Copyright 2016 The Associated Press. All rights reserved. This material may not be published, broadcast, rewritten or redistribu

Tussen de hemel en de troon: waarom was Thaise koning Bhumibol zo populair?

Meer dan een jaar na zijn overlijden is de immens populaire koning Bhumibol of Rama IX gecremeerd in een grootste ceremonie. De koning genoot van een persoonlijke verering door vele Thais, maar ook zit het hindoe-concept van "devaraja" of god-koning diep verankerd in de traditie van Zuidoost-Azië.

Koning Bhumibol Adulyadej kwam in 1946 op de troon en werd in 1950 officieel gekroond als Rama IX, de 9de koning van de Chakri-dynastie in Siam (Thailand). Tevoren was de absolute macht van het koningschap in 1932 gebroken door wat een constitutionele revolutie werd genoemd, maar in feiten een machtsovername door de militairen was. 

De jonge koning die was opgegroeid in de Verenigde Staten en Zwitserland, toonde zich een moderne vorst, verliet vaak zijn paleis, ontmoette veel gewone Thais en leek zich oprecht te interesseren voor hun welzijn, voor de landbouw, de economie en de modernisering van Thailand. Een goed geoliede public relations-afdeling maakte hem en zijn koningin Sirikit al snel erg populair bij de gewone man en vrouw, die vaak teleurgesteld waren in de politici en de militairen die de plak zwaaiden in Thailand.

Na de coup van royalistische generaals in 1958 werden de monarchie en de positie van Bhumibol versterkt. Oude paleisrituelen zoals het knielen voor de vorst werden opnieuw in ere hersteld en zijn invloed op de -veelal militaire- leiders van het land werd opnieuw erg groot, terwijl hij erg handig vermeed om -tenminste openlijk- te dicht bij de politiek te komen. Dankzij die afstand bleef hij boven alles en iedereen staan, terwijl hij toch grote invloed behield. Toen hij ouder werd, schakelde hij vaak zijn kinderen -en dan het liefst de eveneens erg populaire prinses Sirindhorn in- om de monarchie te vertegenwoordigen. In de woelige Thaise politiek was Bhumibol voor veel Thais een baken van stabiliteit en de media speelden dat groot uit. De strenge wetten op majesteitsschennis maakten kritiek overigens erg moeilijk, zowel voor de pers als voor burgers.

Een hindoe "god-koning" in een boeddhistisch land?

Tegelijk bouwde Bhumibol echter voort op het concept van "devaraja" of "god-koning", dat bijna 2.000 jaar geleden samen met het hindoeïsme vanuit India naar Zuidoost-Azië is gekomen. Die Indische culturele invloed laat zich tot vandaag erg sterk voelen in de regio, ook al zijn boeddhisme en islam -ook vanuit India- er de overheersende godsdiensten geworden.

Het hindoeïsme -dat in de regio nauw verweven werd met het boeddhisme- stond aan de basis van de eerste grote koninkrijken zoals dat van de Khmer in Cambodja en de zeerijken in de Indonesische archipel. De hindoekoningen van de Khmer en het Javaanse rijk Mataram werden door brahmaanse priesters verheven tot op aarde levende incarnaties van de hindoegoeden Shiva, Vishnu of Indra die de door de goden gewilde orde en stabiliteit handhaafden in hun staten. Zij bouwden de grote tempelcomplexen van Angkor in Cambodja (foto onderaan) en Prambanan in Java. De Thais hebben overigens veel cultuurelementen overgenomen van de Khmer in Cambodja.

Naarmate het boeddhisme in Birma, Thailand en Cambodja de dominante religie werd, veranderde het koningschap naar een "dharmaraja", waarbij de vorst geen god was, maar de behoeder en vertegenwoordiger van de boeddhistische leer, de dharma. Net als hun collega's in de buurlanden bleven de Thaise heersers over Sukhothai, Ayuthaya en Bangkok hoog verheven boven hun onderdanen, al belette dat geweldadige staatsgrepen niet. Er zijn nog wel meer hindoe-elementen in Thailand bewaard: zo is de Garuda, de mythische vogel van de god Vishnu, het embleem van Thailand en is het vereerde Erawan-schrijn in Bangkok gewijd aan de hindoegoed Brahma die de Boeddha na zijn verlichting overhaald zou hebben om zijn inzichten te prediken onder de mensen. De Thaise koningsnaam Rama verwijst overigens naar de held uit het Ramayana-epos, een emanatie van Vishnu en de verpersoonlijking van de moreel handelende mens of heerser in het hindoeïsme.

Meest gelezen