Theo Francken . © BELGA

© rr

1 / 2
thumbnail: Theo Francken .
thumbnail:

Francken: “Jammer dat minderjarig kind slachtoffer wordt van gedrag ouders”

Schoolgaande kinderen hebben beschermt mensen zonder verblijfsrecht niet tegen uitwijzing, hoewel ze daar “vaak onterecht” wel op vertrouwen. Dat laat staatssecretaris voor Asiel en Migratie Theo Francken (N-VA) weten in een reactie op het nieuws over een zestienjarig meisje uit Mechelen, dat altijd in ons land gewoond heeft, dat morgen/vrijdag weet of ze het land uitgewezen wordt, naar Kosovo.

Francken wijst erop dat haar ouders al die jaren “maar liefst acht bevelen om het grondgebied te verlaten” negeerden. “Het is jammer dat het minderjarige kind in dit gezin het slachtoffer wordt van het onverantwoordelijke en onwettige gedrag van haar ouders, maar er kan voor haar helaas geen uitzondering gemaakt worden”, zegt Francken.

In zijn reactie beklemtoont Francken dat België een rechtsstaat is. “Daarin is het essentieel dat zowel overheid als burger wettelijke overheidsbeslissingen respecteren en uitvoeren.” De familie van het meisje verblijft dus al zestien jaar in het land, maar verwierf nooit een duurzaam verblijfsrecht. “Al die jaren weigerden de ouders gevolg te geven aan hun wettelijke verplichting om het grondgebied te verlaten.”

Voor het meisje kan dus geen uitzondering gemaakt worden, omdat het principe van de eenheid van het gezin juridisch primeert boven het belang van het kind om in België haar studies voort te zetten. Francken voegt eraan toe dat ze als meerderjarige een studentenvisum kan aanvragen om “op een wettelijke manier de door haar gewenste studie verpleegkunde in België aan te vatten”.

Mechelse (16) als baby al in België, nu plots land uitgezet

© rr

1 / 2
thumbnail: null
thumbnail: null

Een 16-jarig meisje uit Mechelen dat sinds haar vier maanden in ons land woont, naar school gaat en perfect geïntegreerd is, wordt binnenkort onverbiddelijk naar Kosovo – haar land van herkomst – uitgewezen. In een dagboek beschrijft het meisje hoe bang ze is voor haar repatriëring. “Ik ben nog nooit in Kosovo geweest en ken de taal niet. Wat heb ik misdaan?”

Al sinds ze een baby was, woont Djellza B. met haar ouders en broer in ons land. Ze leerde lezen en schrijven op school in Mechelen. Ze bouwde hier haar vriendenkring uit. Ze spreekt beter ­Nederlands dan haar Brusselse advocaat. En ze studeerde voor verpleegster om hopelijk ooit in een ziekenhuis aan de slag te kunnen. “Een plichtbewust, respectvol meisje dat zeer goed geïntegreerd is”, omschrijft haar schooldirecteur haar. “Een uitwijzing zou mensonwaardig zijn.”

Toch lijkt de toekomst voor ­Djellza B. plots helemaal anders uit te draaien. Op 8 augustus werd ze thuis door de politie opgepakt een meegenomen naar een instelling in Zulte, in ­afwachting dat ze naar Kosovo wordt uitgewezen. “Ik zat te ontbijten en met de kat te spelen toen plots de politie voor de deur stond”, beschrijft Djellza in haar dagboek dat ze vanuit de instelling schrijft, bang voor haar repatriëring. “Wij zijn van de politie, zeiden de agenten. We hebben het bevel gekregen van Dienst Vreemdelingenzaken om jullie op te pakken. Deze zin maakte me zo bang. Ik vroeg me af wat ik verkeerd had gedaan.”

Nooit in Kosovo geweest

Djellza beschrijft in haar dagboek uitvoerig hoe ze van de agenten nog snel wat ondergoed en persoonlijke spulletjes op haar slaapkamer mocht halen, om daarna tijdens een bange rit weggeleid te worden naar haar onzekere toekomst. Terug naar Kosovo, haar land van herkomst. Een land waar ze nooit eerder geweest is. “Tijdens die rit voelde ik een woede opkomen”, schrijft Djellza vol onbegrip. “Mijn ­ouders zijn gevlucht voor oorlog, ­geweld en armoede. Ik was vier maanden oud toen ik in België toekwam. Mijn ouders zijn correcte mensen, hebben altijd gewerkt en kregen nooit één boete. Waarom moet ik ‘terug’?”

Sinds Djellza en haar familieleden zestien jaar geleden naar ons land verhuisden, beschikten ze nooit over geldige verblijfspapieren. Ze vroegen de voorbije jaren twee keer een humanitaire regularisatie aan, maar dat werd telkens afgewezen. De Dienst Vreemdelingenzaken bevestigt dat er een uitwijzingsbevel tegen het gezin werd uitgeschreven. “Ze moeten het land verlaten wegens langdurig illegaal verblijf en veel negatieve procedures”, was het enige wat Freddy Roosemont, directeur Dienst Vreemdelingzaken over de zaak kwijt wilde.

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

MEER OVER