Barbara Torfs: ‘Werkgevers moeten zorgen voor hun medewerkers zoals ouders voor hun kinderen’

© iStock
Trui Engels
Trui Engels Journalist Knack

Steeds meer bedrijven beseffen dat actief inzetten op een gezonde levensstijl van werknemers rendeert. Barbara Torfs, van het familiebedrijf Schoenen Torfs, weet dit al langer. In haar boek ‘Beweging werkt’ formuleert ze 10 sleutels voor een duurzaam gezondheidsbeleid. ‘Een pingpongtafel op het werk zal het verschil niet maken.’

Begin dit jaar trok Barbara Torfs de deur achter zich dicht als directeur marketing & communicatie bij Schoenen Torfs, het familiebedrijf met haar neef Wouter Torfs als CEO is. Na 20 jaar tussen de schoenen richt ze zich nu op een nieuwe uitdaging met Springbok Coaching, waar ze samen met Brecht Buysschaert bedrijven begeleidt naar een duurzaam gezondheidsbeleid. Sinds kort heeft ze ook de operationele leiding over de Belgische tak van Herculean, een internationaal sportainment- en coachingbedrijf.

Dankzij haar passie voor gezondheid, haar sportieve levensstijl en haar kennis van de bedrijfswereld geldt Barbara Torfs als een autoriteit op het gebied van welzijn op het werk. Al deze elementen bundelde ze onlangs in het pas verschenen boek ‘Beweging werkt, sleutels voor een duurzaam bewegingsbeleid op de werkvloer’, waarin ze het succesverhaal van Fit@Torfs uit de doeken doet, aangevuld met inspirerende getuigenissen uit grote en kleine bedrijven.

Gelukkige werknemers zijn ook gezonde en fitte werknemers. Dat weet ondertussen het kleinste kind. Torfs stelt zich echter vragen bij de vele lukrake initiatieven die momenteel in een ijltempo geïntroduceerd worden in bedrijven die gretig mee willen springen op de kar van de gezondheidshype. Werken aan gezondheid gaat volgens haar niet over instant oplossingen, maar over bewustwording en gedragsverandering en daar is veel meer voor nodig dan enkel en alleen een zitfiets, pingpongtafel of enkele fitnesstoestellen in de kelder van het bedrijfsgebouw neer te ploffen.

Het verbaast u dus niet dat de zitfiets die onlangs met veel gedruis werd geïnstalleerd op de redactievloer van Knack stof aan het vergaren is omdat niemand hem gebruikt?

Torfs: ‘Hoegenaamd niet! Hoewel ze goedbedoeld zijn, blijven dergelijke initiatieven vaak one shots die onvoldoende toereikend zijn om mensen daadwerkelijk aan te zetten tot gedragsverandering. De uitdaging is om gezondheid en beweging op een duurzame manier te introduceren op de werkvloer en te koppelen aan de missie en strategie van het bedrijf. Daarvoor moeten een aantal stappen in het proces gerespecteerd worden dat ik in het boek beschrijf. Zo moet je de mensen op de werkvloer eerst en vooral proberen te overtuigen van het ‘waarom’ van een maatregel. Als de werknemer volledig meegaat in de heersende gezondheidshype, maar eigenlijk niet goed weet waarom, zal zijn gedragswijziging geen lang leven beschoren zijn. Ook belangrijk is het achterhalen wat de behoefte van de werknemers door een gezondheidsbevraging te organiseren, want meten is weten. Als een werkgever denkt dat hij ervan af geraakt door zomaar een pingpongtafel op de werkvloer neer te zetten zonder goed te weten of daar wel nood aan is, dan heeft hij het mis. In een duurzaam gezondheids- en bewegingsbeleid zal een pingpongtafel ook het verschil niet maken. Het creëert hoogstens een stukje goodwill. Waar ik daarentegen wel heel sterk in geloof is ‘gamification’. Door teams te vormen en toernooien te organiseren, wordt er iets concreet met die tafel gedaan. Daag mensen uit en het succes van die pingpongtafel is al iets meer verzekerd.’

In de vele tips om mensen tot beweging op het werk aan te zetten, worden steevast wandelmeetings vermeld. Toch hebt u ook daar uw bedenkingen bij.

