Het creatieve lab van... Pieter Timmermans: "Je moet altijd een plan B of C of D in je hoofd hebben."

Het creatieve lab zit deze week in de cockpit van de Groep van Tien, die selecte club van patronale en syndicale onderhandelaars die de sociale vrede in ons land moeten bewaken. Pieter Timmermans (53) is ceo van het Verbond van Belgische Ondernemingen, en één van de sterkhouders van die Groep van Tien. Dat creativiteit daar geen overbodige luxe is, bewijst het bitse sociale klimaat van de laatste maanden. Timmermans zoekt die creativiteit op reis of op de fiets in zijn Pajottenland. En elke ochtend begint met een zen-moment.

Ik word wakker rond half zeven ’s morgens. De eerste driekwartier luister ik geen radio. Ik ontbijt met mijn echtgenote, en bereid me voor om te gaan werken. Halfacht, kwart voor acht vertrek ik naar Brussel, om halfnegen ben ik op kantoor.

Iemand in uw functie die niet naar het nieuws luistert, dat is waarschijnlijk een unicum?

Ik wil rustig kunnen ontbijten en wakker worden. Vanaf half acht zit ik in de wagen en luister ik naar Radio 1 of Matin Première. Ondertussen consulteer ik zes à zeven kranten om te zien wat er in het nieuws komt, waar we ons moeten op voorbereiden. Desnoods neem ik met onze persverantwoordelijke al een aantal contacten. 

U bent het type dat er snel invliegt?

Als ik op kantoor kom, komt er veel op me af. Dan moet ik snel reageren, een aantal vergaderingen voorzitten. Maar ik heb twee momenten waarop ik echt heel creatief probeer te zijn. Hier in mijn bureau staat een kleine zetel naast mijn tafel, ik noem het mijn cockpit. Dat is een zetel van één van mijn voorgangers, Tony Vandeputte, die jammer genoeg al overleden is. Als ik daar ’s middags rustig mijn boterhammetjes opeet wanneer ik geen lunch heb, dan kan ik een halfuur-driekwartier zonder telefoon rustig nadenken. En op een  ander moment, als ik in het weekend of ’s avonds op een plaats ben waar ik mijn ogen kan dicht doen, dan slaap ik niet, maar dan kan ik nadenken. Dan laat ik alles bezinken en komen er heel veel creatieve ideeën naar voor. Mocht ik dan een dictafoontje bij mij hebben, dan zou ik heel veel dingen kunnen noteren. Dat blijft hangen en dan breng ik dat over naar collega’s, challenge ik hen daarmee. Sommige ideeën zijn goed en worden verder ontwikkeld, andere gaan onmiddellijk de vuilbak in.

U komt vooral in het nieuws als eminent lid van de Groep van Tien. Hoe speelt creativiteit bij die onderhandelingen?

Ik ga een geheimpje verklappen, maar voor degenen die in de Groep van Tien zitten is dat al lang geen geheim meer : als je onderhandelt, moet je altijd een uitweg hebben. Je moet altijd een plan B of C of D in je hoofd hebben. Als je aan de onderhandelingstafel vertrekt van: dit is mijn standpunt en dit moet het zijn… Tja, een compromis is geven en nemen, is altijd luisteren naar de andere, je inleven in de andere. Je verwacht van de andere dat die zich ook inleeft in jouw standpunt en dan kan je naar mekaar beginnen toe te groeien. Dat is iets wat je moet leren. Ik ben bijna twintig jaar lid van de Groep van Tien. Mijn eerste onderhandelingen, dat was nog met Willy Peirens en Michel Nollet, de grote vakbondsleiders van de vorige eeuw. Toen dacht ik ook : dit is het standpunt, dit is juist, waarom kan men dat niet aanvaarden? Ja, ik was niet voldoende ingeleefd in de andere. Dus, creativiteit daar is: weten dat positie A waarschijnlijk niet het eindpunt is, dat  je nog een alternatief moet hebben. Maar natuurlijk komt er ook wel een einde aan. Op een bepaald moment moet je ook zeggen: dames en heren, dit gaat niet meer, dit is mijn eindpositie. Maar je moet zorgen dat je uitwegen hebt. Als je daarin niet creatief kan zijn dan loop je vast en loop je tegen de muur.

Maar nu is het toch de regering die de redder des vaderlands is en niet de sociale partners?

De regering speelt vandaag een heel belangrijke rol, da’s duidelijk. De sociale partners hebben het niet makkelijk omdat er verschillende visies zijn en sommige vakbonden hebben het heel moeilijk met de coalitie die aan de macht is. Ik ben ervan overtuigd: als sociale partners een akkoord maken, dan kan dat een bijzonder grote stap voorwaarts zijn. Natuurlijk als visies botsen die niet te verzoenen zijn kan je er niet komen. Maar dan is het heel pretentieus vanuit de sociale partners te zeggen: “de regering mag dan niks doen”, omdat wij niet in staat zijn om tot een akkoord te komen. Dat is weinig creatief.

