Direct naar artikelinhoud
De gedachteBart Eeckhout

Zou de N-VA er niet al een beetje spijt van hebben dat ze de verantwoordelijkheid over onderwijs uitgerekend aan Ben Weyts gaf?

Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA).Beeld Photo News

Hoofdcommentator Bart Eeckhout ziet vele gemiste kansen in het onderwijsbeleid.

Zou de N-VA, diep van binnen, niet een klein beetje spijt hebben dat ze besliste om de ministeriële verantwoordelijkheid over ons onderwijs uitgerekend in handen van Ben Weyts te leggen? En niet in die van een politicus die, ik zeg maar wat, niet op het idee zou komen om bij een initiatief als Bednet zelf in boxershort in een klas te verschijnen? Los van die ene maar zeker niet enige misser blijft toch het idee hangen van een gemiste kans in het onderwijsbeleid.

De N-VA vatte de legislatuur aan met een boxershort vol goesting. Terecht mocht de partij de voorgaande jaren een leidende rol claimen in de diagnose van het kwaliteitsverlies in het onderwijs. Het leverde een nieuwe consensus en focus op die de ideologische breuklijnen overschreed. Eindelijk zou de N-VA in de positie komen om ook verandering te bewerkstelligen.

Het resultaat is een teleurstelling. Zeker, er veranderde wat, ook ten goede. De verscherpte aandacht voor wiskunde en taal, van jongs af, is de goede keus. De inbreng van centrale toetsen biedt een kans om kwaliteitsproblemen op schoolniveau te detecteren en aan te pakken. Maar hét grote kwaliteitspijnpunt bij uitstek - het leerkrachtentekort en leerkrachtenbeleid - bleef onverantwoord lang onderschat. Dat gebeurde, overigens met welwillende medewerking van enkele academische spraakmakers die dat zeer reële lerarentekort maar gazettenpraat vinden, omdat het niet paste in het kraam van onderwijskwaliteit als cultuurstrijd.

Het gevolg was dat er gaandeweg een verwijdering ontstond tussen de minister en een flink deel van het onderwijsveld dat zich niet gehoord voelt. Daarvoor krijgt dat veld nu naar zijn kop van de minister en zijn favoriete vazallen, omdat ze te defensief, te traag en te incompetent zouden zijn. Terwijl die scholen in werkelijkheid al hun energie moeten stoppen in het vinden en houden van een leraar Frans of wiskunde.

Het conflict tussen minister Weyts en de Vlaamse onderwijsinspectie is dan ook het pijnlijke maar passende eindpunt van deze regeerperiode. Die inspectie is niet vrij van kritiek. Ze draagt een historische verantwoordelijkheid in het mee uitdragen van ideeën en didactieken die niet de juiste zijn gebleken. Ook daar moest een klein tankertje gekeerd worden, net als dat in het byzantijnse doolhof genaamd Vlaamse onderwijsadministratie nog moet gebeuren.

Lees ook

Heeft Ben Weyts de onderwijsinspectie ‘monddood gemaakt’, zoals topman Lieven Viaene zegt?

Maar daarover gaat het conflict niet. Eigenlijk wil Weyts de inspectie inzetten als een onderwijspolitie, die op falende scholen jaagt. En hij wil die politiedienst nog het liefst naar eigen believen inzetten, bijvoorbeeld om islamscholen te blokkeren en eigen initiatieven te bewieroken. Daarvoor dient een inspectie niet. Die opereert onafhankelijk en rapporteert aan het parlement, op basis van vaststaande criteria. Erger nog is dat de visie van Weyts op inspectie wellicht contraproductief is, omdat ze scholen enkel aanzet om ‘naar de leider toe’ te werken, en niet om kwaliteit waarlijk te verbeteren. Zo gaat dat in autoritaire structuren.

De tanker is gekeerd, zo willen Ben Weyts en de N-VA ons doen geloven. Toch nog maar even afwachten.