De zaak werd door Hardy zelf aangespannen en gaat over een bedrag van 5.000 euro die hij, voor zijn arrestatie, aan een goede vriend zou hebben overgemaakt om dit geld op zijn gevangenisrekening te storten. De afspraak was het geld in schijven door te storten, om Hardy het leven achter de tralies wat gemakkelijker te maken.

Volgens Hardy werd hij in het ootje genomen want zijn vriend stortte slechts twee keer 500 euro terug. De rest van het geld is te laat overgemaakt.

De procureur vorderde drie maanden met uitstel en 800 euro boete voor beklaagde Francois V.B. De advocaat van Hardy vroeg ook een morele schadevergoeding van 1.500 euro. Volgens hem zou V.B. het geld niet hebben teruggegeven zonder dagvaarding.

De advocaat van V.B. zei dat er geen misdrijf is gepleegd. Een weigering is volgens hem geen misdrijf om iemand op te lichten. Hij vroeg een milde straf.

De van fraude betichte vriend zou het geld van Hardy gekregen hebben vóór bekend raakte dat Hardy zijn ex-vriendin Linda Doms in Zemst om het leven bracht. Onder het voorwendsel dat “hij vermoedde dat hij eerstdaags in de gevangenis zou belanden” zou zijn vriend zijn ingegaan om het geld te aanvaarden om door te storten.

Vonnis op 11 december.

Assisen

Op 9 februari start in Tongeren het assisenproces tegen Hardy. De Mechelaar staat terecht voor twee moorden en twee moordpogingen. Hij werd in september door de Antwerpse kamer van inbeschuldigingstelling doorverwezen naar assisen.