Direct naar artikelinhoud
ReportageOorlog in Oekraïne

‘Ik voel me schuldig over wat de Russen hier uitvreten’: daarom vechten deze Russen mee met Oekraïne

Het Siberisch bataljon wordt getraind door Oekraïense militairen, en maakt gewoon deel uit van het leger.Beeld Vincent Haiges

Ze zijn nog niet lang in Oekraïne actief, maar wel al beroemd: het Siberisch bataljon. Van IT’ers en ingenieurs tot anarchisten en idealisten: deze Russen willen mee de oorlog stoppen en Poetin van het toneel verdrijven. ‘Ik ben Oekraïne dankbaar voor deze kans.’

Diep in de bossen, op een paar uur rijden van Kiev, sta ik oog in oog met vijftig gewapende militairen. Mannen van 18 tot ver in de 50, afkomstig uit alle windhoeken van, jawel, Rusland. Geen reden om stante pede op de grond te duiken op zoek naar dekking dit keer. Integendeel. Maak kennis met het Siberisch bataljon, een nieuwe militaire eenheid die maar één doel heeft: het uitschakelen van zo veel mogelijk vijandelijke Russische militairen op Oekraïens grondgebied.

De eenheid bestaat uitsluitend uit vrijwilligers, mannen die er bewust voor kiezen hun vaderland de rug toe te keren en met het Oekraïense leger mee te vechten. “Ik zie de ‘andere Russen’ niet als landgenoten. Het zijn oorlogsmisdadigers.” Sizy, zijn codenaam in het leger, rolt met zijn groene ogen vanachter zijn bivakmuts. Hij komt uit Moskou en is “ergens in de 20”. Uit angst voor represailles tegen zijn familie in Rusland houdt hij zijn gezicht verborgen en kan hij zijn echte naam niet meedelen. Zelfs zijn leeftijd durft hij niet te vermelden.

Sizy had een winkel in Moskou en verkocht goederen op een lokale markt toen Rusland in 2022 Oekraïne binnenviel. “Landgenoten die vrouwen en kinderen vermoorden en verkrachten, zijn mensen die ik veracht.” Sizy schudt zijn hoofd, stampt met zijn legerbottines op de bevroren grond om zijn woorden kracht bij te zetten.

Hij wenst niet elke Rus naar de hel, verduidelijkt hij meteen. “Mijn familie, vrienden en zovele anderen die tegen de oorlog zijn, hebben niets misdaan. Ze denken hetzelfde over Poetin als ik. Maar ik kon niet thuis blijven zitten en toekijken op wat er in Oekraïne gebeurde. Ik voel me schuldig over wat de Russen hier uitvreten, ik wil tonen dat ik uit ander hout ben gesneden. Als ik straks aan de frontlijn sta, aarzel ik geen seconde om mijn landgenoten dood te schieten.”

Daarmee is de teneur in het Siberische bataljon meteen duidelijk. De eenheid is nog jong: pas eind oktober vorig jaar zetten de Russische strijders voor het eerst voet op het Oekraïense slagveld, na een basistraining van twee maanden, waarop een specifieke opleiding volgt, afhankelijk van hun toekomstige functie. De Siberiërs vormen een speciale eenheid binnen het Oekraïense leger, en staan onder de auspiciën van het ministerie van Defensie en de militaire inlichtingendienst. In tegenstelling tot twee andere Russische eenheden die al langer meevechten met het Oekraïense leger, maakt het Siberisch bataljon geen deel uit van de territoriale defensiegroeperingen. Het is een officieel onderdeel van het reguliere leger.

Soldaat Sizy: ‘Ik wil tonen dat ik uit ander hout ben gesneden dan velen van mijn landgenoten.’Beeld Vincent Haiges

De strijders komen niet alleen uit Siberië, ze zijn afkomstig uit alle hoeken en gaten die Rusland rijk is. Van Sint-Petersburg en het ijskoude oostelijk gelegen Jakoetsk tot Boerjatië, maar er zijn ook Tataren bij. “De meesten zijn van goede komaf en degelijk opgeleid”, vertelt West, de Oekraïense officier die mee instaat voor de supervisie van het bataljon. West is zijn codenaam. Niemand op deze godverlaten plek in de uitgestrekte naaldbossen – die ook geheim moet blijven – wil herkenbaar zijn. Rus of Oekraïner: de vrees voor de grote boze buur in het noorden zit er diep in.