Torfs: ‘Hoe meer beweging op de werkvloer, hoe beter. Daarom ben ik voorstander van wandelmeetings, maar dan wel op de juiste manier. Je moet de juiste context creëren. Door omstandigheden is mijn kantoor bijvoorbeeld gelegen op een kelderverdieping met weinig tot geen daglicht. Daarom is het nuttig om elke dag regelmatig een halfuurtje of uurtje te gaan wandelen om van gedachten te wisselen of om iets te ventileren. Maar kunstmatig een wandelvergadering organiseren zonder dat dit ingebed is in de strategie van een bedrijf, heeft weinig zin.’

U bent de bezieler van het programma Fit@Torfs bij Schoenen Torfs, dat al acht keer tot Beste Werkgever is verkozen? Hoe is dat traject tot stand gekomen?

Al in 2000, toen het woord ‘burn-out’ nog niet eens bestond, organiseerde Schoenen Torfs al workshops rond stress.

Barbara Torfs

Torfs: ‘Bij Schoenen Torfs geloven we heel sterk dat een goede gezondheid de basis is voor een duurzame inzetbaarheid van mensen. We bekijken gezondheid ook op een holistische manier waarbij zowel het mentale en emotionele alsook het fysieke aspect belangrijk zijn. Schoenen Torfs investeert al jaren in het mentale welzijn van medewerkers door mensen kansen te geven op het gebied van persoonlijke ontwikkeling. Al in 2000, toen het woord ‘burn-out’ nog niet eens bestond, organiseerden wij workshops rond stress. Door de steeds groeiende aandacht voor de fysieke gezondheid en omdat ik van opleiding master lichamelijke opvoeding ben, is later ook die interesse voor het fysieke erbij gekomen. Op basis van een behoefteanalyse bij de werknemers is er heel voorzichtig een laagdrempelig bewegingsprogramma opgebouwd in de vorm van workshops die vaak tijdens de werkuren werden georganiseerd, maar ook daarbuiten. Bij schoenen Torfs zit het in de genen om aandacht te hebben voor de gelukkig en gezonde werknemer. Dat besef groeit trouwens ook bij veel bedrijven. Zo proberen wij nu ook in andere organisaties dergelijke initiatieven te introduceren, waarbij het ene programma al succesvoller is dan het andere.’

De aandacht voor de gelukkige en gezonde werknemer is de laatste tijd inderdaad toegenomen door de recente burn-outcijfers. Is het fysieke welzijn daarbij een even belangrijke pijler als het mentale?

Torfs: ‘Om eerlijk te zijn, vind ik dat alles start bij de mentale en emotionele gezondheid van een individu. Als mensen zich mentaal en emotioneel niet goed voelen op hun werk, mag je nog tientallen initiatieven rond fysiek welzijn introduceren, dan vrees ik dat het niet goed komt. In een bedrijf waar de werkdruk erg hoog is, de medewerkers niet goed betaald worden en er geen flexibele werkuren zijn, zullen alle Fit@Work-programma’s wellicht een maat voor niks zijn. Het is dan ook zaak om de leidinggevende te overtuigen om eerst daarmee aan de slag te gaan en de eventuele problemen te benoemen. Dan heb je ook een veel groter draagvlak.’

Barbara Torfs: 'Werkgevers moeten zorgen voor hun medewerkers zoals ouders voor hun kinderen'

U legt de maatschappelijke verantwoordelijkheid duidelijk bij de bedrijven. Er zijn ook experts die zeggen dat de verantwoordelijkheid voor onze gezondheid enkel en alleen bij onszelf ligt. Waarom moeten de bedrijven die verantwoordelijkheid dragen volgens u?

Torfs: ‘Daar zijn drie redenen voor. Het is volgens mij de plicht van de werkgever om in te staan voor de gezondheid van zijn werknemers zoals ouders zorgen voor de gezondheid van hun kind. Dat is een basisvoorwaarde. Ten tweede haalt het bedrijf er ook economisch voordeel uit. Gezonde medewerkers zorgen immers voor een gezond bedrijf. Er is minder ziekteverzuim, de werknemers zijn gelukkiger, zetten zich meer in voor het bedrijf en dat rendeert economisch. De derde reden is een maatschappelijke: bedrijven kunnen op die manier een steentje bijdragen aan het reduceren van de kosten voor het ziekteverzuim dat veroorzaakt wordt door stress, burn-out en fysieke klachten. De overheid vindt dat trouwens ook en subsidieert allerlei manieren om gezondheidscoaching bij bedrijven te introduceren. En we staan nog maar aan het begin van dit alles.’

