'Zwarte weduwe van jihad' naar EU-hof tegen verlies van Belgische nationaliteit
Malika El Aroud (58) gaat in beroep bij een Europese rechtbank nadat een rechter haar Belgische nationaliteit afnam. Daardoor heeft El Aroud enkel nog de Marokkaanse nationaliteit en een wettig verblijf in ons land. Staatssecretaris Francken vraagt de Dienst Vreemdelingenzaken om te onderzoeken of België haar verblijfspapieren kan intrekken.
El Aroud staat bekend als de 'zwarte weduwe van de jihad' door haar opeenvolgende huwelijken met twee jihadisten, van wie een omkwam bij een zelfmoordaanslag en een ander bij een luchtaanval. Zelf zat ze tot vorig jaar in de cel omdat ze jonge Brusselse moslims had geronseld voor de strijd in Afghanistan.
Haar advocaat voerde aan dat ze zich sinds haar vrijlating perfect aan de Belgische wetten heeft gehouden. Het hof van beroep in Brussel besliste toch om haar nationaliteit af te nemen. De advocaat-generaal had gepleit dat El Aroud de nationaliteit niet meer verdiende "omdat ze in ons land al jaren onafgebroken het jihadisme propageert", zo schreef De Standaard.
'De rechter heeft geen enkele rekening gehouden met proportionaliteit, zoals de nauwe familiebanden die ze heeft in dit land'
De advocaat van El Aroud maakt nu bekend dat hij tegen de intrekking van de nationaliteit in beroep gaat. Doordat er in die procedure geen cassatieberoep mogelijk is, gaat de zaak naar Europa.
"De rechter heeft in zijn beslissing enkel gekeken naar het feit dat mijn cliënte zware feiten heeft gepleegd en geen enkele rekening gehouden met proportionaliteit, zoals de nauwe familiebanden die ze heeft in dit land", zegt advocaat Nicolas Cohen.
Kleuter
Malika El Aroud verkreeg de Belgische nationaliteit toen ze nog een kleuter was. Tot dan had ze een permanent wettig verblijf, de status waarop ze nu terugvalt. In principe kan El Aroud dan in ons land blijven, maar sinds de verstrenging van de Vreemdelingenwet in 2016 kan België die vergunning gemakkelijker intrekken. Staatssecretaris voor Asiel en Migratie Theo Francken (N-VA) heeft gevraagd aan de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ) om te onderzoeken of intrekking mogelijk is.
"Ook een beroep bij een Europese rechtbank kan zo'n beslissing niet opschorten", zegt Geert De Vulder, woordvoerder van DVZ. Het is nog niet duidelijk of DVZ een dergelijke procedure opstart. "Dat onderzoekt onze cel radicalisme."