Criminoloog Brice De Ruyver (62) onverwacht overleden

Criminoloog Brice De Ruyver is vanochtend onverwacht overleden. Binnen enkele dagen zou hij zijn 63ste verjaardag vieren. 

De Ruyver kende een rijk gevulde loopbaan aan de UGent en doceerde strafrecht, strafrechtelijk beleid en drugsbeleid aan de faculteit Recht en Criminologie in Gent. Jarenlang fungeerde hij in de Wetstraat in Brussel als adviseur veiligheid en binnenlandse zaken. Zo was hij één van de architecten van de politiehervorming. Hij was bovenal een zeer gewaardeerde en geliefde collega, meldt de UGent in een persbericht.

Rector Rik Van de Walle: "We verliezen een groot academicus en een leermeester voor velen. Zijn biotoop was de universiteit, maar hij heeft zijn onderzoek en zijn inzichten altijd ten dienste gesteld van de maatschappij. Als wetenschapper heeft hij zich nooit beperkt tot onderzoeksrapporten en wetenschappelijke publicaties. Brice De Ruyver is cruciaal geweest voor het veiligheidsbeleid in ons land. We zullen hem heel hard missen, als collega en als mens .”

De doodsoorzaak is nog niet bekendgemaakt. De universiteit "wil haar diepe medeleven betuigen aan zijn familie en naasten en aan alle collega's die professor Brice De Ruyver kenden en met hem samenwerkten", zegt de UGent. "De familie van professor Brice De Ruyver vraagt de pers om haar rust en privacy te respecteren in deze moeilijke tijd."

De naam van Brice De Ruyver zal steeds verbonden blijven met de politiehervorming, waarvan hij beschouwd wordt de architect te zijn. Eens de hervorming in wetteksten was omgezet, zag hij als adviseur Politie en Veiligheid van premier Verhofstadt toe op de uitwerking op het terrein.

Begin jaren 90 dook de naam van criminoloog Brice De Ruyver in de media op als specialist inzake drugbeleid, internationale samenwerking rond criminaliteit en mensenhandel. In oktober 1996 wordt hij één van experten van de parlementaire onderzoekscommissie naar de zaak Dutroux. De commissie legde een aantal grote disfuncties in de politiediensten bloot en legde daarmee de kiemen voor de latere politiehervorming.

Die hervorming kreeg vorm in het Octopusakkoord - verwijzend naar de acht partijen van meerderheid en oppositie , geconcretiseerd met de wet van 7 december 1998. Die wet creëerde een geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus. Het federale niveau bracht de voormalige centrale diensten van de rijkswacht en de voormalige Gerechtelijke Politie bij de Parketten samen. Het lokaal niveau verenigde de voormalige territoriale brigades van de rijkswacht en de voormalige korpsen van de gemeentepolitie.

Wanneer Guy Verhofstadt midden 1999 premier wordt, stelt hij Brice De Ruyver aan als adviseur Politie en Veiligheid, een functie die hij gedurende de twee regeringen-Verhofstadt vervult. Bij het einde van het premierschap van Verhofstadt maakt hij in tegenstelling tot heel wat medewerkers van de premier niet de overstap naar het kabinet van vicepremier en minister van Binnenlandse Zaken Patrick Dewael.

De Ruyver is ook een aantal jaren lid van het College Inlichtingen en Veiligheid, dat het gelijknamig ministerieel Comité voorbereidt en zwaar weegt op het eigenlijke veiligheidsbeleid.

De jongste jaren werd hij nog steeds regelmatig gevraagd om als veiligheidsexpert zijn licht te laten schijnen over de actualiteit. In mei vorig jaar werd hij samen met de Nederlandse criminoloog Cyrille Fijnaut genoemd als expert van de onderzoekscommissie naar de aanslagen van 23 maart. Maar zijn onafhankelijkheid als architect van de politiehervorming werd in vraag gesteld door de oppositie. Vooral PS-fractieleidster en gewezen minister van Justitie Laurette Onkelinx was erg scherp, waarna De Ruyver en Fijnaut feestelijk bedankten voor de functie van expert.

Beide criminologen werkten overigens vaker samen. Zo lichtten ze in 2010 de Gentse politie door en schreven ze in 2008 een rapport over grensoverschrijdende drugscriminaliteit in de Regio Maas-Rijn. In 1994 pleitten beiden reeds voor een structurele aanpak van politiecorruptie.