Marlon Colpaert (KRSN Oostende) en Tristan Vandenbussche (Brugse TR) mochten voor de Belgische roeidelegatie het WK openen met hun voorwedstrijd in de dubbeltwee. Onze landgenoten vertrokken daarin als de te kloppen favorieten, als regerend vice-Europese juniorenkampioenen. Ze moesten het opnemen tegen vier teams, waarvan enkel de Kyryliuk-Katernynych met een Oekraïnse achtriem nog net de top tien haalden. De kwalificatie voor de kwartfinale lag eigenlijk al van voor de start vast, want vier van de vijf gingen door en met de Enrico en Riccardo Bouehi van Ivoorkust als vijfde team wist iedereen wie donderdag de herkansingen zou roeien. Colpaert-Vandenbussche hadden na 500m niet alleen meer dan zes seconden voorsprong op de Boeuhi’s, ze roeiden ook de andere tegenstanders op meer dan tien meter. Het West-Vlaamse duo hield zonder echt voluit te gaan die leiding tot op meet vast en verzekerde zich daarmee meteen ook van een gunstige loting voor de kwartfinale.

Benjamin De Catelle, de junior die op de nationale time trials in skiff de maat nam van Marlon Colpaert en Tristan Vandenbussche, wist meteen dat hij in zijn voorwedstrijd niet beter kon doen dan zijn teamgenoten. Omdat de Gentenaar met achtendertig tegenstanders in het zwaarste bezette nummer startte, moest hij zich niet bij de eerste vier, maar wel bij de eerste twee roeien om die kwartfinale te halen. De Catelle kwam na 500m als tweede door na de Noor Jonas Juel, achtste op het recente juniores EK. Halfweg nam onze landgenoot de leiding van de Noor over. Op 500m van het einde luidde de Deen Bastian Secher, vice-Europese kampioen, zijn aanval in. De Gentse skiffeur liet hem begaan en focuste zich vooral op de Noor Juel. Die had geen slotoffensief in huis zodat ook Benjamin De Catelle zich vlot plaatste voor de kwartfinale.

Caitlin Goavert, op het recente EK zesde in de A-finale, was de laatste Belgische WK-ganger die het water op ging. De skiffeuse van UN Bruxelles treft op dit WK achtentwintig tegenstanders, wat dus betekent dat ook in haar skiffnummer kwartfinales moeten geroeid worden. Daarvoor moest Govaert zich net als de dubbeltwee bij de eerste vier roeien. Met Binali De Alwis uit Sri Lanka was er al één skiffeuse gekend die dat niet zou kunnen. De overige skiffeuses konden wel enkele adelbrieven voorleggen. De Brusselse moest de eerste 500m dan ook het initiatief laten aan de Estse Greta Jaanson en de Nederlandse Isabel Van Opzeeland, dit jaar brons op het EK voor junioren. Terwijl Jaanson haar meerdere moest erkennen in Van Opzeeland gaf Caitlin Govaert haar derde plaats niet meer uit handen. Mattea Wuethrich, 7de op het EK 2017, nam het vierde kwartfinaleticket voor haar rekening.

De drie Belgische deelnemers plaatsten zich dus rechtstreeks voor de kwartfinales, wat geheel beantwoordde aan de verwachtingen van Dominique Basset. De Belgische bondscoach wil dat zijn drie ploegen minstens de B-finale halen. Dit betekent dat de vier Belgen in die kwartfinale de top drie moeten halen. Deze races zullen Colpaert-Vandenbussche, De Catelle en Govaert pas vrijdag roeien.