Op het Albertkanaal varen te veel snelheidsduivels. “Dat is gevaarlijk. Een te snel schip kan zo’n golfslag veroorzaken dat de oevers worden beschadigd, en ook de schepen die langs de kant zijn aangemeerd”, zegt Liliane Stinissen van de Vlaamse Waterweg, die de grote waterwegen in Vlaanderen beheert. “We deden al een tijdje controles op snelheid, maar vanaf nu gaan we schippers effectief een mail sturen als ze te snel varen. Ze krijgen een waarschuwing, nog geen boete. De nadruk ligt nu echt op sensibiliseren.” Of er een sanctie volgt voor schippers die herhaaldelijk over het water scheuren, moeten ze bij de Vlaamse Waterweg nog bepalen.

Te veel kritiek

De snelheidscontroles komen er aan de zes sluizen op het Albertkanaal. Het gaat om Genk, Diepenbeek, Hasselt, Kwaadmechelen, Olen en Wijnegem, een traject van zo’n 78 kilometer. Maar staan er dan ook flitscamera’s langs het water?

“Nee, we meten de vertrek- en aankomsttijden van alle schepen aan de zes sluizen. De gemiddelde snelheid tussen de sluizen mag niet hoger liggen dan 15 kilometer per uur. In de praktijk gaan we geen schipper op de vingers tikken als die 1 of 2 kilometer per uur te snel vaart. Vanaf 5 kilometer te snel volgt er wel een waarschuwing”, zegt Stinissen.

Vier jaar geleden was er al sprake van zo’n trajectcontrole, maar toen was er te veel kritiek van de schippers. “Nu kunnen we leven met de snelheidslimiet. Schippers staan vaak onder druk om hun laad- en lostijden te halen. Dan proberen ze dat goed te maken door sneller te varen. Maar sommigen nemen te veel risico”, zegt Jo Van Duynslaeger, voorzitter van de Vereniging van Belgische Reders (VBR).