Direct naar artikelinhoud
GetuigenissenRacisme

‘In de kleinere dorpen kom je het vaker tegen’: 20 procent meer meldingen van racisme en discriminatie op voetbalveld

Willy Kabera: ‘Als Romelu Lukaku in het nieuws komt na een incident, weet je: hij kan tegen een stootje. Ik intussen ook. Dat is niet hetzelfde voor een kind van zeven jaar.’Beeld Thomas Sweertvaegher

In twee jaar tijd is het aantal meldingen van discriminatie in ons voetbal met ruim 20 procent toegenomen: van 372 in het seizoen 2021-2022 naar 452 vorig seizoen. In 85 procent van de gevallen draait het rond racistische opmerkingen. Afgelopen weekend nog kreeg KRC Genk-spits Tolu Arokodare verwensingen te horen na een gemiste strafschop. Drie slachtoffers getuigen: ‘Altijd slikken, slikken, slikken, het was even genoeg geweest.’

Germaj Rousseau (23)

“De hele wedstrijd door riepen ze ‘Vuile zwarte’ en ‘Vuile aap’. Ik heb dat meermaals aan de scheidsrechter gemeld. Ik pakte een gele kaart uit frustratie, waarna de trainer mij tien minuten voor tijd wisselde omdat ik volgens hem helemaal opgefokt was. Ik stapte naar de kleedkamers. Op de tribune moest ik onder die supporters doorlopen. Drie vrouwen riepen me toe: ‘Ja, ga maar van het veld, je bent al vuil genoeg!’ Een van hen spuwde naar me, ik zag het speeksel op mijn schouder kleven. Toen werd alles zwart voor mijn ogen. Ik sprong over het hekken en wilde haar vragen waarom dat spuwen nodig was, maar supporters van onze ploeg hielden me tegen. De wedstrijd moest zelfs tien minuten worden stilgelegd. Mijn medespelers wilden eigenlijk stoppen, maar onze trainer vond dat we moesten verder spelen. In de kleedkamer heb ik voor het eerst in mijn leven geweend. Ik had mijn limiet bereikt.”

De feiten dateren van vorig voorjaar tijdens een duel in de West-Vlaamse derde provinciale. “De dag na de wedstrijd kwam de voorzitter van die club naar mij thuis met een krat bier. Hij verontschuldigde zich, zei dat hij en zijn club daar niet voor staan en dat hij er iets aan wilde doen.”

De scheidsrechter had vreemd genoeg geen verslag opgemaakt van het voorval. Toch werd de zaak door het bondsparket behandeld, omdat de fans van de betrokken club intussen een kwalijke reputatie hadden opgebouwd. Tijdens de hoorzitting werd de voorzitter vergezeld door een advocaat. Hij beweerde opeens dat het allemaal leugens waren.

Tijdens een tweede hoorzitting kwamen nog meer bewijzen naar voor. De voorzitter werd daarop veroordeeld tot het betalen van een geldboete en moest een antiracistische campagne voeren binnen zijn club. “Ik vind het fout dat de club wordt gestraft en de individuen vrijuit gaan. Maar ik ben wel tevreden hoe de voetbalbond dit heeft aangepakt.”

“Op hoger niveau zitten ze er waarschijnlijk iets korter op, want daar heb ik niets meegemaakt. In provinciale ligt dat anders. Zowel met tegenspelers als supporters. ‘Vuile zwarte’. ‘Zou je niet beter met de bananenboot terug naar Afrika gaan?’ ‘Moet je niet mee met Sinterklaas, Zwarte Piet?’ Ik heb een dik vel. Ik kan er niet aan doen dat sommige mensen geen open kijk op de wereld hebben. En ik voetbal te graag om mijn plezier te laten vergallen. Tot die ene keer dat ik wel gereageerd heb. Altijd slikken, slikken, slikken, het was even genoeg geweest.”

