Bijna helft van alle banen deeltijds tegen 2040

PwC verzamelde voor de studie gegevens bij 594 bedrijven die in België actief zijn. En dat over een periode van 10 jaar, van 2006 tot 2016. Het gaat om bedrijven waar gedurende minstens 1 jaar minimaal 250 mensen werkten. Banken, uitzendkantoren en overheidsbedrijven werden uitgesloten.

De voorbije 10 jaar is het aantal mensen dat deeltijds werkt, met meer dan 40 procent gestegen. Ook opvallend: er zijn almaar meer mannen met een deeltijdse baan.

In 2006 was 75 procent van de deeltijdse werknemers een vrouw. In 2016 was dat 71 procent. Dat komt omdat ruim de helft van de nieuwe deeltijdse banen werd ingevuld door mannen.

Bij de bedrijven die PwC onderzocht was één derde van alle banen in 2016 deeltijds. De onderzoekers schatten dat tegen 2040 de helft van de werknemers in die bedrijven deeltijds zal werken.

Bedrijven in België geven veel geld uit aan opleiding en ontwikkeling. Maar het aantal uren dat eraan besteed wordt, is in verhouding erg laag. Volgens PwC moeten bedrijven op dat vlak efficiënter gaan werken. Zeker als België zijn ambitieuze doelstellingen op het vlak van innovatie wil waarmaken.

Nochtans gaat het de goede kant op. De onderzochte bedrijven besteden vandaag meer tijd aan opleiding en ontwikkeling voor hun personeel dan 10 jaar geleden. In 2006 kreeg een voltijdse werknemer gemiddeld 18,4 uur opleiding. In 2016 was dat 22,6 uur. In andere West-Europese landen is sprake van een daling. Maar dan nog krijgen werknemers in die landen meer tijd om hun kennis bij te schaven.

Nog een opmerkelijke vaststelling: in bedrijven waar hoofdzakelijk mannen of vrouwen werken, liggen de inkomsten lager dan in bedrijven met een meer evenwichtig personeelsbestand.