Verschillende politieke partijen blazen warm en koud. De Brusselse burgemeester Philippe Close (PS) betrok er zondag zelfs Antwerpen bij. Daar zijn enkele weken geleden rellen geweest tussen Koerden en Turken. Iets wat in onze hoofdstad niet is gebeurd. Volgens Philippe Close omdat hij een manifestatie van de Koerden heeft verboden. In Antwerpen was dat niet het geval. Hoewel Philippe Close – naar eigen zeggen – zijn Antwerpse collega Bart De Wever (N-VA) had gewaarschuwd dat het ook aan de Schelde wel eens uit de hand zou kunnen lopen.

Of Philippe Close al dan niet Antwerpen heeft gewaarschuwd voor mogelijke problemen, is weinig relevant in deze discussie. Met wat er de afgelopen dagen is gebeurd in de Brusselse straten, heeft Antwerpen niets te maken. Philippe Close zoekt een bliksemafleider voor zijn problemen, maar dat maakt weinig indruk. Laat staan dat het geloofwaardig is.

Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest moet zowat de enige stad, die naam waardig, zijn in Europa – en misschien zelfs de wereld – waar er geen eengemaakt korps is. De negentien gemeenten van het gewest hebben samen zes politiekorpsen. Kleine baronieën, aangestuurd door politieke leiders. Elk in hun eigen keizerrijk.

Een kind weet dat dit niet langer een werkbare situatie is. Criminelen en relschoppers houden zich niet aan de grenzen van de Brusselse gemeenten. Voor hen maakt het niet uit of ze opereren in Molenbeek dan wel in Brussel-stad.

Het is niet zeker of rellen, zoals we die de afgelopen dagen hebben gezien, altijd kunnen worden vermeden als het Brussels Hoofdstedelijk Gewest politioneel één wordt. Het is wel zeker dat met zo’n eengemaakte politie de criminaliteit en andere problemen die een grootstad eigen zijn een stuk vlotter kunnen worden aangepakt.

Wat is dan het probleem? Dat is typisch Belgisch. De Vlaamse partijen zijn al langer voorstander van een eengemaakte politie. De Franstaligen zien dat liever niet. Uit angst om hun greep op de door hen gedomineerde Brusselse gemeenten te verliezen. En daar is de burger de dupe van.

Door Patrick Van de Perre, journalist Gazet van Antwerpen