De Block werkt aan maatregelen om druk op spoedartsen te verlichten
Minister van Volksgezondheid Maggie De Block (Open VLD) is bezig met een reeks maatregelen om de druk op spoedartsen te verlichten. Dat zegt de minister in reactie op nieuw onderzoek waaruit blijkt dat de helft van de spoedartsen overweegt te stoppen. Meer patiënten moeten richting huisartsen in plaats van naar spoed, en er worden grote traumacentra gecreëerd om de zwaarste gevallen te behandelen.
De helft van de urgentieartsen overweegt ernstig om van job te veranderen. Zestien procent is hier actief mee bezig en wil binnen de zes jaar uit het vak stappen. Fysieke of emotionele uitputting en het gevoel dat ze te veel van hun sociaal leven moeten inboeten, zijn de voornaamste drijfveren om de handdoek te werpen, en dat terwijl er nu al een acuut tekort is.
De minister is bezig met een aantal zaken om de situatie te veranderen, zegt haar kabinet. Zo moet het plan "niet-planbare zorg" voor een betere afstemming zorgen tussen de verschillende diensten waar patiënten in spoed naar toe komen. Concreet: er gaan vandaag nog te veel patiënten naar de spoeddienst die beter naar de huisarts zouden gaan.
Huisartsenwachtposten
Huisartsenwachtposten kunnen daar aan verhelpen. "Spoeddiensten en huisartsenwachtposten kunnen beter op elkaar worden afgestemd. Maar we zien de eerste signalen dat de kentering is ingezet. Zo openen er huisartsenwachtposten naast of zelfs in de klinieken", zegt woordvoerster Els Cleemput.
In navolging van een advies van het Federaal Kenniscentrum voor de
Gezondheidszorg (KCE) worden de spoeddiensten ook hervormd. "We gaan
naar minder spoeddiensten. Maar wel beter geografisch gespreid, en in
combinatie met grote traumacentra, een soort superspoeddiensten, waar de
zwaarste gevallen terecht kunnen". De minister bekijkt ook in welke mate gesneden kan worden in administratieve lasten voor het spoedpersoneel.