De besparingen in 2016 en 2017 beperken tot 2,4 miljard euro, zoals het Monitoringcomité naar voren schuift, zou dwaas zijn, zegt de voorzitter. “Vooral als je weet hoe steil bergop het dan nadien zal gaan in 2018 en 2019.”

De Wever verzet zich tegen het beeld dat de regering-Michel het budgettair niet beter doet dan de regering-Di Rupo. Toch gaat het niet snel genoeg. “Als het doel een begroting in evenwicht is tegen 2018 of 2019, dan zitten we niet bepaald op koers. Tegen dit tempo halen we het niet. Daar worden terecht vragen bij gesteld”, zegt De Wever, die weliswaar aangeeft dat zijn partij de zoektocht naar dat evenwicht niet loslaat.

“Ik beken: we zijn gestart met euvele overmoed”, gaat de N-VA-voorzitter voort. “Europa vroeg ons om elk jaar 0,6 procent structureel te besparen. Wij mikten op meer. Op 0,8 procent. Dat blijkt te hoog gegrepen. Vorig jaar hebben we 0,3 procent bespaard en dit jaar zal dat ongeveer hetzelfde zijn. Dat is niet niets, maar het is te weinig. Het gaat vooruit, maar het gaat te traag. Om dat nog recht te trekken tegen 2019 zal er een enorme krachttoer nodig zijn.”

Hij komt ook terug op de ruzies met coalitiepartner CD&V. “We zullen nooit samen madeliefjes plukken, maar wat dan nog? Regeringen waarin partijen elkaar met complimentjes en cadeautjes overladen, dat heeft nooit bestaan.”