Hebben we dat wel nodig? En 4 andere vragen over Muyters' supersnel-internet-plan

Minister van Innovatie Philippe Muyters (N-VA) wil vanaf volgend jaar een glasvezelnetwerk uitrollen over heel Vlaanderen. Dat moet ons internet vele malen sneller maken, de capaciteit fors vergroten én goedkoper maken. Bovendien zouden ook alle operatoren gebruik mogen maken van dat netwerk, kwestie van de concurrentie aan te scherpen. Vijf vragen over het glasvezel-plan, vijf antwoorden

1. Hebben we die glasvezelkabel nodig?

Het gaat goed met de breedbandcapaciteit en -snelheid in ons land. Wereldwijd zitten we op dat vlak in de kopgroep, maar misschien moeten we binnenkort lossen. De nood aan beter en sneller internet groeit elke dag. We gebruiken namelijk steeds meer bandbreedte. Videostreaming zit in de lift en we evolueren naar the internet of things, waarbij zowat alle toestellen - van onze auto tot onze koelkast - met het web zijn verbonden.

"Software is eating the world", zegt internetondernemer Bart De Waele. "Alles wordt een digitale versie van het oude. Dat vergt meer capaciteit, meer snelheid. En dat moet toegankelijk zijn voor zoveel mogelijk mensen, zo creëer je welvaart. Qua snel internet liepen we lang achter op de feiten. Dankzij Telenet hebben we een serieuze inhaalbeweging gemaakt. Nu trappelen we alweer een tijdje ter plaatse. Het is tijd voor een stap vooruit."

2. Moet de overheid dat doen?

The only way is up, beseffen ook Telenet en Proximus. Daarom bouwen ze allebei al aan een supersnel netwerk in glasvezel. Ze investeerden er allebei al miljarden in. Het startschot is al gegeven, waarom dan de tijd haar werk niet laten doen?

Daar heeft de minister verschillende redenen voor. Snelheid is er één van. Zowel Telenet als Proximus streven naar een downloadsnelheid van 1 gigabit per seconde. Daat gaat Muyters niet snel genoeg. Hij wil dat meer dan verdubbelen: 2,5 gigabit per seconde. De kostprijs is een tweede element. Het is geen geheim dat wij, in vergelijking met andere Europese landen, vrij duur internet hebben. Dat komt deels door het duopolie van Telenet en Proximus. 

Die concurrentiestrijd dient dus aangescherpt. Daarom moeten ook andere operatoren gebruik kunnen maken van dat netwerk van de toekomst. Want meer concurrentie zorgt voor scherpere prijzen.

3. Doen Proximus en Telenet mee?

De minister wil voor deze monsteronderneming samenwerken met de twee operatoren. Beiden zouden openstaan voor de dialoog, maar dan toch met bijzonder frisse tegenzin.

Proximus-topvrouw Dominique Leroy reageerde deze zomer al op een gelijkaardig plan waarbij een concurrent het Proximus-netwerk zou kunnen gebruiken. Het samengevatte antwoord: ze trekt er nog liever de stekker uit. Telenet reageerde gisteren al veelzeggend: "Beter 3 miljard euro belastinggeld investeren in onderwijs"

"Die bedrijven investeren om een concurrentieel voordeel te bekomen. Niet om dat voordeel zomaar weg te geven.", zegt Alex Brabers. Hij stond als voormalig topman van investeringsmaatschappij GIMV aan de wieg van Telenet. "Ik kan me niet voorstellen dat Telenet en Proximus hiermee akkoord zullen gaan."

Als het ook officieel een 'njet' wordt, dan wil Muyters een nieuw overheidsbedrijf oprichten. Dat moet deze monsteroperatie dan in goede banen leiden.

4. Hebben we een nieuw overheidsbedrijf nodig?

En in één klap is ons land dan een overheidsbedrijf rijker. En dat voelt wat wrang, in het heersend politiek besef. Na schandalen à la Publipart, leek het de bedoeling om vooral te snoeien in intercommunales en extra structuren.

Want uiteraard zal dat wat kosten: een indrukwekkende 3 miljard euro, gespreid over 20 jaar. Daarvoor kijkt Muyters naar investeringsmaatschappijen als GIMV, maar ook naar de steden en gemeenten, alsook privé-investeerders. "Dat is geen uitgave, maar een investering. Dat geld verdien je zo terug.", laat een woordvoerder van minister Muyters weten.

Vlaams parlementslid Björn Rzoska (Groen) is geen fan. "We hebben ooit al een telecombedrijf opgericht en het daarna verkocht: Telenet. Ik sta huiverachtig tegenover een nieuw overheidsbedrijf. Dat is totaal onnodig, er is genoeg knowhow in het veld."

5. Wanneer surfen we supersnel?

De eerste kabels moeten in het najaar van 2018 de grond in. De bedoeling is om die te installeren tijdens andere nutswerken, zoals aan de gasleidingen. Waar de operatie begint en hoe lang die zal duren, is nog niet duidelijk.