Klimaatbetogers buiten aan het Hof voor de Rechten van de Mens.
Foto: AP

Belangrijke uitspraak in Zwitserse klimaatzaak: landen die onvoldoende klimaatbeleid voeren, schenden mensenrechten

Een land dat onvoldoende doet om zijn eigen klimaatdoelstellingen waar te maken, schendt de mensenrechten van zijn burgers. Dat zegt het Europees Hof voor de Rechten van de Mens vandaag, in zijn uitspraak over een Zwitserse klimaatzaak. Het is de eerste keer dat een internationale rechtbank een arrest velt over klimaatverandering. De uitspraak kan grote gevolgen hebben voor volgende klimaatzaken, maar ook voor de Belgische die nog steeds loopt.

Vandaag sprak het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) in Straatsburg zich uit over 3 grote klimaatzaken. Daarin daagden verenigingen en burgers uit Frankrijk, Portugal en Zwitserland landen voor de rechter omdat ze vinden dat ontoereikend klimaatbeleid hun rechten schendt.

In de Zwitserse klimaatzaak trok een vereniging van 2.500 zogenaamde Klimaseniorinnen (vrouwelijke klimaatsenioren) naar de rechter omdat Zwitserland te weinig zou doen om de klimaatverandering tegen te gaan. Ze vinden dat hun recht op een familieleven, bescherming van de woonst en fysieke integriteit daardoor geschonden wordt. De vrouwen hadden zich eerst tot Zwitserse rechtbanken gewend, maar die hadden hun zaak onontvankelijk verklaard.

Maar vandaag zegt het EHRM dat de vrouwen een punt hebben, en dat hun mensenrechten wel degelijk geschonden zijn. Het Hof zegt bovendien dat Zwitserland te weinig doet om zijn eigen klimaatbeleid uit te voeren, én dat het burgers de mogelijkheid moet geven om in eigen land naar de rechter te trekken in klimaatzaken.

De Klimaseniorinnen hadden het Hof ook gevraagd om Zwitserland strengere klimaatdoelstellingen op te leggen, maar daar ging het EHRM niet op in.

Uitspraak kan ook worden gebruikt in Belgische klimaatzaak

Dennis Van Berkel, juridisch adviseur voor de Klimaseniorinnen, noemt de uitspraak "absoluut belangrijk".

"Het Hof heeft vastgesteld dat de Zwitserse overheid geen koolstofbudget heeft vastgelegd op basis van wat wetenschappelijk nodig is om de klimaatopwarming onder de 1,5 graden Celsius te houden." Dat is de ondergrens die vastgelegd is in het klimaatakkoord van Parijs. "Nochtans is dat noodzakelijk volgens het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Het gaat dus om een ernstige schending van hun rechten."

Volgens Catherine Van de Heyning, professor Mensenrechten aan de Universiteit Antwerpen, is de uitspraak "historisch". "Het Hof zegt: de klimaatverandering is vandaag een van de grootste uitdagingen voor de mensenrechten. Als overheden zich niet houden aan hun eigen klimaatbeleid, schenden ze de rechten van hun burgers."

Deze uitspraak heeft gevolgen voor heel wat andere klimaatzaken, zeggen zowel van Berkel en Van de Heyning. Het Hof heeft weliswaar geen straffen uitgesproken, maar de uitspraak kan wel gebruikt worden in nationale rechtbanken. Ze is in principe bindend voor alle landen die het Verdrag voor de Rechten van de Mens hebben ondertekend.

Dat is ook het geval in de Belgische klimaatzaak. Daarin werden Brussel, Vlaanderen en de federale overheid veroordeeld voor een ontoereikend klimaatbeleid. Maar die zaak is nog niet helemaal afgerond, want Vlaanderen vecht de uitspraak aan in cassatie. De vzw Klimaatzaak weet zich gesterkt door het oordeel van het EHRM vandaag. 

"De Straatsburgse rechters hebben de redenering van de rechters van het Hof in onze zaak volmondig bevestigd", zegt Sarah Tak van Klimaatzaak vzw. "De lidstaten moeten een bindend regelgevend kader met tussentijdse doelstellingen opmaken om de broeikasgasuitstoot te laten dalen, rekening houdend met de best beschikbare wetenschap. Dat is precies wat onze rechters hebben opgelegd."

Al is de strijd in de Belgische klimaatzaak gestreden, wat Tak betreft, ondanks het Vlaamse beroep tegen de uitspraak. "Als de beslissing van het EHRM iets duidelijk maakt, dan wel dat het verder rekken van de procedure onzinnig is. De rechtsplicht is er. Daar zal een cassatieberoep niets aan veranderen."

Franse en Portugese klimaatzaken afgewezen

De 2 andere klimaatzaken, opgestart door Franse en Portugese burgers, werden afgewezen omdat ze niet voldoende konden aantonen dat ze zelf slachtoffer waren.

De Fransman die naar de rechter was gestapt, de gewezen burgemeester van de gemeente Grande-Synthe, kloeg de Franse staat onder andere aan voor dreigende klimaatschade door bijvoorbeeld overstromingen aan zijn woning. Maar de man is intussen naar Brussel verhuisd. Een zaak tegen Frankrijk heeft daardoor geen zin meer, vindt het Hof.

In de Portugese klimaatzaak stapten dan weer 6 jongeren naar het Hof. Zij daagden maar liefst 32 landen voor de rechter, waaronder België. Maar het EHRM oordeelt dat hun zaak niet ontvankelijk is, omdat ze niet eerst alle rechtsmogelijkheden in Portugal hadden uitgeput. Bovendien acht het EHRM zich niet geplaatst om een uitspraak te doen over de impact van het klimaatbeleid van één land op inwoners van andere landen.

Meest gelezen