Direct naar artikelinhoud
AchtergrondVerenigde Staten

De Osage waren ooit het rijkste volk op aarde. En dat trok de moorddadige hebzucht van buitenstaanders

'Killers of the Flower Moon' is opgenomen in Pawhuska, dat dienst deed als surrogaat voor Fairfax, waar het originele verhaal plaatsvond.Beeld Christopher Smith

Zondag is de film Killers of the Flower Moon, die tientallen moorden reconstrueert op de inheems-Amerikaanse Osage, een grote kanshebber bij de Oscars. Voor de Osage Nation, in Oklahoma, is dat reden voor trots – en erkenning voor een tragisch verleden.

Zwarte haren dwarrelen naar de vloer. Met getuite lippen bestuurt Linda Bevill haar tondeuse. Ze duwt het hoofd van haar klant zachtjes naar voren. Joe Hall sluit zijn ogen. Met zijn benen gekruist zinkt hij weg in het rode leer van de antieke kappersstoel. “Voorzichtig nu”, mompelt hij.

Buiten jaagt het stof door de uitgestorven hoofdstraat van Fairfax, een gehucht in de Amerikaanse staat Oklahoma. De ruiten van Bevill’s Barber Shop vertroebelen met de minuut. Een geschenk van de prairie. Net nog loeide de tornadosirene.

Niemand die daar binnen van schrikt. Behoedzaam wikkelt Bevill (73) twee lange strengen haar om één hand, met haar andere zoemt ze de stoppels van Halls verder gladgeschoren schedel. Hij draagt zijn haar naar de traditie van de Osage, zijn volk.

De inheems-Amerikaanse Osage vergaarden vorig jaar wereldwijd bekendheid vanwege Killers of the Flower Moon, het drieënhalf uur durende epos van regisseur Martin Scorsese. De film reconstrueert de tientallen moorden die de Osage begin vorige eeuw teisterden, nadat hun reservaat een ondergrondse oceaan aan olie bleek te herbergen. In een klap waren de Osage het rijkste volk op aarde. En dat trok de moorddadige hebzucht van buitenstaanders.

Linda Bevill, van Bevill’s Barber Shop, met klant Joe Hall in Fairfax, Oklahoma.Beeld Christopher Smith

Zondag maakt de film kans op tien Oscars, voor onder meer beste film, regisseur, muziek en mannelijke bijrol (Robert De Niro). De nominatie die de gemoederen hier in Oklahoma vooral bezighoudt, is die van Lily Gladstone voor beste actrice – als eerste inheemse Amerikaan.

“Het is moeilijk onder woorden te brengen wat deze film ons heeft gebracht”, zegt Joe Hall (53), wiens familiegeschiedenis onlosmakelijk met de tragedie is verweven. Hij slikt zijn emotie weg. “De wereld kent nu ons verhaal. Niemand kan nog ontkennen wat hier is gebeurd.”

Great Plains

Zet het vanaf de kapperszaak op een rijden en de leegte beneemt je de adem. Fairfax wordt omringd door weidse vlakten en glooiende heuvels onder een gouden vacht van prairiegras. Het spaarzame verkeer trekt stofsluiers over verlaten, veelal onverharde wegen.

Dit is de Osage Nation, een autonoom territorium van 6.000 vierkante kilometer binnen de grenzen van de VS. In dit reservaat beschikken de Osage over een eigen tribale regering, parlement en rechtssysteem, zoals 325 andere inheems-Amerikaanse volken elders.

Zwarte stipjes in de verte blijken bizons, in de volksmond buffalo, de nipt voor uitsterven behoede iconen van de Amerikaanse Great Plains. Van dichtbij zijn ze ontzaglijk. Het waarschuwingsbord (‘Loose bisons’)’ is door vandalen met kogels doorzeefd.

“Je weet dat de film zich hier afspeelt, hè?”, zegt Hall, terwijl de kapster het haar van zijn schouders blaast. Bevill schudt een plens gifgroene aftershave op haar handen en verdeelt die met kordate klapjes over zijn vers geschoren hoofdhuid. Zijn gezicht vertrekt.

“Met hier bedoel ik echt híér”, gaat Hall verder. Hij doelt niet alleen op de Osage Nation of zelfs het dorpje Fairfax, maar deze kapperszaak in het bijzonder.

Spoken uit het verleden

De aangetroffen olie, collectief eigendom van de Osage, leverde rond 1920 zo’n 30 miljoen dollar per jaar op (ruim 400 miljoen naar huidige maatstaven). Dit was een van de weinige plekken in Amerika waar witte burgers werkten voor de oorspronkelijke bewoners, in plaats van andersom. Zij traden in dienst van de Osage als chauffeurs, koks, knechten en kamermeisjes.

