“Ik fungeerde als tweede assistent omdat er een grensrechter te kort was”, zegt gerechtelijk correspondent Willy Balemans. “De scheidsrechter sloot een andere speler uit met twee gele kaarten. Even later was er een handspel van een bezoeker dat niet bestraft werd. J. H. maakte in die fase een stevige fout ter hoogte van de knie. Ik vond het terecht dat de scheidsrechter ingreep, maar de getrokken rode kaart had dus een voorgeschiedenis. J. H. ging in de fout. Ik heb zelf lang gefloten. Van een scheidsrechter moet je afblijven.”

J. H. zelf werd door de club afgeschermd. Bestuurslid Marc Tegenbos wilde wel reageren: “Al snel werd er gesproken over een kopstoot. De speler verzekerde ons dat dat niet het geval was, dat hij wel een hand in het gezicht van de scheidsrechter duwde, wat uiteraard ook niet kan. De ref ging wel erg ostentatief neer. Achteraf leek er met hem weinig aan de hand. Ik laat het hier niet bij. Ik overweeg juridische stappen tegen de scheidsrechter.”