INTERVIEW. Mark McKenzie (RC Genk): “Iedereen in onze familie moet een Bicky Burger eten”

In ‘Not so frequently asked questions’ vuurt Dave Peters ongewone levensvragen af op een sporter. Vandaag: Mark McKenzie (25), verdediger bij RC Genk.

Dave Peters

Wie was je favoriete president?

(lacht) Dat is meteen een moeilijke, man. Maar gevoelsmatig denk ik meteen aan Barack Obama, de eerste Afro-Amerikaan die het zo ver schopte. Hij heeft voor heel wat minderheden toch de dynamiek veranderd, de manier waarop dingen bekeken en of geregeld worden. Als je iemand ziet die in zekere zin op jou lijkt, dan is dat een niet te onderschatten rolmodel. Je gelooft plots dat je iets groots kunt bereiken, je wordt geïnspireerd en ga zo maar door. Als we wat verder de geschiedenis induiken, herinner ik me vooral die gepoederde pruiken van al die machtige mannen. Zo vreemd vond ik dat eruitzien. Ik was wel een beetje een geschiedenisnerd. Dan vroeg ik me ook af of er een kale schedel onder die pruik zat. En of dat dan kwam omdat ze er een slechte hygiëne op na hielden. Ging ver hoor, die gedachten in mijn hoofd.”

Barack Obama.© AFP

Wie spreekt het grappigste Engels bij Genk?

“Dat zal onze jonge keeper Mike Penders zijn, my guy from Uikhoven. (lacht) Ondertussen hebben we geweldige gesprekken maar we komen van ver. Wat zeg je? Iedereen spreekt toch Engels tegenwoordig? Man, ik kan je vertellen dat er zonder onze tolk Bryan Heynen weinig zou gecommuniceerd zijn. We verstonden elkaar echt helemaal niet. Dat had alles te maken met de nogal aparte uitspraak van sommige Engelse woorden, denk ik. Vaak in een deuk gelegen hoor. Wat mijn eerste zin Nederlands was? Iemand zei me dat ik gewoon altijd ‘Wa Make’ moest zeggen. Dat wil in Limburg zoveel zeggen als ‘Hoe is ‘t’?’ Awel, toen ik mijn Antwerpse maat zag, zei ik dus meteen ‘Wa Make’. Hij hoorde het in Keulen donderen. Ik moet dus oppassen met Limburgs in de rest van het land. ‘Pannenkoeken’, dat is veel veiliger. Dat was trouwens een van mijn eerste Nederlandse woorden.”

Sta je open voor Belgische delicatessen?

“Op het gebied van voedsel ben ik vrij open minded. Daar zitten de Caraïbische roots via mijn vader voor iets tussen, denk ik. Telkens wanneer mijn moeder en mijn zus hier zijn, laat ik ze iets proeven. Als ze aarzelen, blijf ik aandringen tot het bordje leeg is. Ik ben daar heel streng in. (lacht) In mijn eerste week in België nam onze toenmalige persman me mee naar een klein frituurtje. Hij wilde me trakteren op een Bicky Burger, waar ik nog nooit van gehoord gehad. Maar het smaakte. Mijn hele familie heeft ondertussen al zo’n burgertje achter de kiezen gestoken. Mijn zus twijfelde eerst omdat ze online gelezen had dat ze er paard instaken. Dat heb ik even moeten ontkrachten. De frieten erbij, on the side, vond ze helemaal geweldig.”

Een Bicky Burger.

Heb je al rare dingen gezien in het vliegtuig?

“Qua incidenten op een vliegtuig mag ik voorlopig niet klagen. Toch niet wanneer ik met Genk of met de nationale ploeg van Amerika onderweg was. Wel die keer met mijn verloofde richting Puglia. We hebben sowieso weinig vrije dagen en dan wil je er het beste van maken. Drie dagen genieten en dan snel terug om te trainen. Zitten we in de kleine lounge te wachten op de terugvlucht, komt de piloot ineens binnen met het nieuws dat er een half uur vertraging zal zijn. Dat half uur werd een uur en uiteindelijk dus gecanceld. Vogels in de motor of zoiets. Toen schoot ik in een lichte paniek want op tijd komen is heilig in het voetbal. Alles afgezocht en alle vluchten richting thuis bleken die dag volgeboekt. Snel de teammanager gebeld en die extra nacht was gelukkig oké.”

Wat is je favoriete stad aan de West Coast?

