Op de persconferentie van de federale regering wilde minister van Justitie Koen Geens (CD&V) vanmorgen toch nog even de puntjes op de i zetten. Er klonk kritiek op de snelle vrijlating van de Brusselse relschoppers “maar het is niet omdat ze onmiddellijk in vrijheid gesteld worden, dat ze vrijuit gaan”, zegt Geens. “Integendeel zelfs, als we ze meteen in de gevangenis zouden steken, zou het nog langer duren om ze te berechten.” Door de vrijlating kan het snelrecht toegepast worden “waardoor ze een pak vlugger voor de correctionele rechtbank komen dan wanneer er een volledig strafonderzoek moet gebeuren”. Volgens Geens staan de eerste relschoppers nu via het snelrecht al voor januari geagendeerd.

“Vanaf maandag start er ook een bijzondere onderzoekscapaciteit bij de gerechtelijke politie om de rellen te onderzoeken. Zij moeten onder meer de beelden bekijken”, zegt Geens. Volgende week wordt er een omzendbrief goedgekeurd over de nultolerantie voor geweld tegen de politie.

“Niet meer van maken dan het is”

Geens zit vanmiddag al samen met zijn collega-minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon (N-VA). Samen met de veiligheidsdiensten en de lokale, Brusselse autoriteiten wordt de komende dagen een actieplan opgesteld om rellen in de toekomst te voorkomen. De regering zet zich onder meer schrap voor meer copycats van afgelopen zaterdag. “Er is geen sprake meer van laksheid na de recente rellen”, zegt Jambon. Hij bekijkt hoe de federale politie de lokale, Brusselse politie nu kan ondersteunen.

Tegelijk benadrukt Geens ook dat de regering “er ook niet meer van moet maken dan het is: een bende jongeren die amok maakten”.