gehouden.

Over het dossier werd al meer dan een jaar gepraat. Het was Klimaatminister Zakia Khattabi (Ecolo) die in november 2022 voorstellen op tafel legde die de verkoop van plastic voor eenmalig gebruik progressief wilde bannen. Dat vooruitzicht baarde coalitiepartner MR zorgen. Volgens vicepremier David Clarinval zou dat de producenten hoofdbrekens bezorgen op het vlak van de hygiënevoorschriften, terwijl de horeca en winkels de eetwaren aan een betaalbare prijs moeten kunnen aanbieden.

Minister Khattabi reageert tevreden op deze “stap in de goede richting”. Hoewel het volledig verbod niet wordt opgelegd, heeft de groene minister vertrouwen in de mogelijkheid om toch aan die nul procent te geraken. Haar liberale collega reageert meer terughoudend. “Het is een redelijk en pragmatisch compromis”, zegt Clarinval. Hij merkt op dat de invoering van herbruikbare verpakkingen overal technisch niet haalbaar is én dat er steeds een evaluatie zal gebeuren van de stapsgewijze uitvoering.