Delaplace besliste onlangs om de documentaire Het proces dat niemand wou over de zaak-De Pauw uit het uitzendschema te halen, naar eigen zeggen omdat de uitzending eventuele excuses van De Pauw aan de slachtoffers zou kunnen verijdelen. Op die beslissing kwam echter een stortvloed aan kritiek, waarop de VRT besliste om de documentaire toch uit te zenden.

De stoel van Delaplace leek door de zware kritiek uit vele hoeken – vakbonden, schermgezichten, politiek, maatschappij – te wankelen, maar minister Dalle sprak woensdagochtend zijn vertrouwen in de CEO van de openbare omroep uit.

“Te weinig naar slachtoffers geluisterd”

“Het is een moeilijke periode geweest”, erkent Dalle, “maar het is heel belangrijk dat de belangen van de slachtoffers weer centraal komen te staan. Meneer Delaplace heeft zijn beslissing met de beste intenties genomen: hij heeft getracht om verzoening tot stand te brengen. Dat heeft hij me verzekerd, en daar ben ik ook van overtuigd. Maar het klopt: er is te weinig naar de slachtoffers geluisterd. Ik begrijp dat daar vragen bij gesteld werden. Dat was een fout, en dat heeft hij ook erkend. Dat vind ik ook een sterkte als CEO.”

Zelf ingrijpen kon Dalle naar eigen zeggen niet, al uitte ook hij na de beslissing van Delaplace kritiek. “Als minister ben ik niet bevoegd voor het programmaschema. Dat is belangrijk. Maar het thema ligt me wel na aan hart, daarom hebben we twee jaar geleden een actieplan tegen grensoverschrijdend gedrag afgesproken met de mediasector. Het is belangrijk om met alle spelers in de sector die strijd aan te gaan. Daarom vond ik het wel mijn taak om te reageren. Daarom heb ik na de beslissing gezegd: ‘Ik ben bezorgd over de plaats van de slachtoffers.’ Maar het mediadecreet is duidelijk: de CEO is verantwoordelijk voor het zendschema, de eindverantwoordelijkheid ligt bij hem. Juridisch mocht hij die beslissing dus nemen. Of dat proces ideaal is verlopen, daar kan ik me niet over uitspreken.”

Wrevel bij VRT

De beheersovereenkomst stipuleert dat de VRT maatschappelijk gevoelig moet zijn. “Of ik het ermee eens ben dat de omroep op dat vlak gefaald heeft? Kijk, deze zaak weekt veel emoties los, en dat is begrijpelijk. Daar moeten we inderdaad gevoelig voor zijn. Het gaat om een bijzonder indrukwekkend document, waarin de slachtoffers heel duidelijk, genuanceerd en niet rancuneus hun visie op de zaak geven. Dat verhaal mag gehoord worden. In het zendschema tussenkomen is dan ook heel gevoelig en delicaat, dat is ook gebleken.” Het overleg tussen Delaplace en de slachtoffers kwam dan ook te laat, erkent ook Dalle. “Die kritiek is terecht.”

Het vertrouwen binnen de VRT is duidelijk geschaad, bleek ook uit de felle interne kritiek op de beslissing van Delaplace. “Je merkt heel duidelijk dat er binnen de VRT heel veel wrevel is, dat er wantrouwen is gecreëerd. Dat vertrouwen moet hersteld worden, de rust moet terugkeren. Dit heeft wonden geslagen binnen en buiten de organisatie, en die moeten geheeld worden. Dat de geloofwaardigheid van de VRT klappen heeft gekregen? We moeten daar niet flauw over doen: dit was geen goede periode voor de VRT. De CEO moet nu het vertrouwen herstellen, naar alle partijen.”

“We moeten daar niet flauw over doen: dit was geen goede periode voor de VRT. De CEO moet nu het vertrouwen herstellen, naar alle partijen”

Benjamin Dalle

Minister van Media

Ontslag Delaplace “niet aan de orde”

Is een ontslag van Delaplace – zoals door sommige politieke partijen geëist – dan niet aan de orde? “Of hij kan aanblijven? Ja. Ik vind het wat jammer dat ook zijn verdiensten niet in de verf gezet worden. De VRT heeft een heel moeilijke periode achter de rug, op budgettair vlak. In die omstandigheden het transformatieplan van VRT succesvol leiden, is een verdienste. Dus neen, een ontslag is vandaag voor mij niet aan de orde.”

Er is nog werk aan de winkel in de strijd tegen grensoverschrijdend gedrag, erkent Dalle. “Ik wil niet verhullen dat deze passage niet goed is geweest voor die strijd. Dit heeft de drempel – voor vrouwen én mannen – zeker niet verlaagd om zich uit te spreken, om klacht in te dienen. Dat is verkeerd. Dit soort dingen moet bespreekbaar zijn. Daarom hebben we twee jaar geleden ook dat actieplan gelanceerd. Ik zit op dat vlak wat op mijn honger: veel mediabedrijven hebben een groot aantal actiepunten nog niet uitgevoerd. Daarom zullen we het plan binnenkort aanscherpen, want ik vind dit een ongelooflijk belangrijk thema. Ik hoop dat we hieruit kunnen leren, en dat het vertrouwen hersteld kan worden. Wat er daarvoor nodig is? Een goeie dialoog, een cultuur waarbinnen kritiek en excuses mogelijk zijn. Het is zaak om de weg naar bewustwording voort te zetten, ook binnen de VRT.”