Alarmerend hoge luchtvervuiling in Oost-Vlaanderen

© BDW

Fijnstofmetingen met aardbeienplantjes tonen hoge concentraties luchtvervuiling in Oost-Vlaanderen. De initiatiefnemers pleiten voor een zone-30 in alle dorpskernen en een snelheids­limiet van 90 km/u op snelwegen.

ire

In maart dit jaar lanceerde de Antwerpse Universiteit in Oost-Vlaanderen het grootste AIRbezen-project tot nu toe. Deelnemers adopteren een aardbeienplantje waarop de neerslag van fijn stof wordt nagegaan. Voor dit project werden 11.300 plantjes verspreid. Van 3.065 daarvan werden stalen geanalyseerd.

Het hoeft niet te verbazen dat de stedelijke kernen zoals Gent, Aalst, Sint-Niklaas of Lokeren er in negatieve zin uitspringen. “Vooral in smalle straten of straten met hoge gebouwen is de uitstoot van fijn stof fenomenaal hoog”, zegt Roeland Samson, projectleider en hoogleraar milieu en stedelijke ecologie aan de UA.

Buiten de stad tonen steenwegen of invalswegen met dichte bebouwing gelijkaardige niveaus van vervuiling. Ook dorpen in de buurt van de haven krijgen het hard te verduren. Langs de snelwegen zijn de resultaten vreemd genoeg gunstiger. “De vervuiling wordt er weggeblazen door de wind.”

De vaststellingen zijn niet vrijblijvend, waarschuwt de professor. “Het gros van onze deelnemers vulde een uitgebreide vragenlijst in. Een kwart gaf te kennen dat minstens één gezinslid problemen met de luchtwegen heeft, of bepaalde vormen van kanker. Opvallend is dat net bij die mensen significant hogere fijnstofwaarden gemeten werden. Het is misschien wat kort door de bocht om hier harde conclusies aan te verbinden, maar dit lijkt toch geen toeval te zijn.”

De initiatiefnemers pleiten voor harde maatregelen: “Een kilometerheffing, zone-30 in alle dorpskernen, een beperking van 90 per uur op de snelwegen rond de stedelijke gebieden en een algemene ­lage­-emissiezone in heel Vlaanderen”, zegt Samson. “De wagen moet zo veel mogelijk uit onze steden. Dat is de enige optie om onze stadsbewoners te laten herademen.”

Voor een interactieve kaart kunt u terecht op de website van de Universiteit Antwerpen.

© UAntwerpen

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer

Meest Gelezen