De commissie Werk keurde donderdag het ontwerpdecreet goed dat voor meer transparantie in de sector moet zorgen. Een dienstenchequebedrijf dat extra kosten wil aanrekenen, zal daarover voortaan een schriftelijke overeenkomst moeten sluiten met de klant. Vandaag moeten die bedrijven op hun factuur al een onderscheid maken tussen de prijs van de dienstencheques en de administratieve kosten, maar veel gebruikers worden dan plots voor voldongen feiten geplaatst. 

Het decreet legt de bedrijven ook op om de klanten voortaan beter te wijzen op veilige arbeidsomstandigheden. Voor de eerste poetsbeurt, moeten afspraken worden gemaakt over het materiaal dat wordt gebruikt en eventuele gevaarlijke situaties.

Vorig jaar had de minister ook een verplicht plaatsbezoek in het vooruitzicht gesteld, waarbij een grondige risicoanalyse van de woning zou worden gemaakt. Maar die maatregel heeft het decreet dus niet gehaald. Een amendement van Vooruit dat de verplichting alsnog toevoegde, werd weggestemd.

Brouns gaf donderdag toe dat zijn idee daarover is veranderd. “Het is niet omdat een huisbezoek niet verplicht is, dat we geen aandacht schenken aan het belang van de arbeidsomstandigheden op de werkvloer”, zei hij. “Maar er moet een zeker vertrouwen zijn. Een huisbezoek is in veel omstandigheden zeker aan te bevelen, maar het moet niet noodzakelijk een verplichting zijn.”

“Al maanden vragen de huishoudhulpen meer bescherming en werkbaar werk”, reageerde Thijs Verbeurgt van Vooruit. “Maar ze werden met allerlei mooie woorden en beloftes wandelen gestuurd. En nu, op twee maanden van de verkiezingen, na een legislatuur van stilstand, slikt minister Brouns zijn belofte van een verplicht huisbezoek definitief in. En dat is niet de enige stilstand. Ook inzake de bijkomende administratieve kosten voor gebruikers van dienstencheques weigert de regering echt werk te maken van meer transparantie en kostenbegrenzing. Extra kosten die daarenboven niet naar de lonen van de huishoudhulpen gaan.”