hulpverlening

Olivier Vandecasteele gaat andere ontvoerde hulpverleners helpen: “Niet de Belgen of Europeanen, maar zij die onzichtbaar zijn”

© Fred Debrock

Olivier Vandecasteele zat 455 dagen opgesloten in een Iraanse cel. Nu wil hij zich inzetten voor hulpverleners die het slachtoffer worden bij conflicten. “Ik heb in mijn cel veel tijd gehad om daarover na te denken.”

Mark Eeckhaut

“Dit plan komt niet uit de lucht gevallen. Ik speel al lang met het idee om iets te doen voor de vele lokale ngo-medewerkers die ontvoerd, mishandeld of zelfs doodgeschoten worden”, zegt Olivier Vandecasteele (44). “Dat zijn niet de Belgen of de Europeanen. Het zijn de mensen die je niet ziet en die niet in de media komen. Zij krijgen geen steun, omdat ze niet zichtbaar zijn. Toen ik nog in Afghanistan of Mali werkte, gebeurde het geregeld dat de lokale medewerkers het slachtoffer werden van agressie. En in mijn cel in Iran heb ik veel tijd gehad om daarover na te denken. Vandaar mijn engagement.”

Olivier Vandecasteele werd in februari 2022 in Iran opgepakt op verdenking van spionage. Met zijn arrestatie wilde het Iraanse regime vooral druk zetten op ons land om geheim agent Assadollah Assadi vrij te laten.

Die was in België veroordeeld voor het beramen van een aanslag op een bijeenkomst van Iraanse opposanten in Parijs. Uiteindelijk kwam het in mei 2023 tot een gevangenenruil tussen België en Iran.

Meer dan een jaar opsluiting en foltering in een Iraanse cel hebben hun sporen nagelaten bij Vandecasteele. Vandaag, negen maanden na zijn vrijlating, ziet hij er nog altijd breekbaar uit. Aan praten over zijn tijd in de Iraanse cel is hij nog niet toe, vertelt hij aan De Standaard. “Hoe het met mij gaat vandaag, vind ik een moeilijke vraag om te beantwoorden. Ik heb de tijd genomen om te herstellen, maar dat proces is nog altijd bezig. Gelukkig krijg ik veel steun. Ik heb ook psychologische hulp. En ik heb vooral geprobeerd om me bezig te houden met het uitwerken van een constructief project. Als het moeilijk is, keert een mens terug naar de basis. Voor mij is dat het humanitaire werk. Daar vind ik mijn houvast.”

Olivier Vandecasteele kort na zijn vrijlating.© belga

Het jaar 2023 was voor humanitaire werkers het dodelijkste jaar ooit. Wereldwijd werden volgens officiële cijfers 500 humanitaire werkers gedood, verwond, ontvoerd of vastgehouden – onder andere in Zuid-Soedan, Congo, Gaza, Oekraïne en Mali. In 94 procent van de gevallen werden plaatselijke medewerkers getroffen. “Die vijfhonderd zijn dan nog alleen de geregistreerde incidenten”, zegt Vandecasteele. “Maar er zijn er ongetwijfeld nog veel meer. 25 jaar geleden waren dat er nog maar honderd.”

“Wij zien overal ter wereld een afbrokkeling van het internationaal humanitair recht waar wij als hulpverleners normaal door beschermd worden. Nochtans is het een verplichting voor de staat en de partijen in een conflict om dat recht te verdedigen en zelfs te versterken.”

In samenwerking met de Koning Boudewijnstichting start Vandecasteele daarom zijn project ‘Protect Humanitarians’ op. “Het fonds dat we oprichten, wil humanitaire werkers helpen die het slachtoffer werden van agressie. Grote organisaties zoals het Rode Kruis doen dat zelf. Maar er zijn meer en meer nationale ngo’s die met mensen van ter plaatse werken en die worden veel minder gesteund. Zelf heb ik tijdens mijn gevangenschap steun gekregen van mijn gemeenschap. Ik had dat privilege omdat ik uit een westers land kwam. De lokale hulpverleners hebben dat niet. Het Fonds wil middelen inzamelen om te zorgen voor medische, psychologische en juridische bijstand voor die mensen. De bedoeling is om met de sector van hulpverleners meer en meer met één stem te spreken over de organisaties heen. Bij journalisten die actief zijn in conflictgebieden bestaat zoiets al langer. ”

“Olivier wil met zijn project mensen beschermen die andere mensen willen beschermen”, zegt Brieuc Van Damme, de ceo van de Koning Boudewijnstichting. “Dat past perfect bij het DNA van de stichting.”