Een foto van Öcalan tijdens een betoging in Irak.

Abdullah Öcalan zit al 25 jaar in isolatie op Turks gevangeniseiland: wie is "de Mandela van de Koerden"?

Al 25 jaar zit Abdullah Öcalan, de leider van de Koerdische Arbeiderspartij PKK, in vrijwel volledige isolatie opgesloten op een verlaten Turks eiland. Voor de Turkse staat is hij een terrorist, verantwoordelijk voor tienduizenden doden. Voor de Koerden blijft hij een held, de enige leider die naar een vreedzame oplossing zoekt voor het Turks-Koerdische conflict.

De arrestatie van Abdullah Öcalan, nu 25 jaar geleden, was op zijn zachtst gezegd opmerkelijk. Op 15 februari 1999 was hij op weg van de Griekse ambassade in Kenia naar de luchthaven toen hij door Turkse speciale eenheden werd opgepakt ("ontvoerd", volgens zijn aanhangers). Er wordt algemeen van uitgegaan dat Turkije daarbij geholpen werd door de Amerikaanse CIA en de Israëlische Mossad.

Öcalan was die dag van plan om naar Irak te vliegen, maar werd op een vliegtuig naar Turkije gezet en daarna meteen opgesloten op het gevangeniseiland Imrali, in de Zee van Marmara. Ooit bevolkt, maar op dat moment verlaten, met enkel een gevangenis en een militaire basis.

Öcalan in het Turkse vliegtuig waarmee hij in 1999 van Kenia naar Turkije werd overgebracht.

Ter dood veroordeeld

De leider van de Koerdische Arbeiderspartij werd enkele maanden na zijn aanhouding ter dood veroordeeld wegens hoogverraad en separatisme. Een eerlijk proces was dat niet. Drie jaar later werd zijn doodstraf omgezet in levenslang.

Tien jaar lang was Öcalan de enige gevangene op Imrali. In 2009 waren ze met 7. Maar ook dan moest hij zijn tijd in nagenoeg volledige isolatie doorbrengen: 23 uur op weekdagen, 24 uur in het weekend. Tegenwoordig zitten er naast Öcalan nog 3 anderen opgesloten.

Tweederangsburgers

Abdullah Öcalan (°1948) richtte in 1978 de Koerdische Arbeiderspartij (PKK) op, een militante beweging met een nationalistische en marxistische ideologie.

Aanvankelijk streefde de PKK naar onafhankelijkheid voor Turks-Koerdistan, in het zuidoosten van Turkije. De Koerden zijn een van de ongeveer 20 bevolkingsgroepen in Turkije. De Turkse overheid behandelt hen als tweederangsburgers. Naast Turkije leven er ook veel Koerden in Irak, Iran en Syrië. Een eigen staat hebben ze nooit gehad.

Öcalan was zich pas bewust geworden van de Koerdische onderdrukking door de Turkse overheid toen hij aan de universiteit ging studeren. Daarvoor was hij een bewonderaar van Mustafa Kemal "Atatürk", de stichter van het moderne Turkije. Hij sprak in die tijd zelfs beter Turks dan Koerdisch.

15 jaar oorlog

De militaire staatsgreep van 1980 en het militaire bewind in de jaren die volgden, gingen gepaard met keiharde repressie tegen alles wat links en Koerdisch was. Duizenden Koerden werden in de gevangenis gegooid en zwaar gefolterd. Het was de perfecte voedingsbodem voor de heropleving van het Koerdische gewapende verzet. 

Midden jaren 80 begon de PKK een regelrechte oorlog tegen de Turkse staat, die zeker 15 jaar zou duren, met tienduizenden doden tot gevolg. Volgens de PKK vooral leden van de politie en andere veiligheidsdiensten. Eind jaren 80, begin jaren 90 kende de PKK haar hoogtepunt, ze slaagde er toen in om grote delen van het zuidoosten van Turkije te controleren. 

Öcalan zelf was naar Syrië gevlucht, van waaruit hij de gewapende strijd 15 jaar lang leidde. "Elk volk dat zijn recht op zelfbeschikking opeist en dat strijd voert tegen een koloniaal en racistisch regime als dat van Turkije, heeft volstrekt het recht om de wapens op te nemen", zei hij in die tijd.