“Mijn vader ook”, zegt Linda Bevill. “Hij bewerkte velden van een Osage-rancher.” De kapperszaak stond er toen al. “Sinds 1910.” Bevill wenkt naar de zwart-witfoto’s aan de muren en vervolgens de kassa, loodzwaar gietijzer, waar per knipbeurt 15 dollar in verdwijnt. “Dat ding heeft het pand nooit verlaten.”

Vroeger vormde de barbershop het sociale hart van Fairfax. Achter een wandje in de zaak blijkt het verleden nog tastbaar. In het duister, onder plafonds van bladderend tin, staan honderd jaar oude biljarttafels stof te vangen. Deze ruimte is in Killers of the Flower Moon tot in detail nagebouwd. “Het spookt hier”, zegt Bevill. Ze kijkt niet alsof ze een grapje maakt.

Vanuit deze zaak beraamde de witte landeigenaar William Hale, in de film vertolkt door Robert De Niro, talloze moorden. Hij ontketende de periode die de Osage zich herinneren als ‘The Reign of Terror’, samen met zijn neef Ernest Burkhart, gespeeld door Leonardo DiCaprio.

“Ik heb hem nog geknipt”, zegt Bevill opeens. “Ernest Burkhart, bedoel ik. Eenmaal uit de gevangenis was hij naar Fairfax teruggekeerd. Het waren de jaren zestig. Mijn broer en ik kregen vanille-ijsjes van hem. Later kwam hij weleens bij mij langs in de salon. Een nerveuze man. Sinds de film besef ik pas wat hij hier allemaal heeft aangericht.”

Het verleden is in de Osage Nation nooit ver weg.

Gehoornde schedels

De Osage stammen oorspronkelijk niet uit Oklahoma. Het volk, dat zichzelf aanduidt met Ni-U-Kon-Ska (‘Kinderen van de Midden-Wateren’), leefde honderden jaren in een gebied dat het huidige Missouri, Kansas en Arkansas beslaat. Daar werden zij, zoals vele anderen, door Europese kolonisten verjaagd.

Begin 19de eeuw kerfde de nieuwgevormde Verenigde Staten uit de kaart een vlak dat dienst moest doen als ‘Indian Territory’. In dit Oklahoma (‘rood volk’ in het Choktaw), een onbedwingbaar geachte wildernis, werden talloze geplaagde volkeren gehuisvest, met geweld verdreven van hun eigen, vruchtbare grond.

Jerri Jean (79) omschrijft zichzelf als een van de laatste ‘volbloed’ Osage. Zij woont net buiten Pawhuska.Beeld Christopher Smith

Het leven was er zwaar. Om hen verder te verzwakken, verklaarde het Amerikaanse leger de oorlog aan de bizon. Dit dier vormde de hoeksteen van de inheemse leefwijze op de Great Plains. In de woorden van een kolonel destijds: “Elke dode buffalo is een verdwenen Indiaan.”

Van de circa zestig miljoen bizons, al millennia aanwezig op de vlakten, overleefden slechts enkele honderden de slachtpartij. Gehoornde schedels werden gestapeld tot morbide, metershoge piramiden. Een dierlijke genocide, om de menselijke te bespoedigen.

Terwijl hun natuurlijke, bovengrondse rijkdom bruut werd vernietigd, vonden de Osage in de aarde een schat die alles zou veranderen – en hen op het randje van de ondergang zou brengen.

Mentaal incompentent

“Wat onze families hier is aangedaan...” Jerri Jean (79), die zichzelf omschrijft als een van de laatste ‘volbloed’ Osage, schudt het hoofd. Ze maakt haar zin niet af. “Je hebt de film gezien, neem ik aan?”

Jean is net de redactie binnengewandeld van Osage News, de lokale krant die binnen het reservaat eens per maand op papier verschijnt. Ze is op zoek naar informatie over de ‘watch party’ van komende zondag. In het casino van Pawhuska, hoofdstad van de Osage Nation, wordt de Oscar-uitreiking groots uitgezonden.

“Dat wordt een ongelofelijk moment voor ons”, zegt Jean, terwijl ze haar knieën rust geeft op een stoel. “Voordat de film uitkwam, waren veel Osage zelfs niet bekend met dit deel van onze geschiedenis. En zo lang geleden is dit allemaal niet. Tenminste, niet voor mij.”