“Sommige delen van de Westkust hebben op economisch vlak en door de pandemie serieuze klappen gekregen. Maar ik denk dat ik voor San Diego ga. Zeer relaxte stad, heel proper en de levenskwaliteit lijkt er een pak hoger te zijn dan in andere steden. Los Angeles is ook nice, alleen dat verkeer daar. Je wordt er knettergek van. Of ik ervaren New York-reizigers nog iets kan tippen. Goh, waar moet ik beginnen? Ik ben een Bronx-boy, and proud to be so. Maar goed, naast de voor de hand liggende sights zoals 5th Avenue, Empire State en Soho zou ik eens in Brooklyn gaan kijken, in de Red Brick Area bijvoorbeeld. Zoals je misschien wel weet, verandert New York de hele tijd. Er is zoveel te doen, altijd en overal. En het hoeft in tegenstelling tot wat je zou verwachten niet duur te zijn. Mijn ultieme tip is: vraag het aan de locals. Die gaan je altijd verder helpen. In die leuke buurten heb je veel zogenaamde Mom-and-Pop Stores, dat zijn kleine, familiegerunde winkeltjes of restaurants die vaak fantastisch zijn. Wie wat moeite doet, zal het net iets minder hard voelen in zijn of haar portemonnee. Door de emigratie is er zoveel diversiteit, aan mensen, aan smaken, aan alles eigenlijk he. I love it.”

© REUTERS

Waar moet ik gaan eten in The Bronx?

“Simpel. Ik ga naar White Plains Road voor de authentieke Jamaicaanse keuken. Restaurants genoeg daar. Om duimen en vingers af te likken, dat garandeer ik je. Jerk chicken, geit in currysaus, ossenstaart, bakbanaan en vergeet ook het kokosbrood niet. Good stuff, soul food! Man, ik krijg al goesting. En die reputatie van de Bronx? Onterecht? Laat ik het zo zeggen: je hebt er veel hardwerkende mensen die het niet breed hebben. En de economie is er niet bepaald gunstig geëvolueerd voor de bevolking. Maar hey, ik ga mijn hometown niet bashen. Wij hebben wel Yankee Stadium hé, en de NY Zoo en de Botanical Garden. Weet je wat het is? Als je niet van daar bent: maak dan een plan, laat je wat gidsen, ga niet doelloos rondzwerven als je de stad niet kent.”

Ben je een goede gids voor je familie?

Qua European sightseeing bedoel je? Ik ben een uitstekende gids, ja. Uiteraard. (lacht) Ik zie ons nog staan in Londen, van die selfies maken omdat we zo blij waren dat we dat allemaal samen mogen beleven. En mijn zus maar dansen voor Buckingham Palace. De wissel van de wacht vonden we ook geweldig. Dat zijn dingen die je normaal alleen op tv ziet. Mocht ik die Europese connectie niet hebben, dan zouden ze wellicht enkel in de Caraïben, Hawaï of Zuid-Amerika op vakantie gaan. Nu maak ik er een punt van om ze uit te dagen om steeds nieuwe plekken te ontdekken. Amsterdam, Parijs, Duitsland, ze komen allemaal aan de beurt. Weet je wat het is? Ik besef zo hard dat het een ongelofelijke droom is dat ik hier mag spelen. Wanneer ik in een moeilijke periode zit of wanneer er frustraties zijn, denk ik aan alle opofferingen die mijn familie gedaan heeft.”

Heb je Weston McKennie op training al getorpedeerd?

(schiet in de lach) Nee, bij de nationale ploeg probeer je je manieren te houden. Je wil ook niemand blesseren natuurlijk. Wie de beste speler is waar ik in Amerika tegenover stond? Dat was in de jeugd. Jonathan Amon heet hij, ex- Nordsjælland en nu speelt hij bij Lyngby in Denemarken. Zo dynamisch, hij had iets weg van Jérémy Doku. Je weet wat hij ongeveer gaat doen en toch is hij niet af te stoppen.”

Pulisic.© AP

Heb je Pulisic al een bezoekje gebracht bij AC Milaan?

“Nog niet, nee. Maar hopelijk kan ik dat snel eens doen. Christian is een extreem talent. Rechts, links, vista, hij heeft het allemaal. Wat zeg je? Dat we samen 10 kilometer gaan joggen door de straten van Milaan? Nee, dank je. Ik denk spontaan terug aan de periode dat Bernd Storck onze coach was. We hebben zo’n trail achter het stadion. Er is ook een trap die ze speciaal gebouwd hebben om de heuvel op te sprinten. Pakweg 300 treden. Als je dat vier keer gedaan hebt, kunnen ze je bij elkaar vegen. Als we boven waren, moesten we iets uitschreeuwen. Allemaal voor de motivatie. Storck zat er helemaal bovenop. Het is geen geheim dat de gemiddelde voetballer liever alles met de bal doet.”

Je weet toch waar Christian Pulisic geboren is?

“In Hershey Pennsylvania, waar ze die wereldberoemde candybars maken. Ik geloof dat hij er ooit een clinic heeft gegeven. Of hij zijn gewicht in chocolade heeft gekregen als beloning, weet ik niet. Stel je voor. Maar goed, die connectie met je roots is heel belangrijk bij ons in Amerika. Iedereen die iets bereikt in het leven, doet graag iets terug voor de gemeenschap waarin hij is opgegroeid is.”

Not so FAQ

Dave Peters vuurt wekelijks ongewone vragen op sporters af. Al zijn interviews kan u via volgende link lezen.

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Lees meer