Umar (*) (30)

“We speelden een uitwedstrijd in derde provinciale. Een minuut of tien voor het einde tackle ik bal en man tegelijk buiten. Ingooi voor ons, besliste de scheidsrechter. Toen ik wilde inwerpen, hoorde ik achter mij iemand roepen: ‘Hoe kan dat nu, die vuile zwarte heeft de bal toch als laatste geraakt?’ Ik ging er niet op in: we stonden 2-3 voor, ik zat vol adrenaline, ik wilde vooral verder spelen. Maar toen ik mij omdraaide, riep die man ‘Ja, ’t was tegen u, vuile zwarte!’”

“Na het laatste fluitsignaal keek ik de man recht in de ogen. Hij flipte compleet. ‘Vuile zwarte aap. Dit is de reden waarom we mensen zoals gij niet moeten!’ Niemand langs de lijn ging tegen hem in. Ik werd er emotioneel van. En razend. Mijn kwaadheid was een cumulatie van wat ik al vele jaren had gehoord, en niet alleen op een voetbalveld. Gelukkig stond er nog wat volk tussen, ik weet niet wat er anders gebeurd zou zijn.”

“Achteraf hoorde ik dat het zijn zoon was die ik stevig had getackeld. ‘Hoe kun je als volwassen man zo gefrustreerd reageren?’ dacht ik. ‘Wat heb ik jou misdaan?’ In de kleedkamer was ik nog altijd zwaar onder de indruk. Zijn zoon kwam zich een beetje halfslachtig verontschuldigen. ‘Ik heb met je te doen dat je zo’n vader hebt’, zei ik. Nadien zag ik dat de Facebook-pagina van die man volstond met berichten van Vlaams Belang. ‘#nietmijnregering’ en dat soort dingen. Maar is het verlies van een wedstrijd voldoende om ‘aap’ tegen mij te roepen?”

Op aanraden van zijn ploegafgevaardigde maakte Umar melding van de racistische opmerkingen. De dader kreeg een voorwaardelijk stadionverbod opgelegd en de club de verplichting om de Come Together-campagne uit te rollen. “Die straf kwam er omdat mijn verhaal door verschillende mensen werd bekrachtigd. Ik merkte dat er zwaar aan werd getild binnen de bond. Voor mij was dat voldoende om het af te sluiten. Als ik vergelijk met de eerste keer dat ik racisme meemaakte, meer dan twintig jaar geleden, zijn er veel stappen gezet. Ik weet nu waar ik terechtkan als het mij nog eens zou overkomen.”

“Ik wil niet alle ploegen over één kam scheren, maar in de kleinere dorpen kom je het meer tegen dan elders. Ik vraag me dan altijd af: voelen die mensen niet dat ze verkeerd bezig zijn of zijn ze effectief racistisch?”

Onder de Come Together-koepel kunnen voetbalclubs racisme en discriminatie aanpakken.Beeld RV

Wilson ‘Willy’ Kabera (30)

“Ik was de enige niet-witte jongen in mijn jeugdploeg. Geregeld hoorde ik racistische verwijten. ‘Vuile zwarte’. ‘Vuile aap’. ‘Keer terug naar uw eigen land!’ Ontzettend kwetsend. Ik sprak de taal, verstond elk woord. ‘Dit ís mijn land!’, reageerde ik soms. ‘Trek het je niet aan’, zeiden mijn ploegmaats, maar zo simpel is het natuurlijk niet. Het was niet oké, nooit. Ik was daar telkens een hele week slecht van.”

Vierentwintig jaar nadat hij na jaren van omzwervingen, op de vlucht voor de Rwandese genocide, met zijn familie in ons land was gearriveerd, is Willy actief bij FC Ganshoren, een Brusselse club uit de tweede amateurklasse die onder de ACFF valt, de Franstalige tegenhanger van Voetbal Vlaanderen. “Na 23 jaar bij Vlaamse clubs zijn mijn ogen hier opengegaan. Op het vlak van omgaan met diversiteit staat Vlaanderen ver achter. Als ik praat over wat ik allemaal te horen heb gekregen in het verleden, kijken de Brusselaars en Walen mij vol ongeloof aan. Terwijl er bij een vorige club van mij nog een supporter was die zich openlijk afvroeg waarom er zoveel zwarten in de ploeg stonden. En dat ging dan om 4 spelers op 23. Die man deelde op Facebook voortdurend posts van Vlaams Belang waarin migratie als bron van alle kwaad werd afgeschilderd, maar als je hem tegenkwam, zei hij vriendelijk goeiedag. Dat is de zeer schizofrene context waarin heel wat spelers met Afrikaanse roots moeten voetballen.”