“Voor degenen die niet uit het westen van Rusland komen, speelt ook de etnische achtergrond mee”, legt West uit. “Ze zijn al hun hele leven tegen de onderdrukking door het Kremlin, en streven naar onafhankelijkheid. Maar de grootste gemeenschappelijke deler is de afkeer van de oorlog in Oekraïne en van Poetin en zijn entourage.”

Broeders

Het is woensdagmorgen negen uur. De koude vriesnacht hangt nog tussen de bomen en maakt dat de grond luidruchtig onder onze voeten kraakt. De luttele streepjes zon geven geen enkele warmte. Commandant Batya – een enorme kerel die met zijn lange baard aan een Tsjetsjeense verzetsstrijder doet denken, maar “gewoon uit Kiev” komt en zijn baard sinds dag 1 van de oorlog laat staan – legt het bataljon uit wat de training vandaag inhoudt. Er staan twee verlaten huizen in het bos, op een paar honderd meter van elkaar. De militairen moeten in kleine groepen de huizen benaderen, binnenvallen en vervolgens vrijwaren van de vijand.

“Een handvol rekruten heeft al militaire ervaring opgedaan tijdens hun dienstplicht in het Russische leger”, zegt Batya. “Maar niemand had ooit voet in een gevechtszone gezet. Intussen hebben we de eerste lichting ingezet in Avdiivka (in de provincie Donetsk, red.). Dat was in november. Er wordt zwaar gevochten, we hebben het ontzettend moeilijk om de Russen op afstand te houden. Een aantal mannen zijn gewond geraakt en aan het herstellen, de rest is teruggekeerd. Ze worden straks opnieuw naar de frontlinie gestuurd.”

De Russische strijders mogen dan bij hoog en laag beweren dat ze Poetin en consorten maar wat graag de dood in willen jagen, de achterdocht van het Oekraïense leger is groot. Iedereen wordt door de inlichtingendiensten driedubbel gecontroleerd en getest. Voor sommigen duurt het anderhalf jaar voor ze toestemming krijgen om Oekraïne binnen te mogen.

“Elke vrijwilliger moet een lange weg afleggen voor hij in dit bataljon terechtkomt”, zegt West. “De mannen worden uitgebreid verhoord, telkens opnieuw. Ze zijn allemaal tegen de oorlog en ze verafschuwen het totalitaire regime in hun land. Ze willen verandering en in plaats van thuis af te wachten, hebben ze besloten iets te ondernemen. Anderen beseffen dat ze liever voor Oekraïne vechten dan dat ze het Russische leger in moeten.”

Dat klinkt oprecht, maar wat als ze aan de frontlijn pal tegenover de andere Russen staan? “Die mentale klik hebben ze gemaakt. Ze zien geen toekomst meer in Rusland en beschouwen de tegenstander als het ultieme kwaad dat vernietigd moet worden.”

Mijn tolk denkt er het zijne van. Hij bekent dat hij moeite heeft om de Russen recht in de ogen te kijken als we hen interviewen. “Ik ben ervan overtuigd dat ze het goed menen met ons land, en toch... Ik kan de klik niet zomaar maken.”

Maar volgens West hebben de Oekraïense militairen die samen met het Siberisch bataljon in Avdiivka strijden er totaal geen problemen mee. “Ze helpen elkaar, zorgen even goed voor een Russische gewonde als voor een landgenoot. Ze vormen een hechte groep, als broeders onder elkaar.”

Leugendetector

De Siberische eenheid zou tot nog toe uit enkele tientallen mannen bestaan. “De bedoeling is dat we een volledig bataljon creëren, met honderden soldaten. We zitten volop in het rekruteringsproces, het aantal aanvragen is groot”, vertelt Forest, de collega van West, als we naar het volgende oefenhuis lopen. De rekrutering voor het Siberisch bataljon gebeurt via de Burgerraad, een politiek platform van Russische activisten in Polen. De vrijwilligers verlaten Rusland via een land waar ze zonder veel problemen binnenraken, zoals Armenië, Turkije of Georgië. Ze melden zich aan bij de Burgerraad in Warschau, waarna het proces in gang wordt gezet.

