“Ik kan tegen koning zeggen dat hij klootzak is”: Deila slaat bijzonder hard terug richting pers en bestuur na “shitstorm” van voorbije weken

Club Brugge staat in de kwartfinale van de Conference League. Blije gezichten op de persconferentie, zou je denken. Maar gezien de penibele situatie waar Club de laatste weken in zat, en misschien nog zit, viel er weinig emotie af te lezen op het gezicht van Ronny Deila. “Dit betekent veel”, zei hij wel. “Sinds ik jong ben droom ik er al van om in een Europese kwartfinale te staan. Dit is in juli al gestart in Denemarken...”

Maar nadien werd hij harder. Kritischer. Hij heeft de laatste weken veel moeten slikken. Het spel van Club Brugge was ondermaats, gaf hij zelf ook toe. Zijn toekomst bij blauw-zwart werd in vraag gesteld. Maar vooraf benadrukte hij richting spelers dat ze niet voor hem moesten spelen, wél voor zichzelf.

“Ik ben 48 jaar oud. Ik kan heus wel voor mezelf zorgen, dat is het laatste waar ze aan moesten denken. ‘Je speelt niet voor mij, wel voor een Europese kwartfinale’, heb ik gezegd. Het is een shitstorm geweest. We moesten de reden vinden voor die slechte resultaten. En dan is het makkelijk om je focus te verliezen en met het vingertje te gaan wijzen. De pers richtte zich op mij, want ik ben verantwoordelijk. Maar ik wou niet dat de spelers daaraan zouden denken. En ze zijn me blijven steunen.”

“Ik ben eerlijk. Zeg altijd wat ik denk”, ging hij in één adem verder. “In Noorwegen denken we niet aan hiërarchie. Ik kan gerust tegen de koning zeggen dat hij een klootzak is. Zo werkt het in Noorwegen, misschien niet in andere landen. Maar respect betekent voor mij dat je toont wie je bent. In de pers lees ik telkens verhalen over wat er op de club gebeurt. Niet in interviews of zo, wel in het genre ‘we horen dat’ of ‘in de wandelgangen klinkt’... Ik heb dit nooit meegemaakt in mijn leven. En ik heb wel wat clubs gehad. Celtic kwam zelfs niet in de buurt. Werkelijk alles komt naar buiten.”

Tot slot verdedigde hij zijn werkwijze. Deila krijgt wel eens het verwijt ‘te positief’ te zijn richting zijn spelers en de media, ook na mindere prestaties. Maar daar is de Noor het niet mee eens. “Mensen naar beneden duwen maakt ze niet beter. We spelen niet fantastisch, dat zie ik ook. Maar ik erger me eraan als ik dan lees dat we een overwinning zoals tegen Leuven niet mogen vieren. Dan vraag ik me af wat ik hier eigenlijk doe? Kom zeg, zo werkt het leven niet. Werk hard en geniet! Als familie moet je soms hard zijn voor mekaar, maar niet altijd. Ik geloof niet in druk zetten en angst zaaien doorheen heel de club. Dit is een jong team, ze hebben vertrouwen nodig.”

“En nog iets”, was Deila op dreef. “De kritiek dat ik nooit Nusa zet, maar wel Zinckernagel... Hoe kan ik Nusa nu opstellen? Hij is nooit blessurevrij. Nooit. Je mag gerust iets zeggen over mij, maar het moet wel kloppen, hé. Wie in godsnaam zou Nusa nu niet willen opstellen? We hebben hem moeten beschermen. Vandaag geven we hem tien minuutjes, to keep him going. Ei zo na werd hij verkocht voor 37 miljoen euro. Dan heb ik toch iets juist gedaan met hem? Thiago, net hetzelfde.”

“Ook zou ik niet veel jonge spelers gebruiken. Komaan, jongens... Denken jullie nu echt dat Anderlecht en Union meer jonge spelers laten spelen? Daarom lach ik hierom, omdat er niets van klopt.”

“Of deze boodschap aan de pers of het bestuur gericht is? Aan iedereen.”