Willy Kabera is ambassadeur van Come Together, een actieplan dat twee jaar geleden binnen de Koninklijke Belgische Voetbalbond werd ontvouwd om discriminatie, racisme, homofobie en andere vormen van ongelijkheid in ons voetbal aan te pakken. “Mensen die racistische opmerkingen maken voelen zich nog altijd erg comfortabel, maar er komt wel reactie”, stelt hij vast. “Dat is bemoedigend. Als Romelu Lukaku in het nieuws komt na een incident, weet je: hij kan tegen een stootje. Ik intussen ook. Dat is niet hetzelfde voor een kind van zeven jaar.”

In september 2019 werd Romelu Lukaku, toen bij Inter, racistisch bejegend door Cagliari-fans. Het sein voor de KBVB om in actie te komen.Beeld FC Internazionale via Getty Imag

Come Together

De jongste jaren kwamen er binnen de voetbalbond een klankbord van ervaringsdeskundigen en een meldpunt voor racistische incidenten, worden er workshops georganiseerd in clubs, zijn er acties onder de Come Together-koepel en wordt racisme aangepakt door een aparte kamer binnen het bondsgerecht. Met Samia Ahrouch werd ook een inclusiemanager aangesteld.

“De déclic is er gekomen na een racistisch incident met Romelu Lukaku in Cagliari in september 2019”, zegt ze. “De toenmalige CEO van de bond, Peter Bossaert, vond dat er een actieplan moest komen. We hebben dit opgesteld samen met twintig experten en ervaringsdeskundigen. Daarnaast hebben we twee onderzoeken gedaan, samen met de VUB en de KU Leuven, waaruit bleek dat een op de drie jongeren al eens het slachtoffer was geweest van discriminatie. Bij meisjes was dat zelfs een op de twee. Racisme en fatphobia waren daarbij de vaakst voorkomende vormen.”

Volgens de voetbalbond is er geen sprake van méér racisme, maar zijn slachtoffers en omstanders alerter geworden, en vullen ze bijgevolg sneller het online formulier in. “Collega’s schrokken ervan dat er plots veel meldingen binnenkwamen”, zegt hr-verantwoordelijke Sylvie Marissal. “Wij vinden dat net een goed teken: mensen vinden de weg.”

In maart vorig jaar was er een opgemerkte mediacampagne in het kader van Come Together, waarbij slachtoffers, onder wie één jongetje, een tattoo droegen met een provocerende tekst, om aan te geven dat je door sommige uitspraken voor het leven getekend wordt. Woensdag lanceerde de voetbalbond de nieuwe campagne: de tatoeages zijn gebleven, maar de focus wordt nu meer gelegd op online haatspraak. Antwerp-aanvoerder en Gouden Schoen Toby Alderweireld, die zelf in mei vorig jaar op sociale media bedreigd werd met het ontvoeren van zijn kinderen, is het gezicht van de campagne.

“We moeten weg van het hokjesdenken”, stelt Ahrouch. “Naar onze workshops met de clubverantwoordelijken, medewerkers en trainers vertrekken wij niet met een ‘Het is zo en niet anders’-houding, wij zien dat als uitwisselingsmomenten. Het is niet de bedoeling dat de aanwezigen alleen maar ja-knikken. We leren van elkaar, zodat ieder op zijn niveau zijn verantwoordelijkheid kan nemen.”

(*) Umar is een schuilnaam. Zijn volledige identiteit is bij de redactie bekend.