© Dirk Ottenburghs

© Dirk Ottenburghs

thumbnail:
thumbnail:

COLUMN Limburgs Landschap - Kruipend schuurpapier

Lummen -

Dirk Ottenburghs, directeur van natuurvereniging Limburgs Landschap vzw, leidt ons rond in de wondere wereld van fauna en flora in de Limburgse natuur.

Dirk Ottenburghs

Ik vind veel vaker hun lege huisje, dan de segrijnslak zelf. Logisch, het zijn echte nachtbrakers. Overdag liggen ze ergens goed verscholen te slapen. Energie opdoen voor de volgende drukke dag. Die bestaat ofwel uit eten, eten, eten ofwel uit seks. Jawel, ik schrijf het zonder veel schroom gewoon neer. Segrijnslakken zijn gepassioneerde minnaars.Het zijn stevige kerels, maar toch vind je bij ons enkel de kleinere versie. Er bestaat een groter formaat, maar die zie je hier niet zo vaak. Je kan ze uit elkaar houden omdat de ene natuurlijk groter is dan de andere. Maar ook qua kleur is er een verschil: de grote is veel donkerder. Nog een kenmerk volgens wat ik las, is dat onze kleinere versie beweeglijker is. Voor een slak is dat een wat vreemd determinatiekenmerk.Waaraan je een segrijnslak nog kan herkennen, zijn de 14.000 tandjes op haar rasptong. Hopelijk bedoelen ze niet het exacte aantal, want dat tellen is niet echt een simpele opdracht. Die rasptong gebruiken ze trouwens om hun eten als het ware van de grond of een ander oppervlak te schrapen. Langzaam maar zeker krijgen ze zo de nodige energie binnen voor hun passionele leven. Na een winterslaap komen segrijnslakken boven de grond piepen met maar één missie: eten! In de eerste week proppen ze zich vol met alles wat ze tegenkomen. Daarna beginnen ze aan missie twee: zich voortplanten. Slakken zijn tweeslachtig. Dus gewoon een andere segrijnslak zoeken en het feestje kan beginnen. Na het plezier is het ernstige werk daar. De eitjes moeten afgezet worden, als de omstandigheden goed zijn. Niet te droog, niet te nat, niet te warm, niet te koud. Dan leggen ze hun witte eitjes in een kuiltje dat ze zelf maken in de grond. Missie volbracht. Twee tot vier weken later komen er mini-segrijnslakjes tevoorschijn.Maar vaak gaat het niet zo vlot. Als die omstandigheden niet oké zijn, houden ze hun eitjes nog wat bij. Soms maandenlang, wachtend op het juiste moment. Bij te droog en warm weer gaan ze zelfs in een zomerslaap. Dan valt hun groei ook volledig stil. Worden ze dan weer wakker, dan doen ze een zogenaamd groeisprintje. Voor een slak is dat een wat vreemde term, vind ik. Hun naam komt trouwens van de bewerkte huid van haaien of roggen. Dat noemen ze ook segrijn. Dit product wordt trouwens gebruikt als schuurpapier vanwege de ruwe structuur. Net dezelfde structuur die je ziet bij onze segrijnslak. Segrijnslakken houden van mensen en vertoeven vaak in onze buurt. Maar blijkbaar houden heel wat mensen ook van segrijnslakken. Niet om ze te bewonderen, maar als lekkernij. Ze worden hiervoor zelfs speciaal gekweekt. Die exemplaren eindigen dan ergens in een kookpot. Oorspronkelijk zijn ze niet inheems, de reden dat ze hier voorkomen moet je dan ook zoeken bij die kookpotten. Vermoedelijk begon onze populatie dankzij een aantal ontsnapte beestjes. Slakken als voortvluchtende gevangenen. Het is ver gekomen. In de natuur trekken ze zich hier niet veel van aan. Daar is het gewoon overleven geblazen. Hebben de slakken hun eitjes afgezet, dan is het weer tijd om te gaan eten. Zo veel mogelijk, want ze moeten reserves hebben om in winterslaap te gaan. In de herfst graven ze zich in. Vaak met een groepje samen. Gezellig. Klaar om tegen de volgende lente weer te beginnen aan een volgende generatie segrijnslakjes.Foto's Bart Carteus - Thomas De Roeck

https://limburgs-landschap.be/

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer