9 miljoen (huur)fietsen in Beijing: tekenend voor de digitale revolutie in China

De afgelopen jaren was de fiets zo goed als verdwenen uit het straatbeeld van Peking. Maar nu rijden er opnieuw ontelbare fietsen rond dankzij de verhuurbedrijfjes die als paddenstoelen uit de grond schieten. Het is maar een symptoom van de digitale revolutie die China overspoelt.  

Toen Katie Melua in in 2005 zong dat er “9 million bicycles in Beijing” rondreden, waren de fietsen in werkelijkheid bijna uit het straatbeeld verdwenen. Oudere mensen reden hier en daar nog rond op hun verschoten Flying Pigeon en in de buitenwijken werd nog wel wat gefietst. Maar in het centrum van Peking was de auto heer en meester met alle files en luchtvervuiling die erbij horen.

Twaalf jaar later is een eigen auto nog altijd de droom van de Chinese middenklasse, maar de fietsen zijn helemaal terug. Alleen zijn die niet langer zwart, maar geel, oranje en lichtblauw. Het zijn huurfietsen, op te sporen via een app op de smartphone. Wie een fiets wil gebruiken, scant de QR-code met een smartphone, tikt vervolgens een code in en rijdt weg. Achteraf laat je de fiets achter waar het je uitkomt. Het gevolg is dat de trottoirs in Peking dezer dagen vol fietsen staan. Ze staan er tussen de geparkeerde wagens. De voetgangers zijn dan weer de pineut.  

Kamerplanten, make-up en een masseuse

De explosie van huurfietsen is maar een van de symptomen van de razendsnelle digitalisering van de Chinese maatschappij. Wie intussen nog rondloopt met cash op zak, is hopeloos ouderwets. Ook bankkaarten zijn hier uit de mode: betalen doe je met een smartphone.

“Ik heb nooit nog geld bij me”, zegt Vlaming Kerlijne Stessens in Peking. “Ik betaal voor alles met mijn smartphone: eten, fietsen en taxi’s. Je telefoon verliezen is hier dan ook een echte ramp.” Ook het online shoppen zit in een veel hogere versnelling dan bij ons. “Je kan letterlijk alles thuis laten bezorgen, eten, make-up, kamerplanten, een masseuse, en dat allemaal in een recordtijd. En betalen doe je natuurlijk met je smartphone.”

Overal in Peking rijden kleine elektrische karretjes rond, die alle bestellingen rondbrengen, tussen de files door. “Het gevaar is dan, vooral tijdens de koude winter, dat je nauwelijks nog buitenkomt”, zegt Kerlijne Stessens. “Het is zoveel comfortabeler om te cocoonen en alles thuis te laten bezorgen.”  

Big Brother

Een voor de redenen van het succes van online betalen is de Chinese app WeChat, ontwikkeld door  de firma Tencent. WeChat is een Chinees alternatief voor Facebook en WhatsApp, maar het is veel meer dan dat.  Gebruikers kunnen er vrienden mee zoeken, foto’s en locaties delen, en bellen en chatten.

Maar ze kunnen er ook mee betalen: wie een rekening koppelt aan zijn account krijgt een code en die code kan de verkoper dan scannen. Verkopers die zelf geen scanapparatuur in huis willen halen, printen gewoon een QR-code uit die ze aan de muur hangen. De klant scant die code, geeft het bedrag in en betaalt. Een elektronisch geluidje bevestigt de betaling.

Volgens Benjamin Claeys, die zelf al twee jaar een start-up uitbouwt in Peking, zijn er verschillenden redenen waarom het in China zoveel sneller gaat dan bij ons. “China komt van erg ver, en mensen zijn erg geïnteresseerd in alles wat nieuw is. Bovendien staan ze minder op hun privacy dan bij ons. Ze gaan ervan uit dat de overheid net als Big Brother toch al alles over hen weet. En dus aarzelen ze veel minder om hun bankkaart aan een app te koppelen of in te stemmen met gezichtsregistratie.”

En China is razend ambitieus. Zo wil het land in 2030 koploper worden in artificiële intelligentie. En tegen 2025 moeten alle nieuwe wagens elektrisch zijn. De overheid heeft begrepen dat die technologische bedrijven veel mensen werk geven en pompt daar erg veel geld in.  

Chinese concurrentie voor Vlaamse technologie

Ook Lieven Danneels van het West-Vlaamse technologisch bedrijf Televic heeft de snelle evolutie in China aan den lijve ondervonden. “In 2004 hebben wij via een joint venture een technologietransfer gedaan van onze passagierssystemen in treinen, schermen en luidsprekers met aankondigingen. China had toen nog geen enkele kilometer hogesnelheidsspoor. Onze Chinese partner heeft die technologie verder ontwikkeld.

Ook Siemens en Alstom hebben technologie geleverd voor de nieuwe hogesnelheidstreinen. Intussen liggen er in China meer dan 22.000 kilometer hogesnelheidslijnen. De Chinezen bouwen nu hun eigen treinen en exporteren die over zowat de hele wereld. Onze eigen jointventurepartner is nu steeds vaker een geduchte concurrent van Televic bij buitenlandse aanbestedingen.”  

Na de maaltijd vraagt de kelner: “WeChat of Alipay?” Enigszins gegeneerd haal ik mijn gekreukte biljetten met de afbeelding van Mao boven.

Nieuwe Chinese Muur

Technologie en onlinebedrijven bloeien dus in China. Maar hoe valt dat te rijmen met die gigantische firewall die China rond het land heeft opgetrokken? In de plaats van de beroemde Chinese Muur moet die nieuwe muur alle ongewenste en politiek gevoelige informatie buiten houden, iets waar ook de academische en de bedrijfswereld onder lijdt.

Benjamin Claeys heeft daar een uitleg voor: “In zekere zin heeft China daar niet alleen politiek maar ook economisch en strategisch een erg slimme zet gedaan. Door die firewall raakten Amerikaanse concurrenten als Google, Facebook en eBay het land niet binnen. En dus heeft China zijn eigen alternatieven kunnen ontwikkelen, zoals Tencent en Alibaba. Door de enorme schaal van de Chinese markt zijn dat nu zelf giganten geworden.”  

Ook Lieven Danneels is het daarmee eens: “Het is een immens land met een enorm marktpotentieel. Door hun grootte kunnen ze het zich veroorloven om hun eigen normen en regels te ontwikkelen. Eerst hebben ze technologie uit het Westen gekocht, daarna hebben ze die nagemaakt. En nu doen ze het zelf en ontwikkelen ze hun eigen technologie. Ze klimmen dus omhoog op de value chain.”

Benjamin Claeys besluit: “In innovatie en creativiteit wordt hier gigantisch geïnvesteerd. Ik ga ervan uit dat dit land zal blijven groeien. En dat ze op veel vlakken een koploper zullen worden.” Als ik ’s avonds ga eten, vraagt de kelner na afloop: “WeChat of Alipay (het betaalsysteem van Alibaba)?” Het is enigszins gegeneerd dat ik mijn biljetten met de afbeelding van Mao bovenhaal.  

Meest gelezen