“Om een internationale reispas te krijgen, moest ik me eerst bij het leger registreren”, legt Sizy uit, de marktkramer uit Moskou. “Dat was in juni 2022. Zodra ik mijn militaire paspoort op zak had, kon ik een reispas aanvragen. Omdat Rusland – zeker in die periode – een groot aantal vrijwilligers voor het leger voorhanden had, was het niet nodig dat ik daadwerkelijk in dienst trad.”

Aleksej Makarov is de enige die niet anoniem wil blijven. Hij heeft een verleden als links activist. ‘Zodra we een go krijgen om terug te keren naar Avdiivka, zal ik er opnieuw staan. Ik kan niet wachten.’Beeld Vincent Haiges

Een jaar later, in juni 2023, vertrok Sizy naar Georgië. “Daar meldde ik me aan voor het Siberisch bataljon, dat net was opgericht. In oktober mocht ik Oekraïne binnen en moest ik verschillende fysieke en mentale testen ondergaan, onder andere via een leugendetector. Of ik van mijn land hield, werd me gevraagd. En of ik Oekraïne zou verraden in ruil voor geld. Ook kreeg ik meerdere keren de vraag voorgeschoteld of ik bereid was andere Russen neer te schieten op het slagveld.” Dat hij voor alle testen met verve slaagde, zegt hij niet zonder trots.

In Rusland worden mannen als Sizy als landverraders beschouwd. “Dat is dan maar zo. Ik vind niet dat ik mijn land verraad. Mijn familie is het met me eens, ze steunt me volledig in mijn keuze. Dat helpt. Ik besef dat ik nooit meer terug kan, zolang Poetin aan de macht is. Maar ik heb het ervoor over.”

Als ik hem vraag wat hij van de Russische verkiezingen vindt die in maart plaatsvinden, en of hij denkt dat Poetins tegenstander Boris Nadezjdin een kans maakt, begint hij schamper te lachen. “Hij maakt geen enkele kans, ondanks de duizenden steunbetuigingen. Maar het is dapper dat hij het probeert. En Rusland kan hiermee aan de wereld laten zien dat de oppositie wel degelijk ruimte krijgt. Maar hun aanhang is te klein om ook maar in de buurt van Poetin te komen.” Dat is nu juist de reden dat hij zijn land heeft verlaten, stelt Sizy. “Niemand wil eindigen als Aleksej Navalny (de oppositiekandidaat is tot 19 jaar strafkamp veroordeeld voor het oprichten van een ‘extremistische beweging’, red.).”

Verwarring

We staan voor het tweede huis dat de soldaten moeten innemen. “Komaan, wat is dit voor hinderlaag?”, brult commandant Batya. “Jullie worden getraind om onopgemerkt te blijven en dat staat hier een beetje te kletsen alsof we op vakantie zijn!”

De militairen verkennen kamer per kamer, hun wapen in de aanslag. Ze sluipen stap voor stap door de vertrekken, controleren elke hoek tot ze er zeker van zijn dat het gebouw veilig is.

De training gaat – uiteraard – door in het Russisch, zegt West. “Maar wij spreken een ander Russisch dan de Russen zelf. Dat zorgt soms voor verwarring.” Hij grijnst: “In Avdiivka stond het Siberisch bataljon zij aan zij met een Oekraïense eenheid. Toen de schutter van het Siberisch bataljon gewond raakte, repte de verpleger van de Oekraïense eenheid zich meteen naar de gewonde. Nadat die in zijn vette Russische accent probeerde te vertellen wat er met hem aan de hand was, raakte de verpleger in verwarring. Of hij een Rus was, vroeg hij bezorgd. Pas toen de collega’s uitlegden dat hij bij ‘de goeden’ hoorde, was het in orde.”

