Direct naar artikelinhoud
Postuum

Zijn zombies leven verder

Een still uit George A. Romero's iconische zombiefilm 'Dawn of the Dead' (1978).Beeld Photo12

114.000 dollar en flink wat creativiteit: meer had George A. Romero niet nodig om filmgeschie­denis te schrijven. De regisseur van Night of the Living Dead en uitvinder van de zombies zoals wij ze kennen, is op 77 jarige leeftijd gestorven aan longkanker.

Het zou een horrorkomedie worden, met de titel Monster Flick. Met aliens in de hoofdrol. Maar onder invloed van Richard Mathesons post-apocalyptische roman I Am Legend (1954) besloot een 28-jarige filmmaker – zonder noemenswaardig cv, mét torenhoge ambities – om de aliens in te ruilen voor gereanimeerde doden met een honger naar mensenvlees. Night of the Living Dead was geboren, en horrorfilms zouden nooit meer hetzelfde zijn.

We schrijven 1968 wanneer George A. Romero, een half-Puertoricaanse, half-Litouwse jongen uit de Bronx, met een handvol kompanen een stevige steen in de rivier van de filmgeschiedenis verlegt. Night of the Living Dead, op het platteland rond Pittsburgh gedraaid voor nauwelijks 114.000 dollar, raakt een snaar. Sommige recensenten zagen smakeloze gruwel, anderen herkenden een klassieker in wording. De tijd gaf die laatsten gelijk.

‘Ik gebruikte zombies altijd als satirische en politiek-kritische personages. Dat ontbreekt nu’
George A. Romero in 2013

Zombies zijn vandaag overal, in blockbusters met Brad Pitt (World War Z), in succesreeksen op tv (The Walking Dead) en in games (Resident Evil). Voor Romero ze met Night of the Living Dead (her)uitvond, bestonden ze enkel in sprookjesachtige B-films als White Zombie (1932) en I Walked with a Zombie (1943). “Dat waren meer feëerieke films”, verklaart Welp-regisseur en horrorfan Jonas Govaerts, “heel anders dan wat Romero deed. Als we nu zombiefilms maken, doen we dat nog volgens zijn regels.”

Metafoor

Wie vandaag terugblikt, vindt het bijna ironisch dat het woord ‘zombie’ niet één keer valt in Night of the Living Dead – Romero en zijn personages verkozen de term ghouls. Maar de kannibalistische ondoden, die vooruit strompelen met hun handen voor zich uit, op zoek naar mensenvlees en die enkel gedood kunnen worden door hun hersens kapot te maken, zagen in Night voor het eerst het licht.

Romero’s grootste verdienste is dat hij zombies uit hun toverachtige, Haïtiaanse voodoo-sfeer haalde en ze in de rauwe Amerikaanse actualiteit dropte. Daardoor kwam de horror niet alleen dichterbij, maar bleek het zombiegenre plots relevant en beladen. Night of the Living Dead kwam uit in 1968, in volle Vietnam-crisis en kort na de moord op burgerrechtenactivist Martin Luther King.

George A. Romero, met als zombies uitgedoste fans.Beeld Getty Images/AFP

Met een zwart hoofdpersonage dat een tragisch einde kent en de korrelige zwart-witbeelden die oorlogsdocumentaires in herinnering brachten, werd Night gelezen als harde kritiek op de hedendaagse VS. In welke mate dat werkelijk Romero’s bedoeling was, is onduidelijk. Romero ontkende dat hij Jones castte omdat hij zwart was, en de rauwe zwart-wit-footage was zeker deels het gevolg van het lage budget.

De regisseur besefte wel dat het succes van zijn debuut samenhing met de metafoorkracht van de zombies. In de vijf ­vervolgfilms op Night stelden ze steeds een ­actueel onheil voor. Govaerts: “Hij herhaalde zichzelf nooit: in al zijn films dienen de zombies als een nieuwe ­metafoor. In Night of the Living Dead ­bekritiseerde hij de Vietnam-oorlog, in Dawn of the Dead (1978) het consumentisme, Day of the Dead (1987) de reaganomics en Land of the Dead (2005) de kloof ­tussen arm en rijk.”

Arthouse

Romero zou nog twee vervolgen maken: Diary of the Dead (2007), gedraaid in found ­footage-stijl, en het slecht onthaalde Survival of the Dead (2009), maar het is vooral de eerste ­trilogie die de tand des tijds moeiteloos heeft doorstaan. Met name Dawn of the Dead, dat zich afspeelt in een ­verlaten winkelcentrum, met de zombies als wandelende symbolen voor ­hersenloos ­consumeergedrag, is veertig jaar na zijn release nog niets van zijn bijtende kracht en gruwel ­verloren.

'Hij herhaalde zichzelf nooit: in al zijn films dienen de zombies als een nieuwe ­metafoor'
Jonas Govaerts, 'Welp'-regisseur en horrorfan

Wanneer Romero andere paden wilde bewandelden, lukte dat ­minder goed. “Hij heeft jaren moeten vechten om zijn laatste project, Road of the Dead, gefinancierd te ­krijgen”, weet Govaerts. “Hij was geen domme horror­regisseur. Season of the Witch (1972) is praktisch een ­arthousefilm. Het bevreemdende Martin (1978) ook. Hij had gedurfde ideeën, maar is er zelden in geslaagd die volledig uit te voeren. Daarom blijven zijn zombiefilms zijn ­interessantste werk.”

En, ongetwijfeld, zijn meest succesvolle. De afgelopen decennia is de populariteit van ­zombies de hoogte ingeschoten. Dat is ­grotendeels te danken aan Romero, maar hij stelde zich vragen bij zijn erfenis. “Ze hebben mij gevraagd enkele afleveringen van The Walking Dead te regisseren”, vertelde hij in 2013 nog aan fansite Geeks of Doom. Maar hij sloeg het ­aanbod af. “Het is ­simpelweg een soapopera, met nu en dan een zombie. Ik gebruikte zombies altijd als satirische en politiek-kritische ­personages. Dat ontbreekt nu.” 

Toch zullen George A. Romero’s zombies ­blijven voortleven. Ook nu hun geestelijke vader op 77-jarige leeftijd een korte, hevige strijd met ­longkanker verloor. Want, zoals er in schreeuwerige ­letters op de ­poster van Night of the Living Dead stond: “THEY WON’T STAY DEAD!”

De originele poster van George A. Romero's doorbraakfilm 'Night of the Living Dead' (1968).Beeld LFI/Photoshot