De maïs op de West-Vlaamse akkers is vroeger dan anders gestopt met groeien. Daar zit de droogte net voor de zomer voor veel tussen.  Het waterpeil stond toen extreem laag, de beken stonden droog en de boeren mochten geen water oppompen om hun landbouwgrond te beregenen. Bij boer Rik Latré in Houthulst zijn de maïsplanten een halve meter korter dan andere jaren. Minder kolven dus, maar dat wordt voor een deel gecompenseerd door een grote kolfbezetting - de weinige kolven die er zijn, kregen een groeischeut door de regen van augustus. "Maar het wordt hoe dan ook een dure maïswinter voor onze koeien", zegt Latré.

Ook in de Kempen halen de maïsboeren hun oogst nu al binnen. Ze hadden speciale maïs geplant die sneller volgroeid is. Dat was nodig na het slechte seizoen vorig jaar. Toen is een deel van de maïs verloren gegaan door de hevige regen. De voedervoorraden voor het vee zouden dus snel uitgeput zijn. Dankzij de snelgroeiende variëteit kunnen de boeren nu al verse maïs geven aan hun dieren.  De boeren in de Kempen hebben hun maïs dit seizoen ook onder folie gezaaid, zegt Annemarie Van Geenberghe van de Boerenbond. Die folie verwarmt de grond, en daardoor zijn de planten ook sneller gegroeid.