West wijst op een militair die de wacht houdt voor het huis. Eén knie op de grond, zijn machinegeweer gericht op de imaginaire vijand tussen de bomen. Het is een van de meest opvallende strijders van dit kleurrijke bataljon klinkt het. Een zekere Aleksej Makarov, de enige die geen schuilnaam gebruikt en zonder bivakmuts op de foto wil. Ook zijn leeftijd is geen geheim: “Ik ben al oud, 35.”

Makarov is een linkse activist uit Moskou. Zelf noemt hij zich een “ruimhartige” anarchist. Hij studeerde geschiedenis toen hij in 2006 achter de tralies belandde omdat hij op de vuist ging met aanhangers van de radicaal-rechtse groepering Born, een beweging die in 2011 ontbonden werd. Makarov zat twee jaar vast, maar raakte na zijn vrijlating meteen weer betrokken bij een knokpartij met ultrarechtse jongens, waarna hij eieren voor zijn geld koos en de benen nam naar Oekraïne.

Verwarring
Beeld Vincent Haiges

Ook daar ging het mis. Nog geen jaar na zijn aankomst vloog hij in Odessa in de gevangenis nadat hij de gevel van een televisiezender met verf had beklad. Zodra hij in de zomer van 2011 op vrije voeten was, werd hij opnieuw gearresteerd, dit keer op verzoek van Rusland. Dankzij de tussenkomst van verschillende mensenrechtenadvocaten mocht hij de gevangenis opnieuw verlaten en kreeg hij politiek asiel in Zweden. Maar de Russen lieten hem niet met rust. Op verzoek van het Russische bureau van Interpol werd Makarov in 2013 voor de zoveelste keer opgepakt, ditmaal in Duitsland. Hij spendeerde twee maanden in de cel wegens beschuldiging van leiderschap van een illegale extremistische groep die Poetin van de troon wilde stoten.

“Ik wil Poetin nog altijd weg”, zegt Makarov als hij energiek komt aangestormd en ons een bezwete hand geeft. Hij was een van de eersten die zich bij het Siberisch bataljon aanmeldde en heeft al voor heel wat hete vuren gestaan. In Avdiivka raakte hij zwaargewond. “Aan mijn been en mijn borst, ik was bijna dood. Maar hey, ik ben er nog. Zodra we een go krijgen om terug te keren naar Avdiivka, zal ik er opnieuw staan. Ik kan niet wachten.”

Dat het Oekraïense leger al wekenlang zware problemen ondervindt aan de frontlinies, wil hij niet horen. “Wat kunnen we anders dan vechten? Moeten we toekijken hoe niet alleen Oekraïne maar ook de Baltische staten en de rest van de Europese oostgrens straks onder Russisch bewind vallen? Het zal tijd kosten, maar ik ben ervan overtuigd dat we zullen winnen.”

Dat de ruim negenhonderd kilometer lange frontlijn muurvast zit, is al maanden een trieste vaststelling. Het Oekraïense leger houdt krampachtig stand, van enige vooruitgang is geen sprake meer. Alleen in de regio Cherson voeren de Oekraïners nog aanvallen uit aan de oevers van de Dnjepr. Na het mislukte tegenoffensief zijn het de Russen die opnieuw de aanvallen opvoeren.

“Er is een groot verschil tussen de oorlog die in februari 2022 werd gevoerd en de oorlog van nu”, zegt West. “Het gaat om compleet andere tactieken. Zo heeft de komst van de FPV-drones (first person view, red.) veel veranderd. De Russen maken het ons bijzonder moeilijk omdat ze een groot aantal FPV-drones tegelijk inzetten.” De vijand leert snel, weet West. “Degenen die beweren dat de Russen zwak en slecht getraind zijn, hebben het volledig mis.”

Maar het grootste probleem is het Oekraïense gebrek aan wapens, aan artillerie, drones en personeel, klinkt het stellig. “Rusland beschikt over een groot aantal raketten. In alle soorten en maten, waaronder heel wat spul uit Noord-Korea en Iran, zowel raketten als drones. De drones zijn bijzonder effectief in een open gebied waar je nergens kunt schuilen, maar ze worden ook volop ingezet voor aanvallen op woningen en op infrastructuur. Om terug te kunnen slaan, hebben we ofwel een even grote hoeveelheid nodig als de Russen, ofwel een sterk luchtafweersysteem. Maar er is aan beide een tekort.”

