De Standaardopenbare omroep

Rol van VRT-ceo Frederik Delaplace in schrapping docu De Pauw roept steeds meer vragen op

Bart De Pauw in 2021.© belga

Drie maanden geleden trots aangekondigd, dan plots geschrapt: de documentaire over Bart De Pauw brengt de VRT en ceo Frederik Delaplace in steeds nauwere schoentjes. Politici eisen uitleg, de vakbonden roeren zich.

Karsten Lemmens

Drie maanden geleden kondigde de VRT trots aan dat ze Het proces dat niemand wou in het voorjaar zou uitzenden. “VRT Canvas gaat maatschappelijke pijnpunten nooit uit de weg”, klonk het toen over de documentaire over Bart De Pauw. Die was eerder al te zien op het betaalplatform Streamz. De zender had het vol lof over een “bekroonde” documentaire. “Acht vrouwen doen hun persoonlijke verhaal over de gemediatiseerde zaak rond Bart De Pauw,” klonk het, “maar ze plaatsen hun verhaal ook in perspectief.”

Maar de VRT-top ging dat “maatschappelijke pijnpunt” uiteindelijk toch uit de weg. Het is hoogst ongebruikelijk dat een zender een dag voor uitzending een programma schrapt, zeker als het aanvankelijk groen licht had gekregen van alle geledingen binnen VRT. Daar komt bovenop dat het gaat om een persoonlijke ingreep van ceo Frederik Delaplace, die daarmee zijn programmateam buitenspel zet.

Frederik Delaplace.© Bart Dewaele

Volgens onze informatie wilde Delaplace aan De Pauw de kans geven om alsnog te reageren op de documentaire, iets wat hij voorheen altijd heeft geweigerd. Maar De Pauw begon allerlei eisen te stellen. Zo wilde hij getuigenissen van de vrouwen voor wier beschuldigen hij vrijgesproken werd, uit de docu geknipt zien, evenals passages over zijn echtgenote. Toen daar niet op werd ingegaan bleek dat De Pauw zijn nakende spijt­betuiging – die er overigens nog altijd niet is – zou intrekken als de docu in de ether zou komen.

“Heel problematisch”

Intussen zwelt de kritiek steeds feller aan. “Het lijkt dat de ceo hier luistert naar de dader, maar niet of onvoldoende naar de slachtoffers”, zegt Vlaams Parlementslid Katia Segers (Vooruit). “De schrapping is zeer pijnlijk voor hen. Met de documentaire kregen ze net een stem. Nu krijgen ze de boodschap dat ze maar moeten zwijgen. Hun verhaal wordt opnieuw in twijfel getrokken.”

“Als de informatie in de kranten klopt, is dit erg problematisch”, zegt Meyrem Almaci (Groen), voorzitter van de commissie Media in het Vlaams Parlement. “Dit sleept al jaren aan, er is ruim de tijd geweest om excuses aan te bieden. Hoe kan het dat die plots, daags voor een uitzending die door iedereen te bekijken is, in aantocht zouden zijn?” Ze noemt het “een heel problematische situatie” als de ceo alleen op basis van een gesprek met De Pauw tot de ingreep kwam. “Dan is het signaal aan de slachtoffers wel heel cynisch. Als je na al die bagger de moed hebt om je verhaal te brengen, kan je stem je nog altijd worden ontnomen.”

Volgens Almaci is het verder niet wenselijk dat de VRT-ceo zelf zo’n beslissing kan nemen. “Het is een heel problematische manier van werken als de ceo eenzijdig tot op het laatste moment kan beslissen wat er wordt uitgezonden en wat niet.”

Minister wil “duidelijkheid”

Beide parlementsleden vragen tekst en uitleg aan Vlaams minister van Media Benjamin Dalle (CD&V), die zich eerder al profileerde met een plan tegen grensoverschrijdend gedrag in de mediasector. In een reactie noemt die de documentaire alvast “indrukwekkend en maatschappelijk relevant, met moedige getuigenissen van getroffenen in de zaak”. Tegelijk zegt hij dat de VRT autonoom beslist wat ze wel of niet uitzendt. “Ik ga ervan uit dat de VRT in eer en geweten die beslissing heeft genomen”, zegt hij.

Maar de VRT gaat voor de minister ook niet helemaal vrijuit. “Het lijkt dat de vrouwen in de zaak-De Pauw onvoldoende gehoord en ondersteund zijn. Dat betreur ik.” Dalle wil dat er op korte termijn duidelijkheid komt over eventuele gesprekken tussen de partijen, en over “het hernemen van de uitzendingen”.

De demarche van de VRT maakt ook elders in de tv-wereld de tongen los. “Dit is zo erg voor die vrouwen”, zegt Ibbe Daniëls. “Wat is hun verhaal dan nog waard?” Daniëls is een van de maaksters van de bejubelde documentaire Godvergeten. Ook van die docu is geweten dat het veel voeten in de aarde had vooraleer de VRT ze op VRT Canvas programmeerde. Nadien, toen de docureeks alom werd geprezen, zei Delaplace er “apetrots” op te zijn.

Over de documentaire rond Bart De Pauw is de VRT-top al langer zenuwachtig. Aanvankelijk zou ze in het najaar van 2023 op tv zijn gekomen, maar ze werd doorgeschoven naar 20 februari. Daarna werd ze nogmaals doorgeschoven naar deze week. Om dan “voor onbepaalde duur” te worden uitgesteld. Dat hij niet alle slachtoffers contacteerde over dat uitstel komt volgens ceo Delaplace nochtans wegens tijdsgebrek.

De documentaire Het proces dat niemand wou was eerder al te zien op Streamz.© vrt

Ook de vakbonden roeren zich. In een mededeling zegt het gemeenschappelijk vakbondsfront “bezorgd” te zijn. “De VRT moet altijd aan de kant van de slachtoffers staan”, klinkt het. “Het uitzenden van een programma waarin zij vertellen hoe ze alles beleefd hebben, is maatschappelijk zeer relevant en ligt in het verlengde van de publieke opdracht die we als openbare omroep hebben. Wij begrijpen deze beslissing dan ook niet.”

De vakbond vreest dat de houding van de directie het moeilijker zal maken voor VRT-medewerkers om grensoverschrijdend gedrag aan te klagen. “Als het verhaal van slachtoffers niet gehoord mag worden, waarom zou ik mijn verhaal dan nog doen?”, klinkt het. De bonden zijn ook boos over de communicatie van de VRT, die volgens hen lijkt te suggereren dat een uitzending kan worden geschrapt in ruil voor excuses. “Maar ‘voor wat, hoort wat’ is geen basis voor échte excuses”, klinkt het.

Ceo Frederik Delaplace reageerde niet op vragen van De Standaard voor toelichting. Delaplace deed eerder al veel stof opwaaien, toen hij in april vorig jaar binnen de VRT een spreekverbod oplegde aan medewerkers. Iedereen moest, dixit de ceo, journalisten met vragen doorverwijzen naar de woordvoerders. Ook toen hadden de vakbonden veel kritiek over die manier van communiceren. Bij de persdienst viel vandaag te horen dat ze “de heisa niet begrepen”, en niets meer over de zaak te vertellen hadden dan de summiere uitleg die eerder deze week werd verstuurd.