Het is de plicht van de werkgever om in te staan voor de gezondheid van zijn werknemers zoals ouders zorgen voor de gezondheid van hun kind.

Is de voorwaarde voor het succes van een duurzaam bewegingsbeleid dat het management van een bedrijf zelf ook een sportief leven leidt?

Torfs: ‘Ik denk dat het inderdaad aan de top begint. Als leidinggevend manager moet je geloven in het traject, walk your talk, anders wordt het moeilijk. De leidinggevenden kunnen best ook een voorbeeldfunctie aannemen, maar soms is dat niet haalbaar. Neem het voorbeeld van Wouter Torfs. Dat is nu misschien niet de meest sportieve of gezonde persoon, maar hij staat wel 300 procent achter het beleid. En de mensen voelen dat ook. Zo is hij af en toe zelf aanwezig op een sportevenement van Schoenen Torfs. Anderzijds komen de beste en meest succesvolle initiatieven vaak van de medewerkers zelf.’

Het Vlaams Instituut Gezond Leven lanceerde onlangs de bewegingsdriehoek. Is die beweeg- en stappennorm daadwerkelijk voldoende om ons fit te voelen?

Torfs: ‘Ik juich de bewegings- en voedingsdriehoek toe, vooral vanwege hun eenvoud. “Keep it simple”, dat is ook mijn motto. Het is in ieder geval een heel mooi begin. Als we iedereen van wie de teller op een doordeweekse dag amper 3000 stappen registreert, al zouden kunnen uitnodigen om 10.000 stappen te laten zetten, zou dat letterlijk en figuurlijk al een hele stap voorwaarts zijn. Al durf ik de lat nog iets hoger te leggen. Ik pleit voor een fitnorm met als streefdoel naast de dagelijkse 10.000 stappen, ook drie tot vijf keer per week dertig minuten lichaamsbeweging met een matige intensiteit. Ik geloof, en dat is ook onze missie, dat we naar dat ideaal kunnen streven.’

Ik zie vaak fantastische overheidscampagnes die heel veel kosten, maar waarvan de duurzaamheid nog moet bewezen worden.

Er zijn heel wat consultancybedrijven met betrekking tot gezondheid op het werk. Hoe wilt u met Springbok Coaching het verschil maken?

Barbara Torfs: 'Werkgevers moeten zorgen voor hun medewerkers zoals ouders voor hun kinderen'

Torfs: ‘Ik denk dat wij heel goed aanvoelen wat er bij de medewerkers in het bedrijf leeft en wat voor hen het beste werkt. Ik zie vaak fantastische overheidscampagnes die heel veel kosten, maar waarvan de duurzaamheid nog moet bewezen worden. De campagnes zijn bovendien erg versnipperd. Zo zijn er zowel initiatieven van het kabinet van minister van Sport

Philippe Muyters als van het kabinet van minister van Welzijn Jo Vandeurzen als van de minister van Volksgezondheid Maggie De Block. Wij willen bedrijven bewust maken om niet zomaar “iets” te doen. Ik las onlangs dat een organisatie al zijn medewerkers een Fitbit ter waarde van 150 euro cadeau heeft gedaan in de hoop dat ze zich massaal zouden registeren op het platform. Het is geweldig dat een bedrijf zoiets kan geven, maar zo simpel is het natuurlijk niet. Onlangs hebben wij in een bedrijf een systeem ingesteld waarbij iedereen die de dagelijkse beweegnorm haalt een jeton in een ton mag gooien. Wanneer de medewerkers een gezamenlijk doel bereiken, worden ze bijvoorbeeld getrakteerd op een gezonde maaltijd. Dat zijn twee vliegen in één klap!’

Barbara Torfs, Beweging werkt, uitgegeven bij Pelckmans, ISBN 978-94-6337-074-5, 29,99 euro

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content