Zijn er momenten dat u stilvalt, dat u leeg bent?

Naar de zomer toe, wanneer de vakantie eraan komt na een druk jaar kan ik enkele weken rust hebben. Op het einde van het jaar is dat ook zo in deze organisatie, zoals in heel wat bedrijven. De tijd dat het boekjaar moet afgesloten worden is een heel drukke periode. Dat is een periode waar je heel goed moet opletten, waarin je heel goed moet kijken naar collega’s, hoe het er in het bedrijf, in de organisatie, aan toegaat. Zelf probeer ik twee keer per jaar een week met mijn echtgenote er tussenuit te zijn. Voor de rest heb ik heel veel plezier met het fietsen in het Pajottenland waar ik woon, of met vrienden ergens een lokaal bier gaan proeven: rust. Ik zal dan ook nooit boeken gaan lezen. Met een boek ga je mij nooit vinden. Mijn motto is: ik lees al genoeg gedurende het jaar. Dan ga ik niet nog eens… Twee: ik ga ook nooit aan een strand zitten. Maar de lokale krant kopen, ja, dat is beroepsmisvorming zeker?

Ik hoor van sommige mensen die gelijkaardige dingen doen als u, dat die gaan mediteren.

Ik heb mindfulness ontdekt, via mijn echtgenote, en ook toen ik in Stanford was in 2011, was daar ook een uiteenzetting over quality of life. Ik heb me daar niet echt in verdiept. ik kan het niet doen zoals ik het wens, Ik heb daar geen ritme in. Dat is wel iets wat ik echt heb leren appreciëren. Maar door het Pajottenland fietsen, de wind door mijn hoofd laten komen, samen met mijn echtgenote, onder het fietsen een beetje praten over het een en het ander, dat is voor mij de ideale leegmaker van mijn hoofd.

Hoe neemt u moeilijke beslissingen?

Die hebben een heel lang rijpingsproces, zonder dat collega’s dat beseffen. Als er iets moet gebeuren neem ik de tijd om de pro’s en de contra’s van een beslissing goed af te wegen. Ik spreek met een aantal vertrouwelingen als het moeilijk is, zeker in de bedrijfscontext. Ik analyseer: wordt er een precedent gecreëerd of niet? Hebben we aan alle mogelijke alternatieve gedacht? Er zijn natuurlijk ook situaties waarin je die tijd niet krijgt, dat je sneller moet handelen en beslissen. Maar dat probeer ik tot een minimum te beperken, zeker wanneer er personen bij betrokken zijn. Ik vind dat de emotionaliteit niet mag overheersen, dan moet je rationeel blijven. 

Stel, u mag één ding veranderen aan uzelf, wat zou dat zijn? 

Ik ben geen echte talenknobbel. Ok, Duits, Engels, Frans, Nederlands, dat zijn de vier voertalen die we toch zeer geregeld gebruiken in de dingen die ik doe. Maar mocht ik wat bedrevener zijn in talen, dat zou ik fantastisch vinden. 

Voor uw sociaal overleg hebt u toch maar Frans en Nederlands nodig?

Ja, en de gewoonte is dat er in de Groep van Tien geen simultaanvertaling is, iedereen spreekt zijn taal. Ik doe dit al twintig jaar, en dat verloopt heel vlot. In tegenstelling tot wat men soms zou denken. Trouwens ik ben tegenstander van simultaanvertaling bij onderhandelingen, omdat dat de dynamiek van de gesprekken geweldig vertraagt. Ik ben een paar keer naar China moeten gaan of  naar Rusland. Werken met een tolk is niet zo aangenaam. In een onderhandelingsmodus, als je naar het einde van een onderhandeling gaat, dan gaat dat soms vrij snel, omdat er puzzelstukken in elkaar vallen. Dan spreekt iedereen zijn taal, en iedereen begrijpt iedereen.

We gaan naar het eind van de dag toe. Wat is het laatste wat u doet voor u gaat slapen?

Ofwel kan ik genieten van een goede uitzending op de VRT, of een goeie film op een andere TV-zender. Of in de zomer nemen we nog even de fiets. Sommigen zeggen: ik drink op het einde van de dag een glas wijn, dat doe ik dus niet. Ik probeer mijn geest leeg te maken, een paar andere dingen te doen. Skypen met mijn zoon die momenteel in Zwitserland verblijft of met mijn dochter die ergens elders is. Een beetje family time, dat brengt rust, en dan kan je de nacht in. 

Wanneer is dat?

Meestal is dat rond elf uur. Tenzij als er een activiteit is. Maar ik heb graag voldoende nachtrust. 

Heeft Pieter Timermans een levensmotto?

Voor mij is dat: leer uit het verleden, leef vandaag, en droom van morgen. 

Foto's: Alex Vanhee, montage podcast: Gunter Joosen

Meest gelezen