Om na de basisopleiding geneeskunde (vroeger 7 jaar, sinds 2012-2013 6 jaar) aan de vervolgopleiding tot huisarts of specialist te kunnen beginnen, hebben geneeskundestudenten een universitair opleidingsattest nodig. Het aantal attesten dat wordt uitgedeeld, is afhankelijk van het wettelijk bepaalde artsenquotum: het aantal artsen dat nodig is om in een voldoende, kwalitatief aanbod te voorzien voor de patiënt.

De gemeenschappen konden wel enigszins flexibel omspringen met de attesten: het aantal exemplaren dat tussen 2008 en 2018 kan worden uitgedeeld, ligt vast, maar in die periode kunnen de gemeenschappen wel kiezen om het ene jaar meer attesten uit te delen dan het andere. In Franstalig België was echter een tekort ontstaan, waardoor een deel van de studenten die dit en de volgende academiejaren volgende hun diploma behalen, geen opleidingsattest meer konden krijgen.

Bijkomende attesten

Daar past minister De Block nu een mouw aan. Het koninklijk besluit van 2008 over de planning van het medische aanbod is aangepast, waardoor er nu voldoende opleidingsattesten zijn voor alle geneeskundestudenten die dit jaar nog hun basisdiploma halen. “Dat is belangrijk, want de studenten mochten absoluut niet het slachtoffer worden van een situatie waar ze zelf niet voor hebben gekozen”, klinkt het op het kabinet-De Block.

De minister laat de deur op een kier voor nog meer bijkomende attesten in de volgende academiejaren. “Als blijkt dat de ingangsproef in de Franstalige Gemeenschap (in Franstalig België komt er vanaf volgend jaar ook een toegangsexamen arts en tandarts, red.) doeltreffend is, zullen er ook bijkomende attesten verleend kunnen worden aan studenten die hun basisdiploma behalen in 2018, ‘19 en ‘20.”