Van 16 tot 21 maart vindt FTI Hasselt plaats: het Flanders Technology & Innovation Festival, met thema’s als duurzaamheid en circulaire mode. Het Belang van Limburg liet samen met FTI en VITO een onderzoek doen bij 500 Limburgers: waar shoppen we en hoeveel geven we uit? En vinden we de prijs van kleding nog steeds belangrijker dan duurzaamheid? De resultaten lees je vanaf maandag in het dossier SOS Mode.

“Je gaat heel snel naar goedkopere ketens. Maar we vragen ons hoe langer hoe meer af: is dat wel nodig?”

Indra Dewitte

Hoofdredacteur HBvL

“De insteek is niet zozeer mode, maar wel hoe we met mode omgaan”, zegt Indra Dewitte, hoofdredacteur van Het Belang van Limburg. “Ik heb een dochter, die daar mee bezig is. De laatste tijd begin ik me zelf ook meer af te vragen: hoeveel kopen we nu eigenlijk? Je gaat heel snel naar goedkopere ketens. Maar we vragen ons hoe langer hoe meer af: is dat wel nodig? Zo kwamen we bij het thema circulaire mode.”

Vervuilend

Expert circulaire mode Jasmien Wynants is, samen met haar collega Ann Claes van fashion agency Masjien, curator van het FTI-event. “Het systeem waar we vandaag in zitten is de lineaire economie, met het make, take, waste-systeem. Dat wil zeggen: we nemen grondstoffen, zoals katoen. We maken daar iets mee, bijvoorbeeld een T-shirt. De klant draagt het, en daarna wordt het weggegooid”, legt Jasmien Wynants uit. “Je produceert te veel en dat kan niet blijven duren. Circulaire economie stapt af van dat vervuilende systeem. We gaan in eerste instantie focussen op levensduurverlenging. In het geval van kleren: zorgen dat kleren lang meegaan, zodat we ze niet te snel moeten weggooien. In tweede instantie gaan we proberen te zorgen dat het nooit afval wordt, onder meer door recyclage of upcycling.”

“Mensen zeggen dat ze kwaliteit belangrijk vinden. Maar de cijfers van hoe vaak we kleren kopen en hoeveel geld we uitgeven, staan daar haaks op.”

Jasmien Wynants

Expert circulaire mode

‘De Limburgse Zes’ zijn de ambassadeurs van het event in Hasselt. “Deze zes jonge Limburgse modeondernemers werpen een heel frisse blik op het thema circulaire mode”, vindt Wynants. “Ze hebben onder meer een visuele installatie gemaakt bij La Bottega en werkten eigen projecten uit die te zien zijn bij Z33 en het Modemuseum. Op die twee laatste locaties zijn er ook lezingen en workshops, je kan leren naaien of upcyclen bijvoorbeeld.”

Eyeopener

Het dossier SOS Mode belicht elke dag een ander thema: van hoeveel we kopen, tot het belang van kwaliteit. “Ik schrok niet van de resultaten van het onderzoek, maar het is toch ontluisterend”, zegt Wynants. “Het allerbelangrijkste in dit verhaal is dat we investeren in kwaliteit, de waarde inzien en er niet zo zorgeloos mee omgaan. Enerzijds zeggen mensen dat ze kwaliteit belangrijk vinden. Maar de cijfers van hoe vaak we kleren kopen en hoeveel geld we uitgeven, staan daar wat haaks op. Dat is een eyeopener. Er is nog werk aan de winkel.”

Toch zijn er al ontwerpers die snelle consumptiemode de rug toe keren. “Ik zie met plezier dat ook meer en meer ketens daarop aan het inzetten zijn”, besluit Indra Dewitte. “Tien jaar geleden ging de discussie nog over het ethische aspect: kinderarbeid binnen de fashion. Nu krijg je de verschuiving naar duurzaamheid: hoeveel water heb je nodig om een jeans te maken? Dat is een goede zaak. Nu is de consument aan de beurt. Je draagt altijd dezelfde stuks, toch blijf je je kast volstouwen. Het is goed dat we de vinger op de wonde leggen. In ons dossier tonen wij: zo kan het ook.”