Direct naar artikelinhoud
Vuile lakens

Er is schaamte en schaamte

Weinig schaamte op de Erotica Beurs.Beeld Bas Bogaerts

Schrijfster Heleen Debruyne en genderexperte Anaïs Van Ertvelde brengen wekelijks een column over seks en aanverwante. Vandaag: Heleen Debruyne. 

‘Het onuitgesprokene! Het omfloerste! Het mysterie. Dát’, oreren mannen vaak tegen me, ‘is erotiek.’ ‘Jij maakt dat kapot, dat ontastbare, dat sacrale. Door het zo open en bloot over seks te hebben.’ Het verwijt komt vaak terug, wanneer ik vertel waarover Anaïs en ik schrijven en radio maken: ik sleur seks en lichamelijkheid uit de duistere hoekjes waar ze nog vaak in zitten. Maar in het daglicht blijken ze rimpels en een hangbuikje te hebben, prompt sputterend impotent te worden. Ik doe dus precies hetzelfde als de doorsnee-eroticabeurs, waar men lillende lijven en trillende speeltjes uitstalt onder tl-licht: ik ben zo expliciet dat ik alle erotiek morsdood maak. Dat verwijt impliceert dat over seks praten maar op één manier kan: plat. En laat plat nu het tegenovergestelde van erotisch zijn, dat weet toch iedereen?

Maak jullie geen zorgen, voorvechters van de erotiek: ik weet dat een vleugje schaamte voelen en dat dan toch weten te doorbreken, geil is. Maar er is schaamte en schaamte. De meeste vormen van schaamte zijn niet ophitsend, maar beperkend. Schaamte over hoe je lichaam buiten de normen valt, is niet lekker in bed. Schaamte over menstruatiebloed maakt het maandelijks lekken een eenzame sleur. Schaamte over je verlangens dijkt je experimenteerdrift in. Schaamte over zelfbevrediging maakt geen goede minnaars.

Een vleugje schaamte voelen en dat doorbreken, is geil. De meeste schaamte is echter niet ophitsend, maar beperkend

Wat we wegstoppen en wat we etaleren zegt veel over ons – net zoals hoe we stemmen, waar we wonen en wat we geloven veel over ons zegt. Daarom verdienen onze lijven en wat we ermee doen het om ernstig bestudeerd te worden, als het maatschappelijk fenomeen dat ze ook zijn. De Poolse schrijfster Zofia Nalkowska schreef al in 1932 dat een rationele, intellectuele benadering van erotiek aangemoedigd moet worden. “Erotiek is geen zaak van het individu”, vond ze. “Erotiek heeft haar weerslag op alle andere aspecten van het menselijk leven. Het is niet mogelijk haar daar van af te schermen.”

Dat was 1932, hoor ik jullie al pruttelen. We zijn een revolutie verder, seks lijkt anno 2017 overal. Maar Nalkowska zou haar neus ophalen voor de manier waarop we er over schrijven. De taal die we hanteren om het over seks te hebben, is plat en commercieel. Vijfen­tachtig jaar na haar bedenkingen wordt er nog steeds bedroevend zelden blootgelegd hoe we neuken en hoe niet, waar we ons voor schamen en wat die schaamte voedt.

We willen niet met onze zaklampen komen schijnen in het duister van jullie slaapkamers. Hooguit willen we jullie even doen reflecteren over waar, wanneer en waarom jullie het licht uit­knippen

Ons zul je dus niet betrappen op het schrijven van handleidingen die seks reduceren tot een mechanica van het vlees. Die tips om beter te beffen, vind je elders op het internet wel. Vrees dus niet: we willen niet met onze zaklampen komen schijnen in het duister van jullie slaapkamers. Hooguit willen we jullie even doen reflecteren over waar, wanneer en waarom jullie het licht uit­knippen.