Het tweede seizoen beslaat de regeerperiode van de koningin van 1956 tot 1963, startende met de Suezcrisis. Terwijl Elisabeth in het eerste seizoen haar metier nog moest leren, staat ze nu zelfzekerder in haar rol. Ze moet ook wel, want Winston Churchill is er - spijtig genoeg, want John Lithgow was schitterend in de rol van premier - niet meer bij om haar in de juiste richting te doen knikken en glimlachen.

Maar de serie heet ‘The Crown’ en niet ‘Queen Elisabeth’ en dus gaan heel wat andere personages aan het Britse hof met heel wat speelminuten lopen. Zo is er een grotere rol weggelegd voor Prince Philip (Matt Smith), die er nog steeds moeite mee heeft in de schaduw te leven van zijn echtgenote, en dat komt hun huwelijk niet ten goede. Ook Princess Margaret (Vanessa Kirby) mag de hoofdrol spelen in twee van de tien afleveringen. Daardoor wordt Elisabeth soms naar de achtergrond geduwd. Dat is spijtig, want Claire Foy speelt de rol van haar leven. En haar scènes als koningin zijn helaas gelimiteerd. Olivia Coldman (‘The Night Manager’) is next in line om de kroon te dragen in de volgende twee seizoenen. Een oudere actrice zal haar dan weer opvolgen voor seizoenen vijf en zes, zodat de volledige regeerperiode van de vorstin belicht kan worden. Op de belichting is trouwens niet aan te merken. De cinematografie is marvellous. Daarvoor kronen we ons graag tot royaltywatcher voor tien uur. God save the queen!

Nu op Netflix