Direct naar artikelinhoud
Voor u uitgelegdGezondheid

‘Ik raad aan om de 20-20-20-regel te volgen’: experts houden 9 mythes over onze ogen tegen het licht

Als je gezichtsvermogen begint af te nemen, moet je dat niet afdoen als 'gewoon ouder worden', stelt Joshua Ehrlich, assistent-professor oogheelkunde en oftalmologie aan de Universiteit van Michigan.Beeld NYT / OUMAYMA BEN TANFOUS

Altijd al willen weten of je nu echt bijziend wordt wanneer je van dichtbij naar de televisie kijkt? Experts beoordelen negen veelvoorkomende opvattingen met betrekking tot ooggezondheid. ‘Als we naar een scherm staren, knipperen we niet zo vaak als we zouden moeten.’

Als je als kind ooit bent berispt voor lezen in het donker of als je al eens een blauwlichtfilterbril gebruikt tijdens het werken aan de computer, dan heb je misschien verkeerde ideeën over wat goed is voor je ogen en wat niet. Hier zijn negen veelvoorkomende opvattingen met betrekking tot ooggezondheid, en wat deskundigen daarover te zeggen hebben.

1. Een boek lezen of van dichtbij naar een smartphone kijken is slecht voor je ogen.

Waar. Onze ogen zijn niet gemaakt om lange tijd te focussen op voorwerpen dicht bij ons gezicht, aldus Xiaoying Zhu, universitair hoofddocent optometrie en hoofdonderzoeker bijziendheid aan het SUNY College of Optometry in New York. Als we dat doen, vooral als kinderen, raakt de oogbol verlengd, wat na verloop van tijd bijziendheid kan veroorzaken. Zhu raadt aan om de 20-20-20-regel te volgen: kijk na elke 20 minuten aandachtig lezen minstens 20 seconden naar iets dat minstens 20 ­meter verderop ligt.

2. Lezen in het donker tast je gezichtsvermogen aan.

Niet waar. Maar als de verlichting zo zwak is dat je je boek of tablet dicht bij je gezicht moet houden, kan dat de ­bovengenoemde risico’s vergroten en vermoeide ogen veroorzaken, wat pijn rond de ogen en slapen, hoofdpijn en concentratieproblemen als gevolg kan hebben. Maar dit zijn meestal tijdelijke symptomen, aldus Zhu.

3. Meer tijd buiten doorbrengen is goed voor de ogen.

Waar. Onderzoek suggereert dat buiten zijn het risico op het ontwikkelen van bijziendheid kan verminderen, ­aldus Maria Liu, docent klinische ­optometrie aan de Universiteit van Californië in Berkeley. Deskundigen begrijpen niet helemaal waarom dit zo is.

4. Te veel ultraviolet licht kan het gezichtsvermogen schaden.

Waar. Er is een reden waarom experts zeggen niet naar de zon te staren. Te veel blootstelling aan ultraviolette ­A- en B-stralen in het zonlicht kan “onomkeerbare schade” aan het netvlies veroorzaken. Dat zegt Joshua Ehrlich, ­assistent-professor oogheelkunde aan de Universiteit van Michigan. Dit vergroot het risico op het ontwikkelen van staar, zegt hij. Te veel blootstelling aan uv-licht kan ook het risico op het ontwikkelen van kanker in het oog verhogen, aldus Ehrlich, hoewel dit risico laag is. Een zonnebril, bril of contactlenzen dragen die uv-stralen blokkeren, kan bescherming bieden.

5. Nu en dan een tijdje geen bril dragen kan helpen te voorkomen dat je gezichtsvermogen verslechtert.

Niet waar. Sommige patiënten die een bril nodig hebben dragen die niet omdat ze vrezen dat ze daardoor alsmaar slechter gaan zien, vertelt Safal Khanal, assistent-professor in de optometrie aan de Universiteit van Alabama in ­Birmingham. “Dat klopt dus niet”, zegt Khanal. “Als je een bril nodig hebt, moet je hem dragen.”

6. Zelfs een beetje blauw licht van beeldschermen is schadelijk voor je ogen.

Niet waar. Hoewel sommige studies hebben aangetoond dat blootstelling aan blauw licht het netvlies kan beschadigen en na verloop van tijd problemen met het gezichtsvermogen kan veroorzaken, is er geen hard bewijs dat dit ­gebeurt bij typische blootstellings­niveaus, zegt Ehrlich. Er is ook geen ­bewijs dat het dragen van een blauwlichtfilterbril de gezondheid van de ogen verbetert, voegt hij eraan toe.

Maar schermen kunnen op de andere hierboven beschreven manieren slecht zijn voor het gezichtsvermogen. Ze veroorzaken bijvoorbeeld droge ogen. “Als we naar een scherm staren, knipperen we niet zo vaak als we zouden moeten”, zegt Zhu, en dat kan vermoeide ogen en tijdelijk wazig zicht veroorzaken.

7. Roken is slecht voor de ogen.

Waar. Een studie uit 2011 legde een verband tussen roken en zelfgerapporteerde leeftijdsgebonden oogziekten bij oudere volwassenen, waaronder staar en leeftijdsgebonden maculadegeneratie. Maculadegeneratie is een ziekte waarbij een deel van het netvlies afbreekt en het zicht vertroebelt. Giftige chemicaliën in sigaretten komen in je bloedbaan terecht en beschadigen gevoelige weefsels in de ogen, waaronder het netvlies, de lens en de macula.

8. Wortelen zijn goed voor je ogen.

Waar. Hoewel een dieet vol wortelen je geen perfect zicht zal geven, zijn er aanwijzingen dat de voedingsstoffen erin goed zijn voor de gezondheid van de ogen. Uit een groot klinisch onderzoek bleek dat supplementen met voedingsstoffen uit wortelen, waaronder antioxidanten als bètacaroteen en vitamine C en E, de opmars van leeftijdsgebonden maculadegeneratie kunnen vertragen. Een antioxidantenrijk dieet volgen zal niet per se voorkomen dat een oogziekte optreedt, maar het kan nuttig zijn “voor mensen met vroege macula­degeneratie”, aldus Ehrlich.

9. Een slechter gezichtsvermogen is een onvermijdelijk onderdeel van het ouder worden.

Niet waar. De meeste oorzaken van een afnemend gezichtsvermogen op volwassen leeftijd – waaronder leeftijdsgebonden maculadegeneratie, staar en glaucoom – zijn te voorkomen of te behandelen als je ze vroegtijdig opmerkt, aldus Ehrlich. Als je gezichtsvermogen begint af te nemen, moet je dat niet afdoen als “gewoon ouder worden”, voegt hij eraan toe. Zo snel mogelijk een oogarts consulteren bij problemen geeft je de beste kans om deze aandoeningen te voorkomen, zegt hij.

© The New York Times