De ‘Reign of Terror’ draaide om de olie. Die was eigendom van de Osage; geen Amerikaan die daar iets aan kon veranderen. Zij hadden hun reservaat per verdrag verkregen. De winst werd evenredig verdeeld. Elk geregistreerd stamlid ontving een aandeel, een ‘hoofdrecht’ dat slechts via erfenis kon worden doorgeven. Zo moest de rijkdom binnen de gemeenschap blijven. Maar buitenstaanders zochten, en vonden, slinkse manieren om dat te verhinderen.

Honderden Osage werden door de Amerikaanse overheid mentaal ‘incompetent’ verklaard. Hun rijkdom moest, onder het mom van zelfbescherming, worden beheerd door witte ‘voogden’. Miljoenen dollars verdwenen. Intussen rekenden deze voogden hen ‘Osage-prijzen’ voor diensten en goederen: een begrafenis in de Osage Nation kostte in de jaren twintig, omgerekend, zo’n 80.000 dollar.

En begrafenissen waren er genoeg.

Mensen als William Hale, in Killers of the Flower Moon vertolkt door De Niro, spoorden hun kennissen aan om met Osage-vrouwen te trouwen. Daarna ontdeden zij zich een voor een van familieleden, en ten slotte van de echtgenotes en zelfs kinderen, tot de erfenis hen in de schoot viel. Politie trad niet op. Tientallen liquidaties werden afgedaan als zelfmoord, vergiftigingen gewijd aan vage ziekten of inheems alcoholisme.

“Wat je ziet in die film,” zegt Jean, “was hier de dagelijkse realiteit.”

Oude tijden herleven

Achter een van de stoffige ruiten aan de hoofdstraat van Pawhuska kerft een stokoude zadelmaker, vilten vest en cowboyhoed, sierlijke patronen in zijn leer. Aan de buitenwand van het bankgebouw hangt een antieke, glazen lamp, een ‘robbery alarm’, bedoeld om op te lichten bij een overval.

In de hoofdstraat van Pawhuska kerft de stokoude zadelmaker DL Moe, vilten vest en cowboyhoed, nog altijd sierlijke patronen in zijn leer.Beeld Christopher Smith

De tijd lijkt hier te hebben stilgestaan, maar dat is een misvatting. Er vond juist achteruitgang plaats.

Een eeuw geleden puilden stadjes als Fairfax en Pawhuska nog uit van de mensen. De Osage Nation was een economische vulkaan. Cowboys, bankiers, oliewerkers, gelukszoekers, ze buitelden over elkaar, er waren hotels en cafés en restaurants, een spoorweg doorsneedt de prairie, treinen reden af en aan. Nu kun je hier minutenlang over straat lopen en niemand tegenkomen.

Er is nog olie. Op de prairie, tussen geconserveerde kuddes bizons, deinen nog altijd jaknikkers, de befaamde Amerikaanse oliepompen. Maar honderd jaar pompen heeft zijn sporen achtergelaten. Geen andere plek in de VS heeft zoveel lege, verlaten oliebronnen als de Osage Nation.

Voor even herleefden de oude tijden, in 2021, toen Scorsese zijn film kwam opnemen. “Een gekkenhuis”, zegt Benny Polacca (43), verslaggever van Osage News. “Ze stortten tonnen aarde uit over de straten, overal scheurden antieke auto’s. Zelfs de trein reed weer even.”

Voor de redactie van zijn Osage News werd een façade geplaatst om het gebouw nog ouder te laten lijken. De zon viel niet langer binnen. “Ik werkte letterlijk achter de schermen.”

Het was een opwindend, maar ook angstig moment voor de gemeenschap, zegt Polacca. Zou Scorsese, als buitenstaander, recht doen aan deze delicate geschiedenis, die voor zo veel Osage nog zo dicht aan de oppervlakte ligt?

Onbetwiste ster

“Ik zag de film drie keer”, zegt Jerri Jean. “De eerste keer was te overweldigend om te doorvoelen. Mijn ogen schoten heen en weer om alles in me op te nemen. De tweede keer...” Ze glimlacht. “Ik kon niet stoppen met huilen. Al onze pijn kwam door het scherm naar buiten. Maar de derde keer was een feestje. Die namen, allemaal uit onze gemeenschap, we wezen elkaar onze voorouders aan wanneer die op het scherm voorbijkwamen.”

De onbetwiste ster van Killers of the Flower Moon is actrice Lily Gladstone (37). Zij behoort niet tot de Osage, maar tot de Blackfeet Nation, een volk afkomstig uit het noordelijke Montana. Voor de film leerde ze de taal van de Osage.

“Zij is gewoon een van ons”, zegt Jean. “We zijn zo blij met haar, zo trots. Mijn zus heeft Lily tijdens de opnames ontmoet en die zei dat ze ook nog eens ongelofelijk aardig is.”

