Al in de eerste 1.000 dagen, vanaf de conceptie tot 2 jaar, verdient het voorkomen van obesitas aandacht, zeggen experts.
© 2017 - Bas de Meijer / HH

4 keer meer kinderen met obesitas: "Preventie begint al in de eerste 1.000 dagen"

In 30 jaar tijd is het aantal kinderen en jongeren met obesitas wereldwijd verviervoudigd. Dat toont een studie van de WHO. Het is belangrijk om al van in het prille begin in te zetten op preventie, zeggen experts. "Als maatschappij en vanuit het beleid moeten we daaraan werken. Ook op jonge leeftijd zijn er gevaren aan obesitas", zegt Inge Gies, diensthoofd pediatrie bij de obesitaskliniek van UZ Brussel.

wereldwijd heeft 1 op de 8 mensen obesitas (een BMI van 30 of meer). Dat blijkt uit een grote studie waaraan de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) heeft meegewerkt. Bij volwassenen gaat het om meer dan een verdubbeling ten opzichte van 30 jaar geleden. Maar ook bij kinderen en tieners komt obesitas steeds vaker voor. Wereldwijd gaat het daar zelfs om een verviervoudiging.

In België kampt ongeveer 20 procent van de volwassenen en 8 procent van de kinderen met obesitas. Voor kinderen en jongeren wordt een beroep gedaan op groeicurven en bestaan er aangepaste BMI-tabellen. Maar ook bij ons zien experts steeds vaker kinderen en tieners met overgewicht of obesitas.

Vicieuze cirkel

Katrien Boonen, al 24 jaar verpleegkundige bij Vrij CLB Kempen, schrikt niet van de cijfers. "Ik zie doorheen mijn carrière het aantal kinderen en jongeren met overgewicht en obesitas stijgen, ook bij steeds jongere kinderen. We voeren gesprekken met ouders van kinderen uit het eerste leerjaar bij wie we de gewichtscurve spectaculair zien stijgen."

Ik zie doorheen mijn carrière het aantal kinderen en jongeren met overgewicht en obesitas stijgen, ook bij steeds jongere kinderen.

Katrien Boonen, CLB-verpleegkundige bij Vrij CLB Kempen

Boonen noemt levensstijl een van de belangrijkste oorzaken van die stijging. "Meer dan vroeger eten we veel en meer energierijk, het is ook makkelijker om aan energierijk eten te geraken. We bewegen ook minder. Waar kinderen vroeger veel meer buiten speelden, merken we nu in onze gesprekken met kinderen dat ze heel vaak met schermen bezig zijn. Vroeger gingen ze meer te voet en met de fiets naar school, nu is dat met de auto of de bus." De optelsom is snel gemaakt: meer energie-inname, minder energieverbruik, dat leidt tot een hoger gewicht.

Ook professor Inge Gies, diensthoofd pediatrie bij de obesitaskliniek van UZ Brussel, haalt een veranderende levensstijl aan. Daarnaast ziet zij nog een andere verklaring. "We zien ook bij volwassenen een toename van obesitas. Als jonge koppels met overgewicht zwanger worden, is de kans groter dat hun kind dat later ook zal hebben. We dreigen daardoor in een vicieuze cirkel te komen waarbij er steeds meer kinderen en jongvolwassenen met obesitas kampen."

Levensstijl is een van de belangrijkste verklaringen voor de toename van obesitas bij kinderen.
africa-studio.com (Olga Yastremska and Leonid Yastremskiy)

Cirkel doorbreken

Obesitas voorkomen of aanpakken gebeurt best al van in de kindertijd. "Als kinderen overgewicht hebben, is de kans dat ze ermee blijven zitten veel groter. Meer dan 60 procent van hen zal als volwassene obees zijn als er niks aan gedaan wordt. Als je het vroeg kan opsporen, of nog beter, vermijden, dan heb je de grootste kans om die cirkel te doorbreken", zegt professor Gies.

We mogen ook de emotionele gevolgen niet onderschatten. Kinderen en jongeren kunnen heel kwetsend zijn op de speelplaats.

 

Katrien Boonen, CLB-verpleegkundige bij Vrij CLB Kempen

Maar ook op jonge leeftijd zijn er gevaren aan obesitas. "Algemeen weten we dat er meer kans is op hart- en vaatziekten, diabetes, eetstoornissen", zegt Boonen. "Daarnaast heeft het ook een invloed op geslachtshormonen. Jongens kunnen later in de puberteit komen, meisjes net vroeger. De menstruatie komt vroeger op gang, of net niet, of heel onregelmatig."

Dat zijn "ver-van-hun-bed"-gevolgen voor jonge kinderen, erkent Boonen. "Maar ze ervaren wel dat ze sneller moe zijn, kortademig, niet mee kunnen in de turnles, de sportclub, de jeugdbeweging. We mogen daarnaast de emotionele gevolgen niet onderschatten. Kinderen en jongeren kunnen heel kwetsend zijn op de speelplaats, met schelden en uitsluiten. Maar ook online, op sociale media, gebeurt het, meer verdoken."

Het belang van de eerste 1.000 dagen

Professor Gies noemt de eerste 1.000 dagen, vanaf de conceptie tot het einde van het tweede levensjaar, al een belangrijke fase voor de preventie van obesitas. "Niet te veel bijkomen, maar vooral gezonde voeding en niet roken tijdens de zwangerschap, dat is belangrijk voor het gewicht en de latere programmering van de baby", legt ze uit.

"Na de geboorte is het belangrijk om borstvoeding te blijven promoten wanneer dat mogelijk is. Veel inzetten op gezonde bijvoeding, niet te veel eiwitrijke voeding, zorg dat je kindje beweegt. Zet het niet te snel in de maxi cosi of in de buggy, maar zorg dat het veel vrij kan kruipen en rollen, of zelf stappen. Dat draagt allemaal bij."

Veel inzetten op gezonde bijvoeding, niet te veel eiwitrijke voeding, het zijn enkele van de tips.
2016 Photothek

Niet zomaar een folder meegeven

Boonen probeert met het CLB kinderen en ouders te bereiken. "Die gesprekken zijn niet vanzelfsprekend, maar we proberen ouders echt bij ons te krijgen. We willen niet zomaar een folder of een brief met tips meegeven. We willen een volledig beeld krijgen van het kind, in het hele eet-, beweeg- en slaappatroon. Jammer genoeg gaan heel weinig ouders daarop in. Terwijl het soms al opgelost kan zijn, want we merken dat er toch wel veel onwetendheid is."

Vroeger werd gezegd dat men niet te veel te nadruk mocht leggen op gewicht bij kinderen, of een dieet. Maar we doen dat best wel, zegt Gies. "Men dacht dat kinderen er wel wat uitgroeien. Nu zijn er veel meer campagnes om obesitas bij kinderen te vermijden. Als maatschappij en vanuit het beleid moeten we daarop inzetten. Ook op jonge leeftijd zijn er gevaren aan obesitas."

Meest gelezen