Fiscale consolidatie bestaat in de meeste landen van de EU, maar niet in België. In ons land kan een bedrijvengroep de verliezen van een dochteronderneming niet aftrekken van de winst van een andere dochteronderneming. De winstgevende dochteronderneming moet belasting betalen, ook al is het groepsresultaat negatief. Multinationals passen daarom vaak boekhoudkundige technieken toe om belastbare winsten alsnog te verschuiven naar fiscaal verlieslatende filialen. Door de fiscale consolidatie zou dat niet meer nodig zijn.

Het Verbond van Belgische Ondernemingen reageert positief. “België is één van de weinige landen in West-Europa waar dit fiscaal instrument tot op heden nog niet bestond”, luidt het.

Volgens het wetsontwerp zal het tarief voor de vennootschapsbelasting dalen naar 29,58% in 2018 en 25% in 2020. Er is een bijzondere focus voor de kmo’s, voor hen zal het tarief voor voor het deel van de winst onder de 100.000 euro vanaf volgend jaar al 20% bedragen. Kmo’s genieten ook een verhoogde investeringsaftrek in 2018 en 2019 (20% in plaats van 8%).

De aftrekbaarheid van de definitief belaste inkomsten wordt vanaf volgend jaar al opgetrokken van 95% naar 100%.

Om de hervorming te financieren, komt er onder meer een minimumbelasting van 7,5% op het gedeelte van de winst boven de één miljoen euro, via een beperking van bepaalde aftrekken. Het systeem van de notionele intresten wordt aangepast en de voorwaarden om een totale vrijstelling van de taxatie van de meerwaarden die na een jaar zijn gerealiseerd te genieten, worden versterkt.

Het minimuminkomen voor bedrijfsleiders wordt opgetrokken tot 45.000 euro, indien het lager ligt, moet het minstens gelijk zijn aan de belastbare winst. In geval van onvlodende inkomen zullen bijkomende bijdragen verschuldigd zijn. Die zijn wel niet van toepassing op kmo’s jonger dan vier jaar.

(belga)