Zoals bij de Oscars komende zondag kwamen eerder dit jaar tientallen Osage bijeen om samen te kijken naar de uitreiking van de Golden Globes. Daar zagen zij, live op televisie, hun stamhoofd Geoffrey Standing Bear aan één tafel met Gladstone, Martin Scorsese, Robert De Niro en Leonardo DiCaprio. En toen won Gladstone, als eerste inheemse actrice ooit.

Oki niksookoowais, niitaaniikoo Piitaki” begon Gladstone haar speech. “Mohtohtoh Siksikaitsitapii. Niisakakoomiim.” Een mengeling van Blackfeet en Osage: “Hallo, al mijn vrienden. Mijn naam is Eagle Woman. Ik ben Blackfeet. Ik hou van jullie.”

Het moment wordt uitgebreid gereconstrueerd op de voorpagina van Osage News. Gladstone bedankte de Osage, chief Standing Bear in het bijzonder, en droeg haar prijs op aan alle inheemse kinderen van Amerika. “We schreeuwden en huilden”, zegt Jerri Jean. “Het was voor het eerst dat ik mijn eigen taal op het nieuws hoorde.”

Gladstone won voor haar portret van Mollie Burkhart (1886-1937), een Osage wier moeder, zussen, neefjes en nichtjes een voor een werden vermoord. Zelf ontsnapte ze ternauwernood. Haar witte echtgenoot Ernest (DiCaprio) bleek haar langzaam te vergiftigen met vervuilde insulinespuiten. Hij ging de gevangenis in, maar ontving later van de gouverneur een pardon – en keerde doodleuk terug naar Fairfax.

Ernest Burkhart stierf op zijn 94ste, op de dag dat Mollie 100 zou zijn geworden. Zij was toen al vijftig jaar dood.

Grafstenen

“Daar ligt ze dan”, zegt Joe Hall na zijn kappersafspraak, op de Gray Horse-begraafplaats even buiten Fairfax. “De echte Mollie.” Hij wijst naar een grafsteen van gevlekt, roze marmer. Op de inscriptie staat Mollie Cobb, de naam die zij na haar hertrouwen aannam. Op het graf zijn muntjes, plastic bloemen en traditionele vlechten van veenreukgras neergelegd. “Sinds de film komen mensen van heinde en verre om haar te eren.”

Het graf van Mollie Cobb op de Gray Horse-begraafplaats.Beeld Christopher Smith

Ook Hall is hier steeds vaker te vinden. Killers of the Flower Moon heeft niet alleen de ogen van de buitenwereld geopend, zegt Hall, maar ook Osage aangemoedigd om naar binnen te kijken. Zoals hij. “Ik dacht mijn eigen geschiedenis wel te kennen, maar ik ben toch op onderzoek gegaan.”

Levende familieleden heeft hij niet meer. Zijn ouders weigerden er altijd over te praten. Dat gold voor veel Osage, zegt Hall. Sommigen zwegen, anderen bagatelliseerden, witte omwonenden ontkenden de geschiedenis soms helemaal. “De film was voor mij een openbaring.”

Met zijn handen in zijn zakken inspecteert Hall de begraafplaats. “Hier blijken voorouders van mij te liggen die destijds...” Net als Jerri Jean eerder maakt ook hij de zin niet af. “Het blijft moeilijk om over te praten. Mijn familie heeft zeker zes mensen zo verloren.”

De werkelijkheid blijft complex. Hall is ook verwant aan een van de moordenaars, Henry Grammer, in de film gespeeld door countryzanger Sturgill Simpson. En hier op de begraafplaats, niet ver van het graf van Mollie’s zus Anna, ligt het kind van haar moordenaar begraven. “Alles loopt door elkaar”, zegt Hall. Zoals de moordenaars en nabestaanden die allemaal, net als hij, ooit op de kappersstoel van Linda Bevill zaten.

Hall valt weer stil. Zijn blik glijdt over de graven en, ten slotte, over de gouden heuvels in de verte. Hij hoeft niet meer te praten. “Ons verhaal is verteld”, zegt hij. “Nu kunnen wij beginnen met genezen.”

Oscars

De 96ste uitreiking van de Oscars vindt op 10 maart plaats in het Dolby theater in Los Angeles. Grote favoriet is Oppenheimer, de biopic van Christopher Nolan, met dertien nominaties. Martin Scorseses Killers of the Flower Moon is tien keer genomineerd, onder andere voor beste film en regie. Lily Gladstone, die er een hoofdrol in speelt, geldt als de grote favoriet voor beste vrouwelijke hoofdrolspeler.