De elektronische oorlogsvoering zal een steeds grotere plaats innemen, denkt West. “Zoals het Russische Borisoglebsk2-systeem dat constant wordt geüpdatet en onder andere gps-signalen detecteert en blokkeert. De Russen zijn dat nu aan het testen. Als ze het vanuit Kaliningrad inzetten, is het systeem in staat om half Polen of een ander naburig land plat te leggen.”

Hartaanval

Deel twee van de training bestaat uit schietoefeningen op een terrein enkele kilometers verder. De mannen rennen naar een houten pallet waarachter ze dekking zoeken en schieten op een metalen schijf, vijftig meter verder. We spreken met Johnny, een twintiger uit Sint-Petersburg. Vroeger verdiende hij als IT’er de kost, maar hij verliet huis en haard omdat hij “het Russische imperialisme” wil verslaan. “Mijn ouders verkeren in de veronderstelling dat ik ergens veilig in Europa zit. Ze weten niet dat ik in Oekraïne tegen de Russen vecht. Ik denk dat ze meteen een hartaanval krijgen als ze erachter komen.”

Het unieke aan dit bataljon is de verscheidenheid, vindt Johnny. “Van anarchisten en IT’ers tot zakenmensen en studenten, we zijn hier allemaal met hetzelfde doel. Moslims, christenen, ongelovigen, het maakt niet uit. De jongste is 19, de oudste halverwege de 50.”

Die oudste blijkt de enige aanwezige met een etnische achtergrond. De Tataren en Boerjaten zijn vandaag elders nodig, legt West uit. De vijftiger – codenaam Griffin – is een ingenieur uit Basjkirostan, ook Basjkortostan genoemd, een autonome republiek gelegen tussen de Wolga en het Oeralgebergte, niet ver van de grens met Kazachstan. Ongeveer een derde van de bevolking van 4 miljoen inwoners bestaat uit Bashkieren, een islamitische bevolkingsgroep met een etnisch-Turkse achtergrond.

Hartaanval
Beeld Vincent Haiges

“Ik ben er al tien jaar weg”, zegt Griffin. “Wat wil je, als een ex-KGB’er het tot president schopt. In 2000 had ik nog hoop voor de democratie in Rusland, maar toen Poetin verscheen, wist ik dat het nooit meer goed zou komen. Bovendien zaten we zelf met een dictator, Moertaza Rachimov. Toen hij in 2006 werd herverkozen, vertrok ik naar Moskou, maar eerlijk gezegd was dat vooral om economische redenen.”

In de zomer van 2023 vertrok Griffin naar Kirgistan en nam, net als de anderen, contact op met de Burgerraad. Op YouTube had hij een rekruut met de codenaam Gandhi horen vertellen over het Siberisch bataljon, en toen vielen alle puzzelstukken op hun plaats, grinnikt de vijftiger. “Ik begreep dat het geweld van Rusland alleen met evenveel geweld kon worden gestopt. Helaas is er geen andere manier. Ik had geen enkele militaire ervaring en ik besefte dat ik al een dagje ouder word, maar voor mij was er geen andere optie. Mijn kinderen zijn al groot, mijn vrouw steunde me. Inmiddels hebben we geen contact meer.”

Griffin kon heel snel in Oekraïne terecht, na een paar weken al. Nu is hij voor het bataljon als ingenieur aan de slag. “Ik ben Oekraïne dankbaar voor deze kans. Was ik in Rusland gebleven, dan zou ik mijn verstand hebben verloren.” Binnen twee maanden vertrekt hij naar het front. “Ik weet niet wat me te wachten staat, ik maak me zorgen om de bombardementen. Maar het belangrijkste is dat ik in de spiegel kan kijken, dat ik deel uitmaak van een stuk geschiedenis waarin ik hoop een waardige rol te kunnen spelen.”