Gisteren ontmoetten beide leiders elkaar in de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties in New York. President Trump schudde premier Hasina even de hand en vroeg haar hoe het met Bangladesh ging. "Goed", zei ze, maar ze merkte wel op dat haar land nu tal van Rohingya-vluchtelingen uit Myanmar opvangt.

President Trump ging daar verder niet op in en voor sheikh Hasina was dat een duidelijk signaal dat hij zich niet bekommert om die Rohingya. "We weten wat hij denkt; als hij dat niet voelt, dan kan ik niet om hulp vragen", zei ze even later in een interview met de Arabische nieuwszender Al Jazeera.

"We zijn geen rijk land, maar als we onze 160 miljoen mensen kunnen voeden, dan kunnen we er ook nog 500.000 of 700.000 bijnemen", klonk het zelfverzekerd. "We kunnen dat, in feite delen onze mensen nu al hun voedsel met de Rohingya", zei de premier.

Dat is ook zo, hoe ellendig de toestand in de vluchtelingenkampen in Bangladesh ook is, uit reportages van de Britse omroep BBC blijkt dat veel Bengali's spontaan hulp bieden of zelfs Rohingya-families in hun huizen opnemen. Premier Hasina heeft onlangs de vluchtelingen in haar land bezocht en bood hen toen hulp aan (foto onderaan). Ze weet ook dat Bangladesh die opvang niet alleen aankan, maar hoopt blijkbaar dat andere landen en hulporganisaties haar wel zullen helpen. Wel stelt ze dat de opvang tijdelijk is en vraagt ze dat de Rohingya op termijn kunnen terugkeren naar Myanmar. 

Dat sheikh Hasina Wajid Miah niet onder de indruk was van haar ontmoeting met president Trump, wekt geen verbazing. De vrouw heeft al voor hetere vuren gestaan. Haar vader sheikh Mujibur Rahman leidde wat vroeger Oost-Pakistan was in 1971 doorheen verwoestende moordpartijen door het Pakistaanse leger naar de onafhankelijkheid en werd daarna leider van Bangladesh.

In 1975 werd Mujibur Rahman met zo goed als de hele familie uitgemoord en Hasina ontsnapte enkel omdat ze op dat ogenblik in Europa was. Pas jaren later zou ze naar haar land terugkeren om daar samen met haar politieke erfvijandin Khalida Zia het protest tegen de militaire dictatuur te leiden. In 1991 werd Bangladesh opnieuw een democratie en sindsdien wisselen beide vrouwen elkaar af aan de macht. Beiden hebben moordaanslagen van extremistische moslimgroepen overleefd.

Sheikh Hasina leidt de machtige familieclan, maar ook de centrumlinkse Awami Liga, één van de grootste partijen van het land. Ze was premier tussen 1996 en 2001 en na 2009 onafgebroken. Bangladesh is overwegend moslim, maar heeft ook minderheden van hindoes, boeddhisten, christenen en animisten en is een seculiere staat. Het land is erg arm en leeft grotendeels van de productie van textiel en kleding. Het ligt aan de monding van grote rivieren zoals de Ganges en de Brahmaputra die regelmatig -net zoals nu overigens- grote delen overstromen en Bangladesh wordt bedreigd door de klimaatverandering. Met 162 miljoen inwoners is Bangladesh ook de op zeven na meest bevolkte staat ter wereld.