Jordy, de overleden jongeman © RR

“Jongeren als Jordy passen helaas in geen enkel ‘kotje’”

De overheid mag dan wel aandacht hebben voor de kloof tussen de hulpverlening tussen min en plus 18-jarigen, ze moet er ook middelen tegenover stellen. Dat zegt een regiodirecteur van CAW Oost-Vlaanderen, nadat eerder deze week de 19-jarige Jordy, die uit de jeugdhulp kwam, van ontbering omkwam in een tentje op de Gentse Blaarmeersen.

“Dergelijke situaties zijn voor ons zeer herkenbaar”, zegt regiodirecteur Alain Slock. “De kenmerken zijn altijd terugkerend en bepalend voor het verdere gevolg. Het gaat vaak om jongeren met een instellingsverleden, vaak ook in een multiprobleemsituatie. Omdat ze zo lang in instellingen zaten, zijn ze vaak ook hulpverleningsmoe.”

Als die jongeren 18 worden, en dus wettelijk gezien meerderjarig zijn, kunnen ze er ook voor kiezen om te stoppen met hulpverlening. “Jongeren gaan zich op een gegeven moment ook verzetten en streven naar zelfstandigheid, alleen is de context vaak niet gunstig. Want dikwijls hebben ze vaak geen of nauwelijks een netwerk. Als ze dan vrienden maken, zijn dat vaak vrienden die in de ogen van volwassenen niet altijd de beste personen zijn, waardoor ze vaak in schrijnende situaties terechtkomen.”

Aanklampende hulpverlening

Omdat CAW Oost-Vlaanderen vaststelde dat een vierde van de mensen in opvangcentra voor dak- en thuislozen jonger dan 25 is en een instellingsverleden heeft, werden met een aantal partners zowel in het Gentse als in Zuid-Oost-Vlaanderen al initiatieven genomen.

Dat gaat enerzijds over het verder informeren over het aanbod volwassenhulpverlening, al dan niet via de vaste begeleiders van die jongeren, en anderzijds over een meer aanklampende hulpverlening. “Die treedt op en handelt zonder dat de jongere daar zelf om vraagt”, zegt Slock. Via het project ‘For Hobo’ werd bijvoorbeeld met vzw Baken een methodiek ontwikkeld, alleen blijft de financiering projectmatig en precair.

“Het probleem in de jeugdzorg is dat heel veel van die problemen nichegericht zijn, terwijl jongeren vaak met een cocktail van problemen kampen en het risico bestaat dat ze in geen ‘kotje’ passen. Ik ook stel vast dat de overheid in elke publicatie expliciet aandacht heeft voor de kloof tussen min en plus 18 jaar, maar helaas ook niet verder komt dan dat. Als ze het echt menen, en dergelijke drama’s willen vermijden, moeten ze voorzieningen verplichten om op regionaal niveau samen te werken en daar ook middelen tegenover stellen.”

Jordy (19) gestorven van honger en dorst op drukste plek van Gent

© rr/DVH

© rr

thumbnail: null
thumbnail: null

Jordy Brouillard (19) uit Ninove stierf afgelopen weekend van ontbering in een tentje in het Gentse recreatiedomein Blaarmeersen. Moederziel alleen, compleet aan zijn lot overgelaten. Na een jeugd zonder hoogtepunten in een instelling, was de jongen op zijn achttiende duidelijk niet klaar voor een leven op eigen benen. Jordy viel tussen alle plooien. Te braaf voor de jeugdrechter, niet autistisch genoeg voor het ziekenhuis.

Het onophoudelijke geblaf van een hond lokte een toevallige passant het voorbije weekend naar de struiken aan de Gentse Snepkaai. Daar, in een uithoek van de Blaarmeersen, stond een tentje. Binnen lag Jordy Brouillard, 19 jaar, uit Ninove. Hij was 48 uur voordien gestorven van ontbering, door een combinatie van de hittegolf en gebrek aan geld voor eten. Een aan lager wal geraakte dakloze, klonk het snel. Het Gentse parket spreekt na een autopsie van een natuurlijk overlijden. Van geweld was geen sprake. Kous af.

“Zijn dood was vermijdbaar, is een absolute schande en een collectief falen”, zegt de man die de jongen in jeugdinstelling Ter Muren in Erembodegem meer dan tien jaar begeleid heeft. Hij is er het hart van in.

Vijftien jaar in jeugdinstelling

Door problemen in het ouderlijke gezin verdween de jonge Jordy op zijn derde al vanuit Ninove richting Ter Muren. Een centrum waar hij zich volgens vriend en vijand thuisvoelde. “Op een korte passage in een pleeggezin na heeft hij er vijftien jaar verbleven”, vertelt Freya Willems, Jordy’s beste vriendin. “Hij ging naar school in Liedekerke en had af en toe contact met zijn twee broers en andere familieleden. Hij schoot ook goed op met zijn begeleiders.” Ze kende Jordy als een zeer lieve jongen met wie ze nachten door praatte en plezier maakte. “Alleen speelde zijn overgevoeligheid, autisme en hoge graad van beïnvloedbaarheid niet altijd in zijn voordeel.”

Zijn passage in Ter Muren verliep niet rimpelloos, al zegt zijn vaste begeleider dat grote problemen al die jaren uitbleven. Jordy was niet vies van een jointje en wat experimenteren met het snuiven van aanstekergas, al langer een gevaarlijke trend bij bepaalde jongeren. Net vóór zijn achttiende verjaardag volgde wel een incident. Hij stal in een winkel butaan – gas om aanstekers bij te vullen – en belandde even in de gevangenis. “Een schok voor hem”, zegt Freya.

Op zijn achttiende ‘vrij’

De dag van zijn achttiende verjaardag, daar keek hij volgens zijn vrienden reikhalzend naar uit. De dag dat de jeugdrechter van Dendermonde hem meedeelde dat hij, als hij dat wou, kon vertrekken uit Ter Muren. Hij kon ook blijven, tot zijn twintigste, kreeg hij te horen. Een aanbod dat hij vriendelijk afsloeg.

Het probleem voor Jordy, bevestigen zijn familie, begeleider en beste vriendin, was dat de jongen naar de letter van de wet in geen enkel vakje paste. Hij was geen misdadiger (kwam niet voor de jeugdrechter na het plegen van een misdrijf), niet gehandicapt (enkel licht autistisch) en net niet drugsverslaafd genoeg (enkel af en toe wiet en aanstekergas). Gevolg: hij verdween niet in een psychiatrisch ziekenhuis, niet in de gevangenis en de jeugdrechter schreef ook geen bevel uit om hem strikt op te volgen in een bepaalde instelling. “Figuren als Jordy vallen op die manier tussen de mazen van het net”, zegt zijn begeleider. “Een problematische vaststelling.”

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer