Andre Seale/VWPICS

CO2 in de lucht, verzuring van oceanen: "invloed op al het leven onder water"

De verhoogde uitstoot van CO2 is nefast voor het leven onder water. Hoe meer CO2 in de lucht, hoe zuurder de oceanen, met alle gevolgen van dien. Alle leven in de oceanen zal erdoor beïnvloed worden, is het niet rechtstreeks, dan wel onrechtstreeks, zeggen wetenschappers. Volgende maand presenteren een rapport over de verzuring van oceanen op de klimaatconferentie in Bonn.

De verzuring van de oceanen is het gevolg van het gehalte aan CO2 in de lucht. Hoe meer CO2 in de lucht (bijvoorbeeld door fossiele brandstoffen), hoe meer CO2 in het zeewater. Daar lost het op tot koolzuur (H2CO3), wat op zijn beurt de zuurtegraad (pH) van het water verlaagt. Hoe lager de pH, hoe zuurder het water. Sinds de Industriële Revolutie is de gemiddelde pH-waarde van oppervlaktewater in de oceanen gedaald van 8.2 naar 8.1. Dat lijkt misschien niet veel, maar het komt wel neer op een stijging in zuurte van 26 procent.

Het project "BIOACID" (Biological Impacts of Ocean Acidification) onderzoekt sinds 2009 hoe het mariene leven getroffen wordt door die verzuring. Aan het internationale project, dat geleid wordt vanuit Duitsland, werken meer dan 250 wetenschappers mee. Ze onderzoeken onder meer over de gevolgen van verzuring op de verschillende levensfases van zee-organismen, over die gevolgen de voedselketen in de oceanen beïnvloeden, en of ze eventueel kunnen worden gecompenseerd door evolutionaire aanpassingen.

Dat leverde tot nu al een 350-tal studies op. Volgende maand wordt een syntheserapport voorgesteld op de klimaatconferentie in Bonn.

Dikwijls een nadeel, soms een voordeel

Bijna de helft van alle onderzochte onderwaterdieren reageert negatief op slechts een kleine toename van CO2 in het zeewater, zo blijkt daaruit. In zijn prilste levensvormen worden de Atlantische kabeljauw, de blauwe mossel, zeesterren, zee-egels en zeevlinders het zwaarst getroffen. Zo zou het aantal kabeljauw-jongen dat uitgroeit tot volwassen vissen met een kwart tot zelfs een twaalfde kunnen dalen.

Toch zijn er ook soorten die voordeel lijken te halen uit de verzuring van de oceanen. Een experiment met rankpootkreeftigen bijvoorbeeld, ondervonden geen negatieve gevolgen. En sommige planten, zoals algen die koolstof gebruiken voor fotosynthese, zouden er zelfs voordeel uit kunnen halen.

Maar: wetenschappers waarschuwen dat de gevolgen van verzuring nog versterkt kunnen worden door klimaatverandering, vervuiling, de ontwikkeling van de kusten, overbevissing en het gebruik van meststoffen in de landbouw. Die hebben een impact op de samenstelling van de voedselketen, en dus ook op het leven in de oceaan.

"Serieuze impact op alles wat de oceaan ons biedt"

"Verzuring treft het mariene leven in alle vormen, zij het in verschillende gradaties", zegt professor Ulf Riebesell van het GEOMOAR Helmholtz Centre for Ocean Research in Kiel aan de BBC. Hij leidt het BIOACID-project. "Warmwaterkoralen zijn gemiddeld meer gevoelig dan koudwaterkoralen. Schelpdieren en slakken zijn meer gevoelig dan schaaldieren. En we zagen ook dat vroege levensvormen veel meer getroffen worden dan volwassen organismen."

"Maar zelfs als een organisme geen rechtstreekse schade ondervindt van de verzuring van oceanen, kan het wel onrechtstreeks getroffen worden door veranderingen in zijn leefomgeving of in de voedselketen. Uiteindelijk zullen al die veranderingen een serieuze impact hebben op alles wat de oceaan ons biedt."

Klimaattop in Bonn

Van 6 tot en met 17 november wordt in Bonn een internationale Klimaattop gehouden om de voortgang van het Klimaatakkoord van Parijs uit 2015 te bespreken. Daarin is onder meer afgesproken dat de opwarming van de aarde tegen 2100 beperkt moet worden tot minstens 2 graden in vergelijking met het pre-industriële niveau. Het wordt de eerste grote klimaatconferentie onder het voorzitterschap van een kleine eilandstaat, Fiji.

Andre Seale/VWPICS

Meest gelezen