Maar na enkele militaire tegenslagen begin jaren 90 begon Öcalans boodschap te veranderen. Hij pleitte niet langer voor een onafhankelijke Koerdische staat, maar wel voor meer autonomie en gelijke rechten voor het Koerdische volk binnen een multicultureel, democratisch Turkije.

Abdullah Öcalan in 1997.

Op zoek naar politiek asiel

In 1998 begon Öcalan aan een zwerftocht door Europa op zoek naar asiel, nadat Syrië hem onder druk van Turkije het land had uitgezet. Hij probeerde het in Rusland, Spanje, Griekenland en Italië en was naar verluidt zelfs even op weg naar België. Maar geen enkel Europees land durfde het aan.

Zijn allerlaatste schuilplaats was de Griekse ambassade in de Keniaanse hoofdstad Nairobi, begin 1999. Een vreemde keuze, want de stad was in die tijd vergeven van de Amerikaanse geheime agenten. Enkele maanden ervoor vond namelijk een aanslag plaats op de Amerikaanse ambassade.

De Amerikanen waren dan ook de eersten die doorhadden dat Öcalan in Nairobi was. Maar ook de Mossad hield hem al een hele tijd in de gaten. Met het bekende gevolg, die 15e februari 1999.

De Koerdische zaak, anno 2024

In die 25 jaar dat Öcalan gevangen zit, heeft hij de PKK meermaals vanuit zijn cel opgeroepen om de gewapende strijd te staken. Er volgden tijdelijke bestanden en onderhandelingen met de Turkse overheid, maar van echte vrede kwam nooit iets in huis.

De PKK, die door meerdere landen als een terroristische organisatie wordt beschouwd, is na al die jaren nog altijd heel actief en pleegt nog geregeld aanslagen. En ook de Turkse overheid geeft de gewapende strijd niet op. Getuige daarvan zijn de vele luchtaanvallen op Koerdische doelwitten in buurlanden Irak en Syrië

Intussen hebben de Koerden in Turkije al iets meer culturele rechten gekregen, bijvoorbeeld in het onderwijs, maar veel stelt dat niet voor, zegt Derwish Ferho van het Koerdisch Instituut in België. "Er is bijvoorbeeld nog altijd geen volledig Koerdisch onderwijs."

Ook op politiek vlak hebben de Koerden weinig te zeggen. Er is wel de DEM-partij (tot vorig jaar DHP), een Turks-Koerdische partij die momenteel de derde fractie in het Turkse parlement vormt, maar ook hier tempert Ferho de verwachtingen.

"Ze doen hun best, maar als er ook maar twee woorden over de Koerden of de dialoog vallen, worden ze er door de rest van het parlement van beschuldigd terroristen te steunen. Ze zijn maar met 60 op 500 parlementsleden. Zolang die mentaliteit van haat en ontkenning tegenover andere nationaliteiten en identiteiten niet verandert, kunnen zij niet veel doen."

Elk jaar komt de Koerdische gemeenschap in februari op straat om Öcalans vrijlating te eisen, zoals hier in Brussel in 2019. Ook deze week zijn er grote demonstraties gepland.
Copyright 2019 The Associated Press. All rights reserved.

Komt Öcalan ooit vrij?

Mede daardoor blijft Öcalan voor de Koerden in Turkije ook na 25 jaar gevangenschap de "onmiskenbare" leider. "De enige leider die blijft spreken over het zoeken naar vreedzame oplossingen", zegt Ferho. "Öcalan is de Mandela van de Koerden", schrijft NavBel, de vertegenwoordiging van de Koerdische gemeenschap in België in een persbericht.

Maar de Koerden maken zich ernstige zorgen over zijn gezondheid en veiligheid. De voorbije 10 jaar mocht zijn familie maar 5 keer op bezoek komen. In 15 jaar werden hem 2 telefoongesprekken toegestaan. Het laatste contact met de buitenwereld dateert al van 3 jaar geleden.

In 2014 oordeelde het Europees Hof voor de Mensenrechten dat Öcalans gevangenschap als een marteling moet worden gezien, omdat hem geen enkele hoop op vrijlating wordt geboden. Turkije negeerde die uitspraak.

Of hij ooit nog vrijkomt? "Ik hoop het", zegt Ferho. "En ik hoop dat hij de leider kan zijn die toch nog een oplossing kan vinden. Als er iets met hem zou gebeuren, zou dat niet goed zijn voor de Koerden, maar ook niet voor Turkije in het algemeen."

Meest gelezen