In Guatemala moet het parlement zich uitspreken over de opheffing van de immuniteit van president Jimmy Morales. Dat heeft het hooggerechtshof maandag beslist. Morales wordt verdacht van gesjoemel met campagnegeld.
In het parlement moet een commissie gevormd worden die een aanbeveling zal overmaken aan de volksvertegenwoordigers. Om de immuniteit van het staatshoofd op te heffen, moeten minstens 105 van de 158 parlementsleden het licht op groen zetten.
Analisten achten het weinig waarschijnlijk dat het vereiste aantal stemmen wordt gehaald in het parlement, als gevolg van de allianties waarop de rechtse regeringspartij FCN-Nacion van Morales kan rekenen.
Het parket en de Internationale Commissie tegen Straffeloosheid in Guatemala (Cicig) hadden op 25 augustus om de opheffing van de immuniteit van Morales gevraagd. De voormalige tv-komiek zou zijn verkiezingscampagne in 2015 illegaal gefinancierd hebben. Hij zou 600.000 dollar niet hebben aangemeld bij de kiescommissie.
Een furieuze Morales stelde prompt dat de baas van Cicig, de Colombiaan Ivan Velasquez, zich moeide met interne aangelegenheden en beval de uitzetting van de man. Die beslissing stuitte op veel protest en werd uiteindelijk geannuleerd door het grondwettelijke hof.
